BOEKBESPREKING.
30
DE RAIFFEISEN-BODE
3000, voor crediteuren van de heftig protesteerende
weduwe Bertling worden beveiligd.
ELFRIEDE EN CHARLEY FIFTY-FIFTY.
In April 1935 is Bertling te Berlijn overleden, zijn we
duwe achterlatende als zijn eenige erfgename en ook als de
eenige, die om hem treurde. Zij aanvaardde de nalaten
schap uitdrukkelijk en dreef de zaken van de z.g. firma
Van der Meulen op den ouden voet voor eigen rekening
verder. Alleen bemoeide zij zelf zich niet in feite met het
bedrijf, doch liet dit over aan den onvolprezen
medewerker van haar overleden echtgenoot, zekeren
CharlesSaruco, dien zij tot procuratiehouder
benoemde. Detemakenwinstzoutusschenhen
beiden worden gedeeld.
In afwachting daarvan mocht Saruco 1.500 per
maand opnemen en de weduwe voorshands
hetdrievoudige.
Deze verdeeling van de voorloopig binnenkomende 20
van cliënten acht ik onbillijk. Zij is immers omgekeerd even
redig aan de moreele aansprakelijkheid van Saruco en die
van de weduwe voor datgene, wat er verder op het kantoor
van Van der Meulen gebeurde.
BEGINNEN MINUS.
Dat er bij het overlijden van Bertling in de zaak van
Van der Meulen een „gat" zat van ten minste
100.000, welk bedrag niet alleen niet te stoppen viel, maar
dag aan dag aangroeide, schijnt op beide partijen even wei
nig indruk te hebben gemaakt.
Saruco ging door met de cliënten met minzaam gebaar
te adviseeren, effecten te koopen en 20 surplus van hen
te incasseeren, waarbij h ij, als er cliënten op het kantoor
kwamen, voor Mr. v. d. Meulen speelde.
,,M evrouw" beperkte zich in haar werkzaamheid zij
speldde zich haar juweelen aan, kocht een spiksplinter-
nieuwen 8-cylinder Horchwagen, wikkelde zich in een harer
exotische pelsen, en tufte er van door.
FAILLISSEMENT.
Het is duidelijk, dat de d b a c 1 e niet uitblijven kon.
De beurs liep op, de cliënten vroegen hoe langer hoe meer
hun saldi op en sommigen hadden de stoutmoedigheid te
weigeren, verder te speculeeren. De Justitie hield een drijf
jacht op de bucket-shops en de financieele pers, waaronder
vooral het Finantieel Weekblad voor den Fondsenhandel,
waarschuwde hoe langer hoe luider tegen deze onder
nemingen en tegen de firma Van der Meulen in het bij
zonder, zoodat de „heer" Saruco zich ten einde raad op
11 December 1935 naar de Griffie begaf, ten einde als goed
procuratiehouder het faillissement zijner weduwe aan te
geven.
DE CONSEQUENTE WEDUWE.
Van deze weduwe moet men zeggen, dat zij werkelijk
alles heeft gedaan, om consequent te blijven en crediteuren
tot het einde toe zooveel mogelijk te dupeeren. Niets heeft
zij nagelaten, om te verdonkeremanen, wat er nog te ver
donkeremanen viel. Dat daaraan nog niet radicaal een einde
is gekomen, is slechts aan de omstandigheid te wijten, dat
zij Duitsche is en in Duitschland woont, zoodat haar uit
levering niet is te verkrijgen.
ELFRIEDE ZET ZICH SCHRAP.
Het zou te ver voeren, hier in den breede uiteen te zetten,
welke middelen de „onschuldige weduwe" te baat neemt,
om het den curator zoo moeilijk mogelijk te maken. Genoeg
zij het, mede te deelen, dat zij er zich op beroept, in geen
enkel opzicht bekend geweest te zijn met den aard der door
haar man gedreven zaken en zich ook na diens dood nimmer
met de zaken te hebben bemoeid. Bij diens overlijden zou
zij met betrekking tot de firma van der Meulen door Saruco
zijn bedrogen en misleid en op grond daarvan de nalaten
schap hebben aanvaard. Hierdoor zou zij naar Duitsch recht
thans nog de mogelijkheid bezitten, om de aanvaarding van
de nalatenschap te herroepen en dit zou dan weer, volgens
een, haar en haar raadslieden volkomen waardige construc
tie, ten gevolge hebben, dat zij jegens crediteuren niet aan
sprakelijk is. Aan pogingen derhalve, om de zaak te em-
brouilleeren, ten einde het genot te houden van het actief,
dat zij thans nog bezit, geen gebrek. Daarbij vervult de
N.V. „Sanga" zoo een beetje de rol van den dubbelen
bodem bij den goochelaar.
Het is alleen jammer, dat de rechtsmaatregelen, welke
door een en ander noodig worden, geld kosten; het spreekt
echter vanzelf, dat de goocheltoeren van de weduwe op
den duur geen succes kunnen hebben.
In Nederland is een strafvervolging tegen haar
ingesteld en een bevel tot gevangenneming we
gens frauduleus bankroet tegen haar uitgevaar
digd. Toen bleek, dat zij in Weenen vertoefde, is tot de
Oostenrijksche autoriteit door de Nederlandsche een ver
zoek om uitlevering gericht. Zelfs heeft in Weenen op ver
zoek van den Officier van Justitie te Amsterdam bij haar
familie een huiszoeking plaats gehad. Dit alles leverde
echter niets op, daar de vogel reeds naar Duitschland was
gevlogen. Thans is bij de Duitsche politie een strafaanklacht
tegen de weduwe Bertling ingediend, terwijl ook civiel
rechtelijk jegens haar wordt opgetreden.
Afgifte van banksaldi, in Zürich en Londen be
staande, probeert de weduwe te verhinderen. Alles met een
beroep op haar roerende onschuld en daaruit voortvloeiende
niet-aansprakelijkheid jegens crediteuren.
Tot het actief behoort ook nog een aantal vorde
ringen op debiteuren. Een deel van hen is al even
solvent als de weduwe Bertling zelf. Mede op grond daar
van is de omvang van het actief niet te schatten.
Het passief bedraagt in totaal ongeveer 325.000.
BERTLING NET OP TIJD DOOD.
Bertling is precies op tijd doodgegaan
Hij was juist begonnen zijn onderneming internationaal
uit te breiden onder het parool :La Hollande est pavee d'or.1)
Ware hij blijven leven, dan zou de aangerichte schade waar
schijnlijk veel grooter zijn geweest.
Maar ook thans blijkt, dat het drijven van een bucket-
shop in de papieren loopt en een maatschappelijk gevaar
van beteekenis vormt."
(6 Maart 1936).
1) Holland is met goud geplaveid.
Annuaire international des organisations
coopératives (Genève 1936, 192 bl., Zw.
frs. 4, uitgave van het Internationaal
Bureau van den Arbeid).
De negende uitgave van het Internationale Jaarboek der
Coöperatieve Organisaties, verschaft in een beknopten vorm
het grootst mogelijk aantal inlichtingen over meer dan 700
Coöperatieve nationale organisaties van 57 landen, alsook
over de organisaties der internationale instellingen.
Het eerste deel geeft over iedere organisatie van den
meest recenten datum den naam der organisatie met hare
vertaling in het Fransch, Duitsch en Engelsch, haar adres,
den datum van oprichting, haar zetel, haar officiëel orgaan
(met vermelding van de periodieke verschijning en de
oplage), terwijl ook haar nationale en internationale relaties,