-
84
DE RAIFFEISEN-BODE.
Naar aanleiding van het bovenstaande (door ons overge
nomen uit de N.R.C.), hebben wij besloten om voortaan de
formulieren 241 (verklaring zoek geraakt spaarboekje) en
242 (verklaring zoek geraakt l.r. boekje) alleen gezegeld
(met 0.50) te leveren.
Qmtrent het formulier 231 (geloofsbrief voor de alge-
meene vergadering) zullen wij de meening van den minister
vragen.
NOG EEN „LICHTSTRAALTJE".
Naar aanleiding van ons bericht in het vorig nummer over
de maatschappij ,,de Lichtstraal", bereikte ons een schrijven
van een kassier, dat wel de moeite waard is om hier over
genomen te worden. Het luidt als volgt
Indertijd is door mij correspondentie gevoerd over
Obligatiën van ,,De Lichtstraal".
We kwamen toen tot besluit, dat ik mijn cliënt zou
adviseeren geen stortingen meer te doen, waaraan hij
zich ook heeft gehouden, met goed gevolg.
Ik kreeg nu weer een schrijven van hem, waarin hij
mededeelde, dat weer een der Heeren bij hem was ge
weest, die hem een ander stuk wou verkoopen een z.g.n.
rouwbrief". Een aanbod werd gedaan van 150.
later minder.
Toen cliënt zei, dat hij zich eerst eens in verbinding
wou stellen met de Boerenleenbank, kreeg verkooper
plotseling haast. Mijn cliënt heeft nog aangeboden zijn
oude stukken terug te geven, wat hij echter niet mocht
doen, zoo sprak de verkooper.
Wellicht is het bericht dienstig voor „de Raiffeisen-
Bode"onze banken weten dan, wat men nu weer pro
beert.
COUPONBELASTING.
Op vragen van het lid der Tweede Kamer,
den heer T e u1i n g s
1. Is het den minister bekend, dat door den inspecteur
der directe belastingen te Oss, ter uitvoering van de wet tot
hef fi ng van een Couponbelasting, van 29 December 1933
S. 780, een circulaire is rondgezonden, gedateerd 22 Maart
1934 No. 487, aan verschillende rechtspersonen als bedoeld
in artikel 1 dier wet, waarin wordt verzocht
a. „ten einde te kunnen beoordeelen of door u even-
tueele couponbelasting zal zijn verschuldigd, op te geven
alle schulden ten laste van uw instelling, onder vermel
ding van het bedrag der schuld, naam en adres van den
schuldeischer voorzoover die te pas komt, het tijdstip
van het ontstaan der schuld, het rentepercentage enz.
b. „daar ook couponbelasting verschuldigd is wegens
de opbrengst van buitenlandsche effecten, welke belas
ting verschuldigd is door den genieter der opbrengst en
in sommige gevallen bij dezen moet worden geheven,
nauwkeurig op te geven de in het bezit van uwe instel
ling zijnde inschrijvingen op grootboeken, aandeelen,
obligaties enz., welke kunnen worden gerangschikt onder
de effecten of publieke fondsen."
2. Wil de minister mededeelen, of deze wijze van inlich
tingen verzamelen berust op eenige wettelijke bepaling of op
eenig op de wet steunend voorschrift, en zoo ja, op welke?
En voor wat betreft het verzoek in vraag 1 onder b geformu
leerd, of dit wel eenig verband houdt met de beweerde uit
voering van de wet terzake van couponbelasting op buiten
landsche effecten?
3. Indien beide vragen, of één der vragen onder 2 ont
kennend moeten worden beantwoord, is de minister dan be
reid, den inspecteur der Directe Belastingen te Oss intrekking
van de bewuste circulaire no. 487 te gelasten, en terugzending-
te bevelen van de gegeven antwoorden op een verzoek om in
lichtingen, welk verzoek op niet ter zake kundigen ten on
rechte den indruk maken moet van op een wettelijken grond
slag te berustenen wil de minister zorg dragen, dat van
Het Bestuur der Boerenleenbank is verplicht maande
lijks de boeken te controleeren.
Deze controle mag niet nagelaten worden.
Steeds moet daarbij de kas worden opgenomen. Dc
cijfers van die kasopname behooren in het dagboek en
in de notulen te worden vermeld.
deze inlichtingen op geenerlei wijze gebruik wordt gemat
door de belastingadministratie?
heeft de minister van financiën het vo
gendegelantwo ord:
1. De verzending van de in de eerste vraag bedoelde
culaire is ter kennis van den ondergeteekende gekomen. F
heeft toen terstond opdracht doen geven de verdere verze
ding van deze circulaire in afwachting van een nader 0
derzoek in hoeverre de inspecteur tot het stellen van de 1
doelde vragen bevoegd moet worden geacht te staken.
2. Geen enkele wetsbepaling geeft den inspecteur het ree-
het in de eerste vraag onder a bedoelde verzoek om inlic
tingen te doen. Te dezen opzichte heeft hij uitsluitend 1
recht boekeninzage te vorderen overeenkomstig de bepaling
van art. 22 der wet op de couponbelasting.
Ten aanzien van het in de eerste vraag onder b bedoel
verzoek van den inspecteur zou de wettelijke grondslag ku
nen worden gezien in art. 16 van gemelde wet. Echter is d
verzoek in in ieder geval veel te vroeg gedaan, omdat ten aa
zien van de opbrengsten, welke thans vorderbaar worden, eei
uiterlijk 31 December 1933 aangifte behoeft te worden
daan en de inspecteur het aantoonen, bedoeld in het genoenu
art. 16, dus eerst van 1 Januari 1936 kan vorderen. De 0
dergeteekende heeft geen reden om aan te nemen, dat
verzoek niet uitsluitend zou zijn gesteld in verband met
uitvoering van de wet ter zake van couponbelasting op buite
landsche effecten.
3. Den inspecteur te Oss is gelast de in de vragen
doelde circulaire in te trekken en de ontvangen of nog te 01
vangen antwoorden aan de inzenders terug te zenden, zond
dat daarvan afschrift wordt gehouden.
Daar ons gebleken is, dat ook verschillende onzer Boere
leenbanken een circulaire als boven bedoeld, hebben 011
vangen, nemen wij het bovenstaande op. Flet antwoord
den minister is duidelijk en afdoende.
GELD- EN EFFECTENMARKT
gedurende Maart 1934.
De geldmarkt gaf eenige aantrekking te zien. Prolongat
noteerde eenige malen boven de gebruikelijke noteering v
1%, en kwam zelfs op ip2%. Ook part. disconto steeg t
ip2%- Bij de inschrijving op schatkistpapier stelde li
netto rendement van het papier zich ook wat hooger, al bl
het netto rendement van 5-jarige schakisbilletten nog
3-4%-
De wisselkoersen waren te Amsterdam voor
Londen
Berlijn
New-York
Parijs
Brussel (Belga)
1 Maart
15 Maart
29 Maart
7 53
58 85
148.25
9 77'/4
34 64
7.56
58 90
147 75
976'/4
34 61
7-57 '/t
5885
147 50
9 75 I2
34 57
Van de beurs weinig nieuws. Veel nieuwe gezichtspunte
waren er niet. Tegen einde Maart werd de conversie van c
5% en 4p2% obligatie's Nederland en 4% Nederland 191
in een nieuwe leening groot 900 millioen gulden uit te geve
a 100% aangekondigd.