66 DE RAIFFEISE N-B ODE. Zoo is op de balans achter „Voorschotten ver meld: II5. Dit beteekent, dat het totaalbedrag van de 5e kolom van het uittreksel van grootboek II, in overeenstemming moet zijn met het op de balans vermelde bedrag der voorschotten. Het totaalbedrag van het uittreksel moet weer kloppen met het verschil tusschen kolom 12 en 7 van het dagboek. (Kolom 12: verleende voorschotten -f- saldi vorig boekjaar; kolom 7: terugbetaalde voorschotten). Het bedrag der spaargelden op de balans moet overeen stemmen met het totaalbedrag, dat voorkomt in kolom 8 van uittreksel I en tevens met het verschil der kolommen 6 en 11 van het dagboek. De totaalbedragen der vorderingen in rekening- courant (incl. gebouwen, meubilair, effecten enz.) en der schulden in rekening-courant (incl. reserve) moeten kloppen met kolom 6 en 7 van uittreksel III, terwijl het verschil van bovenbedoelde totaalbedragen van vorderingen en schulden in rekening-courant, weer moet overeenstemmen met het verschil tusschen de kolommen 13 en 8 van het dagboek. Is er geen te vorderen rente van voorschotten, dan zal de winst, welke op de balans tot uitdrukking komt, moeten klop pen met het verschil tusschen de kolommen 10 en 14 van het dagboek. Is er wel te vorderen rente, dan zal de winst gelijk zijn aan het verschil van beide kolommen van het dagboek, vermeer derd met het bedrag der nog te vorderen rente. Op overeenkomstige wijze als voor de controle van de cijfers op de balans hierboven werd uiteengezet, zal de con trole der cijfers op de „Rekening" plaats hebben. Maar genoeg hierover. Ieder die er meer van wil weten kan de noodige inlichtingen bekomen bij de inspectie der Centrale Bank. Het is echter niet genoeg dat men ziet, dat de bedoelde be dragen overeenstemmen. Men moet, zooals gezegd, er ook van overtuigd zijn, dat de cijfers inderdaad overeenstemmen met de bewijzen, die daar voor aanwezig zijn. Bovendien moet de waardeering ook juist zijn. Als eerste post op de balans komt voor de „Kas". Wij vestigen er de aandacht op. dat het bedrag op de balans vermeld, moet kloppen met het verschil tusschen de totaal ontvangsten en uitgaven in het dagboek. Was dit bedrag op den laatsten dag van het jaar werkelijk in kas? Men kan dit natuurlijk het best constateeren op den laatsten dag van het jaar. Wij raden dan ook aan, steeds op dien dag het kasgeld op te nemen en het dagboek op te tellen. De kasopname behoort voorts in het dagboek in de kolom „Bemerkingen" te worden vastgelegd. We weten wel, dat het bij meerdere banken gewoonte is, de kort na 1 Januari binnenkomende aflossingen en rente betalingen op voorschotten nog te boeken in het oude jaar. Dit wordt gedaan 0111 de post „te vorderen rente" niet te hoog op de balans te doen verschijnen, maar geheel juist is dit toch niet. In het vervolg boeke men deze posten in het nieuwe jaar. Zoodoende is de kas, welke op den laatsten dag van het jaar wordt opgenomen, steeds in overeenstemming met het kas saldo, dat op de balans verschijnt. Hier willen wij er nogmaals met nadruk op wijzen, dat het steeds mogelijk is de kas op te nemen. We zeggen dit, omdat men wel meent, dat dit in de eerste maanden van het jaar onmogelijk is, daar de afsluiting van het dagboek per 31 December nog niet kan plaats hebben, vóór dat de rente van de spaargelden, van rekening-couranthouders en van de Centrale Bank bekend is. Ten onrechte evenwel. Immers bedoelde posten hebben geen invloed op den stand dei- kas, daar ze zoowel ter rechter als ter linkerzijde van het dag boek worden geboekt. De kas moet dus in de maanden, waarin het dagboek over het vorige jaar nog niet werd afgesloten, worden opgenomen. Op het tijdstip van de kasopname moet in kas zijn Het Bestuur der Boerenleenbank is verplicht maande lijks de boeken te controleeren. Deze controle mag niet nagelaten worden. Steeds moet daarbij de kas worden opgenomen. D cijfers van die kasopname bchooren in het dagboek e> in de notulen te worden vermeld. het saldo per 31 December, vermeerderd met de totale vangsten sinds I Januari en verminderd met de totale uitga sinds dien datum. Het is dus wel zeer eenvoudig. Onder de bezittingen op de balans treffen we vervolg aan de post „Voorschotten" (incl. hypotheken). Het is niet voldoende, dat alleen geconstateerd wordt of bedrag in overeenstemming is met dat, wat het uittreksel het dagboek aangeven (zooals hierboven reeds werd uite gezet). Ook de bedragen, welke op het uittreksel van gre boek II zijn vermeld, moeten gecontroleerd worden met grootboek II zelf. Daar op dit uittreksel o.a. vermeld worden de aflossing welke in den loop van het jaar plaats hadden, de op het ei: van het jaar resteerende bedragen en de nog niet betaa rentebedragen, krijgt men bij de controle van dit uittrel tevens de gelegenheid de uitstaande posten te beoordeelen. Schuldbekentenissen en hypotheekgrossen komen daarbij pas. Schuldenaren, borgen, hypothecair verbonden goede passeeren de revue. Men geeft zich rekenschap van wat gedaan is in het verledenen van hetgeen te doen st in de toekomst. Wanneer aflossingen niet tegenvallen en de rente beho lijk werd betaald, is er reden tot tevredenheid en kan men kassier, de debiteuren en zichzelf een pluim op den h< steken. Laten aflossingen en rentebetalingen te wenschen over, vrage men zichzelf eens af of dit alléén aan de tijdsomst; digheden te wijten is. Wellicht komt men tot de ontdekki: dat met meerdere activiteit ook een betere uitslag moge) zou zijn geweest. Op overeenkomstige wijze als hierboven omschreven v< de voorschotten gaat men de uitstaande credieten na. JV lette vooral op bevroren en overschreden credieten en bera de te nemen maatregelen. (Verondersteld Wordt, dat de jaarlijksche controle boekjes reeds heeft plaats gehad en door de rekeninghoud saldobiljetten zijn geteekend, welke met het uittreksel wer< vergeleken) Vervolgens ontmoet men den post „Centrale Bank". I behoorlijk tegoed zal reden tot verheugenis geven; men voor eventuëele opvragingen van spaargelden voorloopig wapendmen heeft zorggedragen voor de noodige liquiditi Een schuld bij de Centrale stemt tot nadenken, indien n reeds geruimen tijd van het credjet van de Centrale Bank bruik maakt. Niet steeds zal de oplossing te vinden zijn de schuld in een tegoed te doen verkeeren. Beperking is H echter een eerste vereischte. Men vergete niet het saldo vergelijken met-het saldobiljet van de Centrale Bank. Bezit de bank „Effecten" en berusten deze bij de Centr, Bank, dan kan men de juistheid nagaan aan de hand van opgave, welke telkenjare per 31 December gezonden wol door het Accountantskantoor Kreukniet. Berusten er nog fecten op de bank, dan late men zich die toonen. Men geve zich er ook rekenschap van of er met de 11 lóopende rente op effecten is rekening gehouden. De „nog vorderen fente" (en provisie) van voorschotten vindt mi zooals reeds gezegd, op het uittreksel II terug. Vervolgens wordt de andere zijde van de balans onder loupe genomen. Men ontmoet den post „Spaarbank".

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1934 | | pagina 2