7Q DE RAIFFEISEN-BODE. Doch behalve dit heeft het kassierschap twee kwade risico's, welke niet te licht .geacht mogen worden. De eerste is: het gevaar van zich te vergissen. Een onzer Inspecteurs drukte het eens zoo geestig uit: „de kassier van een Boerenleenbank is jongste bediende en chef de bureau tegelijk". Geld ontvangen, geld wis- selen, geld uitbetalen, de menschen te woord staan, het gaat alles door één hand, het geschiedt allles door één persoon. En als de kassier na een drukke zitting tot de ontdekking komt dat zijn kas 100 of 200 gulden te klein is, dan eindigt hij met ze er uit eigen middelen bij te passen. Waren alle menschen eerlijk, dan kwam een te veel ol te groot uitbetaald biljet wel terecht; doch de er varing leert het ons wel anders. ergissingen in het nadeel der klanten worden wel achterhaald; doch vergissingen ten nadeele van de Bank. dus ten slotte ten nadeele van den kassier, komen minder zeker terecht. Van het tweede risico aan het kassiersschap verbonden gal de jongste geweldpleging te Nieuwe Niedorp no°- weer het ontstellend voorbeeld. Het risico van mishan deld of vermoord te worden! Och, als er pas een inbraak gepleegd is, wordt daar di uk over gepraat. Men denkt dan ook even aan zijn eigen Bank; en aan den man die daarover te waken heeft. Het ontbreekt zelfs niet aan allerlei raadgevingen. Een revolver koopen; deuren en blinden extra ver sterken; een groote hond aanschaffen; een electr Ge leiding aanleggen. Doch daar blijft het dan ook bij. Nu ja, de Bank is verzekerd tegen inbraak; en het waarborgfonds dekt de eventueele schade. En de Kassier met vrouw en kinderen? Wanneer de man valt als offer van zijn levenstaak? Ut als zijn gezondheid zoodanig geschokt wordt, dat hij met' meer bekwaam is om zijn functie te vervullen? Of als de dieven tegelijk met de Boerenleenbankkas ook de eigen kas van den kassier berooven? Is daarin voorzien? Er is een derde risico, hetwelk den Kassier van een Boerenleenbank bedreigt. Of eigenlijk is het woord risico nier niet juist. Het Holiandsche woord: gevaar, drukt hier beter de bedoeling uit. Ik bedoel het gevaar der verzoeking. Menschen, die hoog van zichzelf denken, zullen daar de schouders over ophalen. Doch de Rechter, die men- schenkennis opdeed, oordeelt daar anders over. Een groot geldbeheer brengt groote verzoeking mee re grooter naarmate het gestelde vertrouwen meer on begrensd, de controle minder deskundig, en de levens positie moeilijker is. Ook hier loopt de Bank geen risico meer. Want het waarborgfonds dekt de schade door fraude van Kassier of Bestuurderen ontstaan. dag °beloeren em°niSCh den Kassier dag aan Wij gaan een moeilijken, een gevaarlijken tijd tegen v.eel °verj gesproken. Allerlei middelen worden aan de hand gedaan om de crisis te bezweren ol zonder al te veel schade door te komen. Het ligt niet op onzen weg om daarover uit te weiden. Doch wat wij doen wilden? Even de aandacht vestigen op de mannen en vrouwen, die dagelijks te midden van die moeite en gevaren te werken hebben. toe 6t gebeurde te Nieuwe-Niedorp gaf daar aanleiding N.B. Preeken voor eigen parochie? Neen, dat de bedoeling van dit stukje. Eigen klacht is ei Doch het komt mij voor, dat onder de vele onderw welke ter sprake komen, ook wel eens een enkele de levenstaak en positie van de werkers voor de selijke Boerenleenbanken aandacht mag vragen. Vijf en twintig-jarig bestaan der Boerenleei bank te Soest. Op verzoek nemen wij over het navolgend ge vervaardigd naar aanleiding van het 25-jarig bestaai ao\ engenoemde Bank en verschenen in de Soester rant van 30 Jan. j.L: De Boerenleenbank. Barst los, bezielt u, heiige snaren! 'Trots stormgeloei en woeste baren, Hebt gij thans vijf en twintig jaren De Soesters trouw d'r geld betaald, Financieel nog nooit gefaald. Ontplooi uw vaandels en banieren. Laat zilv ren glans uw hoofden sieren, Wil feest lijk deez' geheugnis vieren, Want zelden werd op Soest een werk Zoo door-solied gebouwd en sterk. Geen grootsche opzet van kantoren. Geen halve cent ging er verloren; Gij blaast het van de hooge toren: Trots slechte Beurs en Crisis-tijd. Bleeft gij verwinnaar in den strijd. Wars van gewaagde speculaties, Noch lijdend aan hallucinaties, Zoo waren steeds uw aspiraties, Gesteld op 'n verhoogd crediet, Riskante zaken mocht gij niet. Thans kraait uw zilv'ren haan victorie En lang zal leven de memorie Van 't jubelfeest, vol glans en glorie; Uw leden, menig honderdtal, Die koest'ren slechts één wensch: Sta pal! Bestuur en leden gaan nu fuiven, Doen zich te goed aan volle ruiven En drinken 't sap van gerst en druiven Dit is een feest voor driekwart Soest, En ouwe Nurks, die houdt zich koest. De Boerenleenbank moge groeien En tot in verre tijden bloeien, Hoe om haar heen de stormen loeien; Zij blijve staan vast als de rots, Ondanks het bulderend golfgeklots. De Boerenleenbank blijft een zegen, Zij storte haar metalen regen Op huis en erf, op land en wegen; Zij heeft een grootsche taak volbracht: Sta pal! voor 't Soester nageslacht. Lexmond, 7 Febr. 1931. FRANS DE JONG.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1931 | | pagina 6