24 DE RAIFFEISE N-B ODE. spoediger het reservefonds van de vereeniging aangroeit, des te meer wordt haar toestand bevestigd." Wij geven deze woorden van Raiffeisen, zonder com mentaar, ter overweging aan hen die meenden, dat men door reservevorming in strijd zou komen met het doel? Wij vragen slechts, wie kon beter dan Raiffeisen be voegd geacht worden om daarover te oordeelen. DE POSITIE VAN DEN EERSTEN HYPOTHEEK HOUDER BIJ BESLAG OP HET VER HYPOTHEKEERDE ONROEREND GOED. Dit onderwerp sluit aan bij dat over de positie van den eersten hypotheekhouder bij faillissement van den hypotheekgever, hetwelk wij in ons vorig nummer be handelden. ooraf zij erop gewezen, dat ons recht tweeërlei be slagen kent, n.1. conservatoire en executoriale beslagen. De eerste beslagen dienen tot bewaring van het recht (van verhaal) van den schuldeischer en de tweede tot tenuitvoerlegging van zijn recht. Laten wij met voorbeelden het karakteristieke verschil tusschen deze beslagen uiteenzetten. Stel dat iemand een vordering op een ander heeft, welke vordering de ander betwist. Deze vordering staat dan dus nog niet tusschen par tijen vast en over de al of niet rechtmatigheid van de vordering zal dus eerst, misschien jarenlang, geproce deerd moeten worden. Nu kan gedurende een proces natuurlijk veel ge- Leuren. Degeen tegen wien de eerste persoon, de eischer in de procedure dus, zijn vordering ingesteld heeft kan zien aankomen, dat hij het toch wel verliezen zal en kan derhalve zijn goederen gaan verkoopen, ten einde deze zoodoende later aan het verhaal van den eischer te ont trekken. De bedoeling is dan dus deze, dat als de eischer een maal zijn proces gewonnen heeft, hij niets vinden zal. Natuurlijk en gelukkig gaat dit niet zoo gemakkelijk, want als de gedaagde b.v. zijn land verkocht heeft en de opbrengst in effecten heeft belegd, mag het wat moei lijker zijn die effecten in beslag te nemen, omdat men niet altijd weten kan waar de schuldenaar (de veroor deelde gedaagde dus) deze gestopt of in bewaring gegeven heeft, maar als de schuldeischer verdere maatregelen neemt, b.v. het faillissement van den schuldenaar aan vraagt en dit uitgesproken krijgt, moet de schuldenaar toch met zijn effecten te voorschijn komen, anders kan hij gegijzeld worden. De conservatoire beslagen nu beoogen te voorkomen, dat de gedaagde zijn goederen aan het verhaal van den eischer zal onttrekken. Zoo kan de schuldeischer, indien hij aan kan toonen, dat er vrees voor verduistering bestaat, dat b.v. de schul denaar zijn goederen zal gaan verkoopen of bezwaren, na toestemming van den President der Arrondissements- Rechtbank conservatoir beslag laten leggen op de onroe rende goederen van den schuldenaar. Het gevolg van dit conservatoir beslag is dan, dat zoo lang" dit beslag er ligt, de schuldenaar het onroerend goed kan vervreemden noch bezwaren. Na het beslag en zoolang dit nog niet opgeheven is, kunnen er dus geen hypotheken op gevestigd worden. Aan vóór de beslaglegging gevestigde hypotheken wordt door dat beslag de geldigheid natuurlijk geenszins ont nomen. Tegenover de conservatoire beslagen staan nu de exe cutoriale. Gelijk reeds gezegd strekken deze om de rechten, b.v de rechten uit een vonnis voortvloeiend, ten uitvoer te leggen. Het zijn dus de beslagen die gelegd worden alvorens tot executorialen verkoop der goederen overgegaan wordt Deze beslagen worden dan ook aan den eersten hypo-: theekhouder beteekend. Wij zijn thans gekomen tot de belangrijke vraag wat de eerste hypotheekhouder doen moet, als er zoo'n, beslag hem beteekend wordt. Volgens de stelselmatig in de hypotheekakten- voor komende bedingen wordt de vordering onmiddellijk op- eischbaar als een derde beslag heeft laten leggen op het verhypothekeerde onroerend goed. Thans moet men onderscheid maken tusschen con servatoir en executoriaal beslag. Is het beslag een conservatoir beslag, dan is er voor de Bank als hypotheekhoudster vooreerst nog geen aan leiding om in te grijpen. Immers dan moet er nog over de vordering geproce deerd worden en het is best mogelijk, dat de procedure tegen den beslaglegger door den hypotheeknemer als gedaagde gewonnen wordt. In dit geval zou het natuurlijk zeer onaangenaam voor den hypotheeknemer zijn, als de Bank reeds direct haar rechten had doen gelden en het verhypothekeerde goed had laten verkoopen, terwijl later gebleken was, dat er eigenlijk geen aanleiding toe was geweest. In dit verband valt nog het volgende op te merken. Indien na gelegd conservatoir beslag de beslaglegger de procedure wint, wordt het beslag van waarde verklaard en dan gaat het conservatoir beslag in een executoriaal over zoodra tot uitwinning overgegaan wordt. In dat geval moet aan den hypotheekhouder mede gedeeld (bij deurwaardersexploit beteekend) worden, dat het conservatoir beslag van waarde verklaard is. In dat geval kan de hypotheekhouder nog altijd gebruik maken van zijn recht tot executorialen verkoop. Wanneer nu executoriaal beslag gelegd is of beteekend is dat een conservatoir beslag van waarde verklaard is, ligt het op den weg van den hypotheekhouder de executie over te nemen en moet deze derhalve aan den beslag legger binnen 14 dagen nadat hem, hypotheekhouder, beteekend was het gelegde executoriaal beslag, of wel de van waarde verklaring van het conservatoir beslag ook bij deurwaardersexploit laten beteekenen, dat hij de exe cutie over wil nemen en binnen welken tijd de verkoop plaats zal hebben, terwijl dan later nog namens den hypo theekhouder aan den beslaglegger beteekend moet wor den, wanneer de verkoop zal plaats hebben. Het is aan een Bank, die eerste hypotheek heeft, ge raden de executie zelf ter hand te nemen. Immers dan komt de Bank uit de opbrengst direct aan het bod, terwijl er anders nog de gerechtskosten van den beslag- legger en van de rangregeling af gaan. Het gevolg zou dus kunnen zijn, dat indien de Bank zelf ging executeeren, zij er ten volle uitkwam, terwijl zulks niet het geval zou zijn, indien zij den beslaglegger zijn gang liet gaan. Het is dus voor deze "Banken wel geraden om zoodra exploiten van beslag aan haar beteekend worden, deze onverwijld (ten einde den termijn van 14 dagen voor het mogen doen beteekenen van de voorgenomen over name der executie niet te laten verloopen) de stukken aan de Juridische Afdeeling van de Centrale Bank toe te zenden. In geen geval moet de Kassier, zooals helaas wel eens gebeurde, die stukken naast zich neerleggen ten einde

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1930 | | pagina 2