DE RAIFFEISEN-BODE.
87
gemaakt van bestaande betrouwbare controle-organen
(wij denken hier aan de inspecties der Centrales der
Boerenleenbanken). Wordt aan deze beide voorwaarden
(geen invloed op de bankpolitiek, weinig rompslomp en
kosten) niet voldaan, dan kan men beter géén controle
hebben.
Of zulk een staatscontrole hier te lande zeer noodig is,
betwijfelen wij, maar wij achten haar ook niet verwer
pelijk. De Boerenleenbanken kunnen, met het oog op
haar eigen belang, zeker geen bezwaar ertegen maken.
Zij hebben niets te verbergen. Als de staat haar wenscht
te controleeren, zal hij ongetwijfeld met genoegen door
haar worden verwelkomd.
DE GOUDCLAUSULE.
Het geschrijf over de goudclausule is gelukkig al weer
bijna vergeten. Er zou geen reden zijn om dit onderwerp
terug te komen, ware het niet, dat wij kort geleden iets
erover lazen in het verslag van een in Zuid-Afrika wer
kende Nederlandsche hypotheekbank. Deze had bij al
haar hypotheken een keurige goudclausule gemaakt, en
meende derhalve tegen een mogelijke loslating van den
gouden standaard door Zuid-Afrika gewapend te zijn.
Maar wat gebeurde, toen Zuid-Afrika den gouden stan
daard los. liet? Met één pennestreek werden meteen de
goudclausule's krachteloos gemaakt.
Wij hebben altijd behoord tot hen, die meenen aan
de goudclausule geen waarde te kunnen hechten. De
ervaring bewijst nu wel, dat deze meening juist is.
VADERLANDSLIEFDE IN DE PRAKTIJK.
Naar aanleiding van ons artikel onder dezen titel in
het vorige nummer van de Raiffeisen-Bode ontvingen
wij van geachte zijde een schrijven, waarbij werd opge
merkt, dat de strekking ervan eigenlijk nog niet ruim
genoeg was. De strekking was, naar men zich zal her
inneren koopt Nederlandsche producten. Onze corres
pondent merkte op, dat wij verzuimden de aandacht te
vragen voor Nederlandsche verzekeringsmaatschappijen.
Deze opmerking is niet overbodig; nog maar al te veel
verzekeringen worden bij buitenlandsche maatschap
pijen afgesloten, hoewel men bij binnenlandsche toch
zeker evengoed terecht kan. Het is zuiver sleur, als men
zich bij een buitenlandsche maatschappij verzekert.
Overigens is bedoelde opmerking eigenlijk ook weer
niet ruim genoeg, want er zijn nog andere dingen dan
verzekeringen, waaraan men geld kan uitgeven, zonder
dat dit direkt „koppen" is. Men denke aan het maken
van buitenlandsche reizen, het engageeren van vreemde
artiesten, enz. Eigenlijk moest de leus luiden Geeft uw
geld uit ten bate van uw eigen volk
Indien cheques of wissels bij de Centrale Bank be
taalbaar gesteld sijn, is het noodzakelijk, dat de Centrale
Bank in het bezit is van een adviseerend orderbiljet.
Men voorkomt oponthoud en overbodige correspon
dentie door direct een orderbriefje te zenden, zoodra uit
een ontvangen adviesstrookje blijkt, dat een rekening
houder een cheque op de Boerenleenbank heeft afge
geven, welke betaalbaar gesteld is bij de Centrale Bank.
WEZEN EN ORGANISATIE VAN HET
LANDBOUWCREDIET.
Onder dezen titel lazen wij in het Jaarboek 1933 van
den Algemeenen Bond van Oud-leerlingen van inrich
tingen voor middelbaar onderwijs een artikel van de
hand van Dr. R. Kuperus, directeur der Coöp. Zuivel-
bank te Leeuwarden.
Dit artikel geeft een beknopt, doch zeer helder over
zicht van het landbouwcrediet.
Wij zijn zoo vrij om twee alinea's, waarvan wij met
bijzondere instemming hebben kennis genomen, hier
over te nemen.
„Deze schets van de verschillende credietbehoeften
van den landbouw en van de wijze, waarop zij zoo goed
mogelijk zouden kunnen worden bevredigd, heeft, uiter
aard betrekking op normale verhoudingen en niet op
tijden, waarin door zeer sterke daling van de prijzen der
producten alle verband wordt verbroken. De conclusies,
waartoe wij kwamen, zijn daarom o.i. niet minder juist
en evenmin de gestelde voorwaarden en eischen, maar
de zeer ongunstige tijden hebben wel geleerd, dat ook
de crediet-basis van het boerenbedrijf niet te breed moet
worden genomen. Indien niet een bepaald kapitaal aan
eigen middelen en eventueele andere reserves aanwezig
is, kan bij teruggaande conjunctuur voor den pachter
en den hypotheek-boer vrij spoedig het moment aan
breken, waarbij de passiva de activa overtreffen, met
alle droevige gevolgen daaraan verbonden. De boer van
thans is nog steeds de ondernemer, die in theorie, maar
in zeer vele gevallen toch ook in de practijk, het risico
draagt en behoort te dragen van de door hem geleide
onderneming. Daartoe is een fundament, gevormd door
eigen middelen, onontbeerlijk, waarmede bij de crediet-
verleening rekening dient te worden gehouden."
Onze lezers herinneren zich wellicht, dat ook wij
meermalen hebben gewezen op de noodzakelijkheid van
het „fundament, gevormd door eigen middelen."
„De voorschotten aan de leden," zoo lezen wij ver
derop, „worden door het B.estuur der leenbank verstrekt.
Waar de banken plaatselijk werken en het Bestuur de
aanvragers dus persoonlijk bekend zijn, ontstaat het
voordeel, dat men zich goed op de hoogte kan stellen
van de zekerheid van het verleende crediet, terwijl tevens
kan wordpn nagegaan, of dit in verband met de locale
omstandigheden en den heerschenden economischen toe
stand in het belang van den crediet-nemer is. Dit zijn
niet te onderschatten voordeelen, wat vooral in het oog
springt, als men bedenkt, hoe eertijds particuliere geld
schieters zich somtijds weinig om de positie van den
schuldenaar bekommerden, wanneer de vordering uit
anderen hoofde b.v. door gegoede borgen maar vol
doende gedekt was. Wij willen hiermede geenszins zeg
gen, dat het beleid van de boerenleenbanken in dit op
zicht geheel feilloos zou zijn; ook daar heeft men in
sommige gevallen meer gedacht aan voldoende dekking
van het crediet, dan aan de finantieele positie van den
debiteur. Meer in het bijzonder heeft men zich in enkele
gevallen dikwijls niet voldoende gerealiseerd, dat de
resultaten van het boerenbedrijf zeer wisselvallig kunnen
zijn en dat ook de gegoedheid der borgen niet onaan
tastbaar is, maar het feit, dat de bestuurders der Bank,
in hun gelijktijdige kwaliteit als lid, onbeperkt aanspra
kelijk zijn voor de verplichtingen der bank, heeft vrijwel
steeds een voorzichtige crediet-verleening en beoordee
ling der geboden zekerheid in de hand gewerkt."