DE OPHEFFING VAN DEN GOUDEN STANDAARD. Ouderdoms- Weduwe- Weezen-verzorging het Collectief-Contract 36 DE RAIFFEISEN-BODE Rust Een enkel woord is hier wellicht op zijn plaats over het onderwerp, dat ruim een maand geleden zooveel stof heeft doen opwaaien de opheffing van den gouden standaard. Onze lezers zullen zich misschien hebben afgevraagd, of de Centrale Bank en de Boerenleenbanken iets bijzonders daarvan hebben gemerkt. Deze vraag kan ontkennend wor den beantwoord. In de eerste dagen nadat het besluit tot opheffing was gevallen, is er misschien iets meer opge vraagd dan normaal, maar het was van zéér weinig betee- kenis, en het is later weer terug gevloeid. Onze plattelands bevolking heeft den goeden raad van Minister Colijn, om kalm te blijven en niet anders te handelen dan men ge handeld zou hebben als de gouden standaard niet ware opgeheven, op voorbeeldige wijze opgevolgd. De rust van de Boerenleenbanken en de Centrale Bank is door het opheffingsbesluit niet verstoord geworden. De gevolgen. Wat zullen de gevolgen van de opheffing van den gouden standaard zijn voor onze Boerenleenbanken? Zal de toe stand in land- en tuinbouw erdoor verbeteren, zoodat ook de schuldenaren in betere conditie zullen komen? Ook deze vragen zullen bij velen onzer lezers zijn opge komen. Tot onzen spijt moeten wij het antwoord er op schuldig blijven. Het is in een sterk bewogen tijd als de tegenwoordige zeer gevaarlijk om voorspellingen te doen. Wij willen dus niet de verwachting, maar alleen de hoop uitspreken, dat de opheffing van den gouden standaard voor den land- en tuinbouw en daarmede voor onze Boerenleen banken de gunstige gevolgen zal hebben, die de voorstanders van devaluatie er aan meenden te moeten toekennen. Of dié hoop in vervulling zal gaan, hangt voor een groot deel af van de regeering. Wij vertrouwen, dat haar beleid er op zal zijn gericht aan land- en tuinbouw in dezen te geven, wat hem toekomt, en dat zij het er toe zal leiden, dat land en tuinbouw een rechtmatig deel genieten van de voordeelen, die de loslating van den gouden standaard hopelijk voor het overige Nederlandsche bedrijfsleven zal opleveren. Is er al devaluatie? Thans een opmerking ter voorkoming van misverstand, of ter verwijdering van reeds heerschend misverstand. Men spreekt wel eens, alsof de gulden reeds gedevalueerd is. Dit is practisch misschien wel juist, maar theoretisch niet. Officieel is de gulden nog niet gedevalueerd. Officieel is alleen de uitvoer van goud verboden en is de gulden „aan zich zelf overgelaten Zijn waarde ten opzichte van pond sterling, dollar, franc, enz., wordt op het oogenblik bepaald door de vrije werking van vraag en aanbod op de valuta markt. Wij hebben dus een z.g. „zwevende" gulden, een gulden, die in waarde tegenover buitenlandsche valuta's op en neer kan gaan. Eigenlijk is deze toestand niet zulk een groote bijzonderheid: hij heeft ook bestaan gedurende de jaren 19141925, dus betrekkelijk kort geleden nog. Theoretisch bestaat de mogelijkheid, dat de werking van vraag en aanbod den gulden weer op het oude peil zou terugbrengen. Wanneer al het gevluchte Nederlandsche kapitaal eens zou terugkeeren, en wanneer er dus een groote vraag naar guldens zou ontstaan, zou men dit wellicht zien gebeuren. Het is echter niet waarschijnlijk. Practisch is het vrijwel zeker, dat de gulden het vroegere peil niet meer zal hervinden. Devaluatie, officiëele devaluatie zal er eerst zijn, wan neer een nieuwe waarde voor den gulden is vastgesteld. Die nieuwe waarde kan worden gebonden aan het goud (b.v. 75 van de vroegere goudwaarde), of aan het pond ster ling of andere valuta (b.v. de gulden een tiende van een pond sterling). Omtrent de vaststelling van een nieuwe waarde is nog niets bekend, en het is absoluut ondoenlijk om hieromtrent eenige voorspelling te geven. Het eenige wat wij kunnen vertellen, is, dat verschillende economisten een devaluatie van 30 aanbevelen. De economisten hebben het echter niet voor het zeggen. Het egalisatie-fonds. Ten slotte nog een opmerking over het egalisatie-fonds, dat onze regeering heeft ingesteld. Wij zeiden zoo juist: de waarde van de gulden ten opzichte van dollar, pond, enz. wordt op het oogenblik bepaald door de vrije werking van vraag en aanbod op de valuta-markt. Dit was niet geheel volledig. Wij hadden er bij moeten zeggen behoudens het ingrijpen van het egalisatie-fonds. Waarvoor dient dit fonds? De naam duidt het reeds aan om de koersen te egaliseeren, gelijk te maken. Het dient om groote, plotse linge schommelingen te voorkomen. Wanneer op een goeden dag bij ons eens groote vraag naar dollars mocht loskomen, waartegenover weinig vraag naar guldens in Amerika, zou zonder ingrijpen van het egalisatiefonds de koers van den dollar plotseling gevoelig stijgen. In zulk een geval komt het egalisatiefonds in de markt en biedt dollars aan (of goud, wat practisch hetzelfde is, want de dollar is tegen bepaalden koers inwisselbaar tegen goud). De plotselinge stijging van den dollar wordt hierdoor tegen gehouden. Het egalisatie-fonds moet, om zijn rol te kunnen vervullen, natuurlijk de beschikking hebben over dollars, ponden ster ling, enz. Zij zal deze vreemde valuta's koopen op de open markt, als de gelegenheid daarvoor gunstig is. Het egalisatie-fonds dient niet om de koers van den gulden voortdurend gelijk te houden. Het dient alleen tot beperking van schommelingen op korten termijn. Op den duur wordt de koers van den gulden dus toch bepaald door de vrije werking van vraag en aanbod zooals wij boven zeiden. Voor (óók met premie-staking bij invaliditeit) op de voorwaarden van geeft de Centrale Bank gaarne inlichtingen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1936 | | pagina 4