32 ÜE RAI F F E I SE N-B ODE. staan. Hij deelt mede dat de heer Spaans voor het ver dere gedeelte van den avond de leiding zal hebben en dat het een eereschuld der leden tegenover het bestuur zal zijn, dat deze avond goed zal verloopen. Onder ap plaus verklaart hij de vergadering voor geopend. Ingekomen zijn telegrammen van de Centrale Raiffei- senbank te Utrecht, van den heer P. de Boer, Sohagen, den heer Horn te Hilversum, gelukwenschen van de Boe renleenbanken te Landsmeer, Monnikendam, Warder en Nieuwendam, afdeelingen Witte Kruis, Heidemaatschappij ring Purmerend en verschillende particulieren. Dan volgt een geschiedkundig overzicht der bank in de afgeloopen 25 jaar door den Directeur, den heer Uiten - tuis, waaraan we het volgende ontleenen: De oorsprong van het Coöp. Boerenleenbankwezen is te vinden in Duitschland, waar in 1864 de eerste bank werd opgericht door Friedrich Wilhelm Raiffeisen, een dorpsburgemeester, die met leede oogen zag, dat de kleine boer financieel dikwijls de dupe was van woeker aars en uitzuigers. Thans is het Boerenleenbankwezen verspreid over geheel Europa, zelfs in andere wereld- deelen. Dan gaat spreker de ontwikkeling ervan na in ons land en zegt dat het vooral de inspecteur C. Fv. J. Brands is geweest, wiens propaganda tot schitterende re sultaten leidde. Aan de hand van staten en notulenboe-. ken worden we ingeleid in de geschiedenis der eerste banken. Op geestige wijze vertelt spreker hoe de heer Plas van Edam de vader der jubileerende bank is en haalt voorvallen aan uit de kinderjaren der bank. De eerste inlage ten name van C. Koker Cz. was een bedrag van f3S°-terwijl de eerste jaarvergadering werd gehouden op 11 Februari 1908. Jaarsgewijze gaat spreker dan het verloop der geschiedins der bank na, de winstrekening, het ledental etc. De oorlogsperiode en de moeilijkheden, waarvan, de watersnood in 1916 met zijn oproep om steun passeeren de revue en tot den tegenwoordigen tijd ge komen eindigt spreker zijn rede wijzend op de ernstige en abnormale tijden: „Ook zal ieder onzer tegenwoordig in zijn peisoonlijk leven wel zware drukkende momenten medemaken, dit geldt voor U en mij. Eenige jaren terug kreeg ik bij 'n gelegenheid van een godsdienstige familie (in woord en daad) een wandspreuk ten geschenke. Deze spreuk in rijm heeft tot hoofd „Bemoediging" en luidt: Een mensch lijdt dikwijls het meest, Door lijden dat hij vreest, Doch dat nooit op zal dagen, Zoo heeft hij meer te dragen. Dan God te dragen geeft. Het leed dat is drukt niet zoo zwaar, Als vrees voor allerlei gevaar, Doch komt het eens in huis, Dan helpt God altijd weer En geeft hij kracht naar kruis. Moge deze waarachtige rijke spreuk steeds tot steun in het leven zijn van U en mij, dan kan daardoor van deze vergadering een zegen uitgaan die alle vrees ver en ver te boven gaat. Daverend applaus volgt op deze rede WELKE BOERENLEENBANK? Welke Boerenleenbank heeft ons Zaterdag 24 Septer ber j.1. opgebeld naar aanleiding van het feit, dat eei maatschappij van Brandverzekering het perceel van e; harer voorschotnemers uit de verzekering hadgeroyeer Doordat de telefoon aan deze zijde zeer onduidelijk wa is niet goed tot ons doorgedrongen, welke Boerenleet bank dit was. Ook bij navraag aan het telefoonkantoi kon men ons niet inlichten. Wij verzoeken dus die Banl zich alsnog aan ons kenbaar te maken. AFSCHAFFING ZEGELTJES-PLAKKEN. Geachte Redactie, Door middel van de Raiffeisen-Bode zou ik gaarne d aandacht van belanghebbenden vestigen op het volgende Om van de voldoening van het zegelrecht te doen blij ken, moeten bij stortingen in de Leenbank voor bedrr gen boven f 10.plakzegels worden gebruikt. Dit geeft, vooral in den drukken tijd om Nieuwjaar, veel vertraging. Zou het mogelijk zijn, zoo vraagt men zich af, hierin verandering te krijgen? Het zegelrecht is „eene belasting" „tot aanvulling der rijksmiddelen." Hoofddoel van de Wet is dus tien cent aan belasting te innen. De manier waarop is bij zaak. De (ik zeg niet „deze") belasting kan ook worden voldaan „door betaling van het verschuldigde recht aan 's Rijksambtenaar." Het niet-plakken van zegels behoeft voor het Rijk geen nadeel op te leveren. Een paar voorbeelden: a. Aan de hand van het Dagboek is na te gaan, hoeveel gemiddeld, b.v. over de laatste drie jaren, door de Bank aan zegels werd uitgegeven. De Bank zou dit gemiddelde in eens aan den Ontvanger kunnen voldoen. Eenvoudiger: b. Het boekje voor stortingen in de Leenbank wordt gezegeld op gelijke wijze als dat voor uitbetaling van gelden. An dere mogelijkheden niet uitgesloten is de laatste op lossing de eenvoudigste. Het doel van de Wet kan op verschillende manieren worden bereikt en vereenvoudiging in administratie is voor den Minister voldoende aanleiding vergunning te verleenen het verschuldigde recht op andere wijze te vol doen Daarom worden alle belanghebbenden beleefd uitge- noodigd wel instemming te willen betuigen aan het hier bij uitgedrukt verzoek aan de Centrale Bank (tenzij deze zich bij voorbaat bereid mocht verklaren), om den Minis ter vrijstelling te vragen van het verplichte gebruik van plakzegels, zoo mogelijk door invoering van een gezegeld boekje. Desnoods kunnen zij tevens van advies dienen. "Hoogachtend, Uw dw., M. C. NEUTEBOOM, Kassier, Kamerik. Noot der Redactie. - Het idee van den inzender is o.i. wel van waarde. Vereenvoudiging der administratie is altijd goed. Alvorens wij moeite doen om er regeling te treffen met het Departement van Financiën, zouden wij echter wel gaarne weten, of nog andere kassiers hier-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1932 | | pagina 4