DE DOODEHANDSBELASTING. DE RAIFFEISEN-BODE. 55 ongezegeld stuk op, waardoor men gevaar loopt in strijd met de Zegelwet te komen. Slechts leden der Bank kunnen als gemachtigde optreden. (Een lid der Bank kan dus b.v. niet een advocaat (geen lid (der Bank) als gemachtigde zenden. Niemand kan als gemachtigde van meer dan één lid optreden. Vereenigingen kunnen zich ter algemeene vergadering (doen vertegenwoordigen door één harer bestuursleden of i bedrijfsleiders (art. 28 lid 2). Een Vereeniging kan uit den aard der zaak niet „in persoon" verschijnen. De vertegen- Iwoordiging van een Vereeniging door een bestuurslid of bedrijfsleider moet dan ook anders worden gezien als de vertegenwoordiging van een gewoon lid door een gemach tigde. Het bestuurslid of de bedrijfsleider van een Vereeni ging is tot vertegenwoordiging bevoegd op grond van zijn i functie in verband met de statutaire bepaling, welke aan die functie vertegenwoordigingsbevoegdheid verbindt. Het bestuurslid of de bedrijfsleider behoeft dus geen geloofsbrief of volmacht over te leggen en hij kan ook niet worden be schouwd als gemachtigde; op hem is dus niet van toepassing, dat slechts leden der Bank als gemachtigde kunnen op treden. Wel geldt ook voor hem de bepaling, dat van de bevoegdheid tot vertegenwoordiging voor den aanvang der vergadering schriftelijk moet blijken; schriftelijk moet dus blijken, dat hij, die voor de Vereeniging verschijnt, bestuurs lid of bedrijfsleider is. 8. Presentie-lijst. De statuten schrijven niet voor, dat in elke vergadering een presentielijst moet worden geteekend. Toch is het ge- wenscht dat dit geschiedt. Het is zelfs practisch noodzake lijk, wanneer van hen, die niet ter vergadering komen, boete wordt geheven, alsmede in die gevallen, waarin een besluit moeten worden genomen, waarvoor de aanwezigheid van een bepaald aantal leden vereischt is (statutenwijziging, ontbinding). 9. De Voorzitter. Volgens art. 32 is Voorzitter der Algemeene Vergadering de Voorzitter van het college, dat de oproeping heeft ge daan, en bij zijn ontstentenis de onder-voorzitter en bij ontstentenis van dezen een lid, door het Bestuur en den Raad van Toezicht aangewezen. Is de vergadering bijeen geroepen door een vijfde deel der leden, dan wordt het presidium bekleed door een lid, door de vergadering daartoe aangewezen. In den regel zal natuurlijk de Voorzitter van het Bestuur de Algemeene Vergadering presideeren. Bij den Voorzitter berust de leiding der vergadering. Op grond hiervan heeft hij velerlei bevoegdheid. Hij handhaaft de orde leden, die misbruik maken van hun recht om het woord te voeren, kan hij verzoeken om zich te beperken en zich te onthouden van onparlementaire uitdrukkingen bij niet-voldoening aan dit verzoek kan hij hun het woord ont nemen hij kan leden, die zich ernstig misdragen, verzoeken of sommeeren heen te gaan. De Voorzitter verleent het woord aan de leden, die het woord verlangen. Hij kan, wanneer de discussie's te lang dreigen te worden, den spreektijd beperken hij kan ook bepalen, dat niet verder dan in tweeden termijn zal mogen worden gesproken hij dient dit dan echter uiterlijk bij den aanvang der discussie in tweeden termijn mede te deelen. Al moet de Voorzitter het recht der leden om het woord te voeren in ruime mate eerbiedigen, hij is niet verplicht om toe te laten, dat zij spreken over zaken, die met het punt, dat in behandeling is, in geen of slechts zeer ver wijderd verband staan. De Voorzitter is bevoegd om de volgorde van de punten der agenda te veranderen. Hij is ook bevoegd om de ver gadering voor korten tijd te schorsen, doch niet om haar te sluiten voordat de agenda is afgehandeld (behalve in het geval van wanorde). 10. De Secretaris. De Secretaris van de Algemeene Vergadering wordt aan gewezen door den voorzitter. Het eerst komt in aanmerking de Secretaris van het Bestuur. Maar ook een ander, b.v. de Kassier, kan worden aangewezen. De taak van den Secretaris bestaat hoofdzakelijk in het maken der notulen van de vergadering. Men zie over het maken der notulen de opmerkingen, die hierover gemaakt zijn onder het hoofd „Het Bestuur" (nr. 9). Voorts zal de Secretaris ook in den regel de notulen van de vorige vergadering voorlezen, terwijl hij ten slotte den Voorzitter moet bijstaan door stukken klaar te houden, welke de Voorzitter noodig heeft, door de statuten bij de hand te hebben, enz. (Wordt vervolgd). Een vereenvoudiging van de aangifte. Volgens het aangifte-biljet voor de doodehandsbelasting moeten de Boerenleenbanken afzonderlijk aangeven de voorschotten en vorderingen in loopende-rekening, gedekt door hypotheek, en de voorschoten en vorderingen in loopende-rekening, door andere zekerheid gedekt. Dit geeft veel last, wat de vorderingen in loopende- rekening betreft; immers er is geen aparte balanspost, waarin de vorderingen in loopende-rekening, welke door hypotheek zijn gedekt, afzonderlijk worden opgenomen. De Kassier moet die vorderingen dus elk jaar gaan uitzoeken en optellen; dit is bij sommige Banken weinig, maar bij andere veel moeite. Daarom heeft de Centrale Bank aan het Departement van Financiën verzocht om de Boerenleenbanken toe te staan de voorschotten en vorderingen in loopende-rekening, ge dekt door hypotheek, en de andere voorschotten en vor deringen in loopende-rekening in éénen op te geven. Het Departement heeft op dit verzoek gunstig beschikt bij schrijven van 14 November j.1., luidende als volgt „Naar aanleiding van Uwe hiernevens aangehaalde brie ven deel ik U mede, dat de inspecteurs der directe belas tingen, voor wat de Boerenleenbanken betreftj die zijn aangesloten bij een der beide centrale Boerenleenbanken, voortaan genoegen zullen nemén met het in één bedrag op nemen in de aangiften van hypothecaire en niet door hypotheek gedekte schuldvorderingen. Uiteraard blijven de inspecteurs bevoegd, naar aanleding van de aangifte een specificatie te Vragen indien hun dat in het belang van de controle wenschelijk voorkomt. Deze regeling geldt tot wederopzeggens; zij kan t.a.v. be paalde Boerenleenbanken ook door den inspecteur onder wien zij ressorteeren worden beëindigd. Boerenleenbanken die hare schuldvorderingen wenschen aan te geven, zonder onderscheiding naar den aard van de zekerheid zullen in rubriek 14 van het aangifteformulier A het onderdeel „Schuldvorderingen verzekerd door hypo theek" moeten doorhalen." H.H. Kassiers worden beleefd en dringend verzocht in de hoofden der grootboekrekeningen steeds te ver melden de juiste en volledige namen en adressen, als mede de juiste boekjesnummers. Daardoor worden vele onaangenaamheden en veel correspondentie bij het verzenden der controle-biljetten door de Af deeling Inspectie vermeden.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1936 | | pagina 5