AIFFEISEN-BODE
HET BEHEER EENER BOERENLEENBANK.
OFFICIÉÉL ORGAAN VAN DE
COÖPERATIEVE CENTRALE
RAIFFEISEN-BANK TE UTRECHT
INHOUD:
Zie mededeelingen op blz. 9
REDACTIE EN
ADMINISTRATIE
KR NIEUWE
GRACHT 29
UTRECHT
TELEF. 15867
VIER EN TWINTIGSTE JAARGANG No. 1
JULI 1938
VERSCHIJNT DEN EERSTEN
VAN IEDERE MAAND
ABONNEMENT F 0.50 PER JAAR
LOSSE NUMMERS 10 CENT
FRANCO PER POST
a. Redactioneel Gedeelte. IHet Beheer eener Boerenleen
bank. (Vervolg). 2. Algemeene Vergadering Grondkapi-
taalbank. 3. Herdenking van den 5O-jarigen sterfdag van
Raiffeisen. 4. De Vestigingswet Kleinbedrijf en de Boe
renleenbanken. 5. Nieuw Formulier. 6. De inwerking
treding van de Pachtwet. 7. Uitbetaling van Spaargeld
aan den executeur-testamentair. 8. De kosten eener ver
klaring van erfrecht. 9. Vraag en Antwoord. 10. Geld
en Effectenmarkt.
b. Mededeelingen. I. Rectificatie. 2. Spreekuren Juridisch
Bureau. 3. Gedrukte jaarverslagen, vragenlijsten en con-
trólestaten. 4. „Groeizaam Geld 5. Steunverleening in
natura aan kleine Boerenbedrijven. 6. Vacantie Kassiers.
c. Nieuwsberichten.
d. Advertentiën.
Bijlage: Inhoudsopgave jaargang 19371938.
Hoofdstuk III Voorschot- en Credietverleening aan Vereenigingen, enz. (Vervolg).
Algemeene opmerkingen.
Niet alleen aan personen, doch ook aan rechtspersoon
lijkheid bezittende vereenigingen en instellingen kunnen
door de Boerenleenbanken voorschotten en credieten wor
den verstrekt.
Bedoelde vereenigingen en instellingen kunnen als volgt
worden ingedeeld
A. coöperatieve en andere vereenigingen, welke hetzij
direct of indirect werkzaam zijn op landbouwgebied
B. publiekrechtelijke lichamen als provincie's, gemeen
ten en waterschappen
C. vereenigingen en instellingen, welke sociale, cultureele
of charitatieve doeleinden nastreven.
De vereenigingen, bedoeld onder A. alsmede de wettelijk
gereglementeerde waterschappen (polders en polderdistric
ten) kunnen als leden van Boerenleenbanken worden aan
genomen.
De verstrekking van voorschotten en credieten aan deze
leden-vereenigingen enz. vindt derhalve haar grond in
art. 37 sub. 1 van de statuten der Boerenleenbanken, al
waar vermeld staat „Het bestuur geeft voorschotten en
verleent credieten in loopende rekening alleen aan leden,''
Aan de overige vereenigingen, instellingen, enz., welke
op grond van de statuten niet als leden der Boerenleen
banken mogen worden aangenomen, kandiet verleenen van
voorschotten en credieten plaats vinden volgens art. 37
sub. 2 der statuten, waar gezegd wordt
„In afwijking van het bovenstaande (n.1. het verstrek
ken van voorschotten en credieten alleen aan leden),
zullen met toestemming van de Centrale Bank ook
voorschotten en credieten mogen worden toegekend
aan rechtspersonen, die voor het lidmaatschap niet in
aanmerking komen, zoomede aan andere niet-leden,
als dit in het belang der Bank wordt geacht."
Statutaire en andere voorschriften.
Toestemming Centrale Bank. Voor de ver
strekking van voorschotten en credieten aan vereenigin
gen enz., zoowel wat betreft leden als niet-leden, moet
door de Boerenleenbanken steeds toestemming worden ge
vraagd aan de Centrale Bank.
Zooals reeds werd vermeld, zegt art. 37 sub. 2 der sta
tuten, dat de verstrekking van voorschotten en credieten
aan vereenigingen enz., welke voor het lidmaatschap der
Boerenleenbank niet in aanmerking komen, alleen mogelijk
is met toestemming der Centrale Bank.
En ten aanzien van die vereenigingen, instellingen,
lichamen, enz. die wèl als lid mogen worden aangenomen,
wordt in art. 38 sub. 2 van de statuten vermeld
„Voorschotten en credieten aan vereenigingen of wet
telijk gereglementeerde waterschappen (polders en
polderdistricten) mogen niet gegeven worden zonder
toestemming der Centrale Bank. Ook mogen geen
garantie's ten behoeve van deze instellingen zonder
die toestemming worden verleend."
In 't kort samengevat kunnen we dus zeggen, dat voor
het verstrekken van voorschotten, credieten en ga
rantie's aan en ten behoeve van alle vereenigingen,
instellingen, enz. als hiervoor genoemd onder A., B. en C„
steeds de toestemming van de Centrale Bank noodig is.
Dus niet alleen voor leeningen, welke langer dan 10 jaar
loopen, doch voor alle aan deze vereenigingen enz. te ver
strekken posten.
