DE RAIFFEISE N-B ODE. 67 Aangenomen wordt, dat men de jaarlijksche controle der ;ekjes reeds heeft verricht en de cijfers daarin voorkomende :eft vastgelegd. Heeft men daartoe de z.g. contrölestaten gebruikt, dan is ;t doelmatig, het uittreksel hiermede te vergelijken. Men ;ve zich bij de beschouwing van het cijfer der spaar- dden rekenschap, waaraan een eventueele voor- of achteruit ing der spaargelden sinds de vorige balans toe te schrijven Bovendien doet men goed (aan de hand van het uittreksel dit gemakkelijk te doen) eens na te gaan of er onder de ;deponeerde bedragen groote saldi zijn. Dit is noodig om ch, gezien het saldo bij de Centrale Bank, af te vragen wat gevolgen zijn van een eventueel opvragen van één of meer- ere van die groote posten. Groote sommen lijken soms heel aardig, maar zij kunnen .jen zeker gevaar voor de liquiditeit opleveren, wanneer men liet voldoende rekening houdt met mogelijke opvraging. J Overwogen kan worden of het geen aanbeveling ver- ,lient, de grootere sommen alléén voor een zekeren termijn ..•ast aan te nemen of daarvoor mindere rente te vergoeden, wanneer men daartoe niet bereid is. Voor de bedragen, welke ,:ekening-couranthouders tegoed hebben van de bank, moeten [eteekende saldobiljetten aanwezig zijn. Ook hier bestede men zijn aandacht aan de grootere saldi. Ontmoet men vervolgens het bedrag der .Reserve", dan in dit aanleiding zijn zich te bezinnen en zich af te vragen f men in het verleden wel voldoende aandacht aan de reserve- Drming heeft besteed. Men drukke het bedrag van de reserve :ns uit in een percentage van het bedrag der uitstaande voor- hotten -j- het opgenomen bedrag der credieten, bepale ;t risico eens daarop en stelle dan vast of men tevreden kan jn. Valt de winst voorts nog mede, is deze bijv. meer dan m de balanstelling, dan is er een pakkend slot aan de balans gemaakt en is tevens de balanscontróle geëindigd, j Wanneer men, de controle van de balans eens zoo opvat, als jovenuiteengezet, dan heeft de boerenleenbank weer eens in [iet middelpunt der belangstelling gestaan. Alles wat goed was Jbeft men kunnen waardeerenvoor wat minder goed ver zorgd bleek kan men maatregelen nemen, zoo noodig in over- Jg met de Centrale Bank. f Een dergelijke controle kan niet steeds in één of twee ver gaderingen afloopen. Men neme er echter den tijd voor en zal [lan met voldoening op den verrichten arbeid terugzien. i» DE COUPONBELASTING, t Nu 2s Februari a.s. de inwerkingtreding der wet op de touponbelasting zal plaats hebben, meenen wij, dat het wen- chelijk is omtrent deze nieuwe belasting eenige inlichtingen verstrekken. Het voornaamste is wel, dat de belasting 2% bedraagt en ordt geheven van A. de opbrengst van binnenlandsche effecten; B. de opbrengst van buitenlandsche effecten, toekomende m binnen het Rijk wonende personen of binnen het Rijk :vestigde rechtspersonen. Voor de heffing worden de effecten gescheiden in binnen- ndsche en buitenlandsche; onder de buitenlandsche effecten dien alle effecten, die niet onder de binnenlandsche effecten innen worden gerangschikt. Wat onder binnenlandsche ef- cten is te verstaan wordt nader omschreven in art. 2. der et, zijnde effecten ten laste van den Staat, ten laste van pro- nciën, gemeenten, lichamen, als bedoeld in art. 130 letter i der gemeente-wet, waterschappen, veenschappen, veenpol- trs en andere binnen het Rijk gevestigde rechtspersonen aks .tiede certificaten van buitenlandsche effecten, afgegeven door Jnnen het Rijk gevestigde administratie-kantoren. Voor binnenlandsche effecten wordt onder de opbrengst 'trstaan al die revenuen die niet worden getroffen door de lividend en tantièmebelasting. H.11. Kassiers worden beleefd en dringend verzocht m de hoofden der grootboekrekeningen steeds te ver melden de juiste en volledige namen en adressen, als mede de juiste boekjesnummers. Daardoor worden vele onaangenaamheden en veel correspondentie bij het versenden der controle-biljetten door de afdeeling Inspectie vermeden. De heffing der belasting dezer coupons geschiedt aan de bron, derhalve bij den schuldenaar, die binnen een bepaalden termijn nadat de opbrengst der effecten vorderbaar is gewor den aangifte moet doen en de opgelegde aanslag moet voldoen. De schuldenaar is bevoegd de belasting op zijne crediteuren (dat zijn dus: de effectenbezitters) te verhalen. Dit verhaal geschiedt eenvoudig door inhouding van 2% op het coupon bedrag. Onze banken zullen dus van de toepassing der coupon belasting op binnenlandsche effecten weinig of geen admini stratieve last hebben. Voor de buitenlandsche effecten is deze materie echter ge heel anders geregeld. De belasting moet worden voldaan hetzij door de zegeling eener coupon-nota, het zij door het doen van aangifte. De meest voorkomende wijzen van de betaling der belasting zal zijn door zegeling van coupon-nota's. De zegeling dezer nota's moet geschieden door dengene bij wien de opbrengst van buitenlandsche effecten betaalbaar is gesteld of door de gene tot wiens gewoon beroep het verzil veren van coupons behoort. In het algemeen kan worden ge zegd, dat onze Banken tot geen dezer beide groepen behooren. Voor buitenlandsche effecten bedraagt de belasting mini maal o. 10 en klimt tot I.met 0.10 op, boven de 1. met 0.25 tot f 5.en daarna met 0.50. De belasting wordt geheven over het totaal bedrag der nota, dus niet over de waarde van elke coupon. Indien onze Banken van leden buitenlandsche coupons ter verzilvering ontvangen, zenden zij deze coupons onder ver melding der namen hunner cliënten en van het aantal en soort van de aan ieder dezer cliënten toekomende coupons aan de Centrale, die voor de verzilvering der coupons en de betaling der belasting zorgdraagt, en deze belasting met de aangesloten Bank verrekent, die deze natuurlijk op haar beurt iveer aan haar cliënt in rekening brengt. Wij teekenen nog aan. dat voor iedere binnen Nederland ter verzilvering aangeboden coupon de coupon-belasting ver schuldigd is. De belasting betaald voor coupons van eigenaars die niet binnen ons land hunne woonplaats hebben, kan echter worden teruggevorderd. Ook indien de eigenaars van buitenlandsche effecten hunne coupons in het buitenland verzilveren is de belasting verschul digd, de rechthebbenden moeten binnen een jaar 11a afloop van het kalenderjaar, waarin de opbrengst vorderbaar is ge worden, aangifte doen. Ten slotte wijzen wij er nog op, dat op niet-nakoming der belasting zeer zware straffen zijn gesteld. HET NIEUWE WISSELRECHT. Op 1 Januari jl. is de nieuwe wettelijke regeling van het Wisselrecht in werking getreden. Hierin komt onder meer de bepaling voor, dat de houder van een wissel zijn endossant en den trekker binnen vier dagen kennis moet geven van de niet-acceptatie en de niet- betaling van den wissel. Volgens de oude wet behoefde deze kennisgeving alleen te worden gericht aan den endossant. De kennisgeving aan den trekker wordt beschouwd als een

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1934 | | pagina 3