DE RAIFFE1SEN-B0DE 69 borg bij aangeteekenden brief kennis is gegeven van het aanspreken van den borg. Het belang van den schuld- eischer brengt dus mede, dat hij tegelijk met het aan spreken van den borg den schuldenaar hiervan bij aange teekenden brief op de hoogte stelt. Het spreekt van zelf, dat hij van zulk een aangeteekenden brief afschrift dient te houden, en dat hij het re<;u moet bewaren j dit geldt natuurlijk ook voor den aangeteekenden brief van inge brekestelling, hierboven bedoeld onder 4. Wanneer de debiteur een verzoek indient, moet hij bij aangeteekenden brief afschrift hiervan zenden aan den schuldeischer en eventueel ook aan den borg. Laat hij dit na, dan blijft het voorloopig gevolg, dat de wet aan de in diening van het verzoek verbindt (zie hieronder sub 6) achterwege. Hij moet zijn verzoekschrift vergezeld doen gaan van de noodige gegevens betreffende zijn financiëelen toestand De kosten, aan de indiening van het verzoek verbonden, bedragen 10. 6. Voorloopig gevolg van de indiening van het verzoek. Te rekenen vanaf den dag, waarop de schuldenaar het afschrift van het verzoekschrift aan den schuldeischer heeft verzonden, mag deze laatste geen maatregelen van executie (inbegrepen verkoop volgens art. 1223) op het verbonden onroerend goed of het huisraad van den schul denaar aanvangen of voortzetten terzake van verplich tingen, waarvoor ingevolge de wet uitstel of wijziging is verzocht, totdat de behandeling van het verzoek definitief is geëindigd (art. 5 lid 1). Ook executie-maatregelen tegen den borg voor de hypothecaire schuld werden stopgezet (art. 5 lid 3). De behandeling eener eventueele aanvrage van het faillissement van schuldenaar of borg wordt ge schorst (art. 5 lid 1 en 3). Opmerking verdient het volgende a. De schuldeischer moet zijn maatregelen stop zetten op den dag, waarop de schuldenaar hem den aangeteeken den brief, waarbij afschrift van zijn verzoek, heeft ver zonden. Hoe dit mogelijk is, is ons een raadsel. Hoe kan de schuldeischer weten, dat de schuldenaar bezig is hem een aangeteekenden brief (dien hij gemeenlijk eerst den volgenden dag zal ontvangen) te verzenden? b. De executie-maatregelen op het verbonden on roerend goed en het huisraad van den schuldenaar worden stopgezet. Dus de schuldeischer mag wel doorgaan met executie van de andere bezittingen van den schuldenaar (b.v. zijn veestapel). c. Tegenover den borg echter wordt de executie van zijn goederen stopgezet. De schuldeischer mag bij den borg dus geen enkele bezitting meer aanpakken. Een vreemd verschil tusschen de behandeling van den borg en die van den schuldenaar. d. Stopgezet worden executie-maatregelen ter zake van betalingsverplichtingen, waarvoor ingevolge de wet uitstel of wijziging is verzocht. De schuldenaar kan ver zoeken uitstel van teruggave van de hoofdsom of reductie van verplichte periodieke aflossing tot het wettelijke minimum. De stopzetting geldt dus niet executie-maat regelen, ondernomen ter verkrijging van betaling van rente of van de minimum-aflossing. Ook geldt zij niet een „losse" vordering, welke de schuldeischer naast zijn hypothecaire vordering mocht hebben. e. Executie-maatregelen worden stopgezet. Het blijft den schuldeischer dus vrij staan om maatregelen van con- servatciren aard te nemen, b.v. conservatoir beslag te leg gen op de goederen van den borg. De stopzetting van executie-maatregelen blijft in één geval achterwege wanneer nog geen zes maanden zijn verstreken sedert op een vorig verzoek van denzelfden debiteur afwijzend is beschikt. Echter kan ook in dit ge val de kantonrechter nog speciaal de stopzetting bevelen, wanneer hij zulks redelijk en billijk acht (art. 5 lid 2). 7. Behandeling van het verzoek. De kantonrechter behandelt het verzoek zoo spoedig mogelijk. Hij kan een minnelijke regeling beproeven. De betrokken schuldeischer en borö(en) worden gehoord, althans opgeroepen. De kantonrechter kan andere belang hebbenden (b.v. de andere hypothecaire crediteuren) hooren. 8. Gevolg van inwilliging van het verzoek. Als het verzoek wordt ingewilligd, als dus, m.a.w., uit stel wordt verleend of de periodieke aflossing wordt ge reduceerd, wordt dit geacht te zijn opgenomen in de oor spronkelijke overeenkomst. Uit den aard der zaak kan de schuldeischer niet meer executeeren, wanneer de schulde naar aan zijn door inwilliging van het verzoek verminderde verplichtingen voldoet. Reeds aangevangen executie-maat regelen of een reeds ingediende faillissementsaanvrage gaan voorgoed van de baan. De kantonrechter kan aan inwilliging van het verzoek voorwaarden verbinden. De regeering heeft als voorbeel den genoemd de voorwaarden, dat de debiteur alsnog achterstallige assurrantie-premie betaalt, of dat hij met het oog op de waardedaling van het onderpand een extra-aflossing betaalt, of dat hij het onroerend goed in beteren staat van onderhoud moet brengen. Daar de vermindering der verplichtingen wordt geacht te zijn opgenomen in de oorspronkelijke overeenkomst, geldt zij in beginsel ook tegenover den borg. Er is echter een zeer belangrijke uitzondering wanneer aldus art. 9 uitstel wordt verleend voor teruggave van de hoofdsom, geldt dit uitstel slechts tegenover den borg, voorzoover de schuld batig kan worden gerangschikt 00 de verkoopwaarde van het verbonden onroerend goed. Door een voorbeeld worde dit verduidelijkt Stel, dat een schuldenaar een onroerend goed bezit, dat een verkoop waarde heeft van f 15.009.hierop rust een eerste hypotheek van f 10.000.en een tweede hypotheek van f 8.000.voor de tweede hypotheek is ook een bord. De debiteur verzoekt uitstel van teruggave van de hoofd som der tweede hypotheek. Dit verzoek wordt ingewilligd Nu werkt deze inwilliging tegenover den borg slechts tot f 5.000.Immers slechts dit gedeelte van de tweede hypotheek kan batig worden gerangschikt op de verkoop waarde van het onroerend goed. De schuldeischer kan dus 3000.'van den borg opvorderen. 9. Werkingsduur der beslissing. De duur van de werking der beslissing van den kanton rechter is ten hoogste een jaar, maar de schuldenaar kan verlenging verzoeken (art. 10). De kantonrechter kan echter vóór afloop van den vast- gestelden duur de beslissing intrekken (op verzoek van den schuldeischer of den borg), wanneer de schuldenaar nalatig is in de nakoming daarvan of in strijd handelt met de gestelde voorwaarden, of indien wordt aangetoond, dat de omstandigheden aanmerkelijk zijn gewijzigd of dat de schuldenaar onjuiste gegevens heeft verstrekt. Bovendien vervalt de beslissing van zelf (dus zonder dat de schuldeischer een verzoek tot intrekking behoeft te doen) wanneer de debiteur komt te verkeeren in een der gevallen, waarin hij het verzoek of uitstel of aflossings vermindering niet kan doen (zie boven onder 4). De be slissing vervalt dus b.v. vanzelf (en de schuldeischer her krijgt zijn bevoegdheid tot executeeren), wanneer de schuldenaar in gebreke blijft met rente-betaling. 10. Hooger beroep. De schuldenaar, de schuldeischer en de borg kunnen van de beslissing van den kantonrechter in hooger beroep gaan bij de arrondissementsrechtbank (art. 14). Het hooger beroep moet worden ingesteld binnen 14 dagen na de uit spraak. De indiening van het beroepschrift moet geschieden door een procureur.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1936 | | pagina 3