BELEGGINGSFRONT. 42 DE RAIFFEISEN-BODE Te gebruiken indien een rek.crt.houder een ander wil machtigen om voor éénmaal een bedrag uit zijn rekening op te nemen bij het aan rek.crt.houders verstrekken van een afschrift hunner rekening bij het opgeven aan rekening houders welk bedrag aan rente (en event. aan aflossing) zij per een bepaalden datum moeten betalen bij het opgeven aan de borgen voor een crediet hoe de stand der rekening is, of er inper king heeft plaats gevonden en of het crediet al of niet is overschreden indien door een rekeninghou der zijn debetsaldo geheel wordt aangezuiverd, waardoor het crediet als geëindigd kan worden beschouwd bij het mededeelen aan de borgen, dat het crediet is af gewikkeld, zoodat hun borg stelling als geëindigd kan wor den beschouwd Men hoort de laatste maanden veel spreken van het Beleggingsfront. Het lijkt ons niet kwaad, om eens na te gaan, wat dit is en wat het beoogt. Toen verleden jaar de rente voor diverse beleggingen, zooals die van Staats- en Gemeenteobligaties, onder- handsche leeningen van dergelijke lichamen en de rente van hypotheken steeds daalde, de conversies niet van de lucht waren, leeningen bij de ééne instelling werden af gelost om bij een andere weer te worden aangegaan, zijn een groot aantal geldgevers bij elkaar gekomen om eens na te gaan en te overleggen, of het ook mogelijk zou zijn om tegen deze stroom van conversies, tegen voortdurend slechtere condities, een dam op te werpen, zonder daar door redelijke renteverlaging tegen te gaan. Tot die geldgevers behooren als de voornaamsten de Levensverzekeringmaatschappijen, de Rijkspostspaarbank, de Nederlandsche en Indische pensioenfondsen, vele par ticulieren pensioenfondsen, de meeste spaarbanken, aan gesloten bij den Nederlandschen Spaarbankbond, met andere woorden een zeer omvangrijke groep. Uitgangspunt van de besprekingen was dit, dat het beter geoordeeld werd zelfs om een gedeelte der beschikbare gelden onbelegd te laten en de rente van de beleggingen, welke reeds waren gedaan, zooveel mogelijk tot een redelijk peil te brengen, dan steeds slechtere condities te accepteeren en daardoor ook het peil van het renteper centage der oude beleggingen steeds meer te verlagen. Dat het gevaar daarvoor groot was, stond vast, gelet de II. Formulieren, verkrijgbaar bij de afdeeling Inspectie, Zooals reeds hiervoor werd opgemerkt, betreffende de formulieren, welke de afdeeling Inspectie aan de Boeren leenbanken verstrekt, steeds akten voor meer bijzondere gevallen. In al deze gevallen kan de verstrekking van voorschot ten en credieten door de Boerenleenbanken alleen plaats vinden, nadat daarvoor aan het Bestuur der Centrale Bank dispensatie is verzocht (zulks onder overlegging van de benoodigde bescheiden) en deze dispensatie ook inderdaad is verleend. In de nummers van de Raiffeisen-Bode van Juli, Augus tus, September en October 1938 is uitvoerig aangegeven, welke bescheiden in de verschilende gevallen aan de Centrale Bank dienen te worden toegezonden. Het zijn nu juist de in deze nummers besproken vereeni- gingen, instellingen, lichamen, enz. waarvoor de te gebrui ken akten alleen via de afdeeling Inspectie verkrijgbaar zijn. Aangezien het noemen van alle afzonderlijke gevallen, welke zich hierbij kunnen voordoen, niet wel mogelijk is, willen wij volstaan met het navolgende Voor het verleenen van voorschotten en credieten aan A. coöperatieve en andere vereenigingen, welke direct of indirect werkzaam zijn op landbouwgebied, B. publiekrechtelijke lichamen als provincie's, gemeen ten en waterschappen, C. vereenigingen en instellingen, welke sociale, cultu- reele of chariatieve doeleinden nastreven, worden de benoodigde akten steeds door de afdeeling In spectie der Centrale Bank voor ieder afzonderlijk geval gereed gemaakt. millioenen onbelegd kapitaal, welke boven de geldmarkt zweefden. Afgesproken werd toen, dat men zich aan zekere mini mumpercentages en minimum-condities voor nieuwe leeningen zou houden en tevens, dat de bij het Beleggings front aangeslotenen geen leeningen meer van elkaar zou den overnemen. Overigens bleef iedereen vrij om met een zeer korten opzegtermijn uit te treden. Sedert het begin van deze vrijwillige afspraak zijn steeds meer beleggende instellingen toegetreden en heeft het Beleggingsfront met succes gewerkt. Aan den conver- siestroom kwam een einde, de rente voor hypotheken daalde niet verder en meerdere leeningen konden op rede lijke voorwaarden voor geldnemers en geldgevers worden afgesloten. De Centrale Bank, daartoe aangezocht, heeft zich in principe bereid verklaard om voorloopig met de voor waarden van het Beleggingsfront rekening te houden, uit overweging, dat zij in staat moet blijven om, ter voor koming van een ontwrichting van het Boerenleenbank wezen, een behoorlijke rente te blijven vergoeden, doch zij verklaarde uitdrukkelijk zich niet voor de bij haar aan gesloten Banken te kunnen binden, in het besef, dat deze zelfstandige instellingen zijn en dat voorschot- en credietnemers bij de Boerenleenbanken belang hebben bij een lage rente. De Centrale Bank meende echter, dat deze op een voldoende laag en redelijk peil gekomen was en de belangen van credietnemers enz. niet werden geschaad, No. en omschrijving van het formulier 237 machtiging af te geven door rek.-crt.-houders voor één malige opname v. gelden 218 afschrift rek.-courant 252 uitnoodiging tot betaling van rente/aflossing 250 III 65 kwitantie af te geven aan rek.crt.houder bij aflossing van zijn debetsaldo 229 bericht aan borgen betr. beëindiging borgtocht

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1938 | | pagina 4