DE RAI F FE I SE NB ODE.
5
met gemiddeld een kwart procent werd verlaagd, zou
dit per jaar een extra-bate opleveren van f750.000)
Terwijl de totale winst onzer Boerenleenbanken over
1928 f 1.300.000 was! Zulk een uitzetting van de winst
zouden wij in de tegenwoordige omstandigheden niet eens
toejuichen. Wij willen alleen maar laten zien, dat men
met een zeer kleine vergrooting der marge reeds veel
kan bereiken.
Wanneer men de credit-rente voor loopende rekening
met een half procent verlaagde, zou dit waarschijnlijk
een extra-bate van ten minste f 150.000 opleveren!
Het is allerminst onze bedoeling om hier bepaalde vin
gerwijzingen te gaan geven voor verlaging der rente voor
spaargelden en credit-saldi in loopende rekening en ver
hooging van de rente voor voorschotten en debet-saldi
in loopende rekening. Men kan hier geen algemeene
regels geven. De plaatselijke omstandigheden moeten
hierbij den doorslag geven, en natuurlijk kennen de
Besturen der plaatselijke Banken die het best.
Er is hier, zooals wij meer zien, een botsing tusschen
twee belangen. Aan den eenen kant staat het belang van
reserve-vorming, aan den anderen kant het belang van
een geringe rente-marge. Nu gaat het er maar om deze
belangen in het juiste evenwicht te brengen, om aan elke
van beide precies te geven wat eraan toekomt. Naar
onze meening heeft men tot nog toe het belang van de
kleine rente-marge wel wat al te zeer op den voorgrond
gesteld en aan het belang van de reserve-vorming niet'
die aandacht geschonken, waarop het recht heeft.
Wij hopen- daarom, dat de kwestie der reserve-vorming
in de toekomst méér aandacht zal vinden. Wellicht is
het een geschikt onderwerp voor gedachtenwisseling in
ringvergaderingen.
DE ALGEMEENE VERGADERING TE UTRECHT
EN DE COMMISSIE VOOR HET
STEMMENOPNEMEN.
Geachte Redactie.
Beleefd verzoek ik U opname van het volgende.
Het is de gewoonte dat in de Algemeene Vergadering-
door den Voorzitter enkele afgevaardigden van locale
banken worden verzocht, in de pauze de stemmen voor
de verschillende vacatures op te nemen. In de op 22 Mei
j.1. te Utrecht gehouden Algemeene Vergadering viel mij
de eer te beurt door den Voorzitter uitgenoodigd te
worden, deel uit te maken van deze Stemmencommissie,
hetgeen ik bereidwillig op mij nam, zooals men trouwens
alle werkzaamheden, voor een zaak die ons lief is, gaarne
verricht.
Zooals zij, die deze Vergadering bijgewoond hebben,
zich wel zullen herinneren, begon de pauze eerst om
2.15 en zou de Vergadering om 3 uur weder worden
voortgezet. In deze drie kwartier moet men stemmen
opnemen en haastig- onder dezen arbeid door, wat ge
bruiken. Dit nu, acht ik geen manier. Men moet toch
niet vergeten, dat verscheidene afgevaardigden reeds om
8 uur des morgens en soms nog vroeger van huis gaan,
om 11 uur in Utrecht tegenwoordig te kunnen zijn. Dan
begint de Vergadering en heeft men hoogstens gelegen
heid even een kop koffie te gebruiken. Als dan zooals
nu om twee uur de pauze aanvangt, kan ieder begrijpen,
dat die afgevaardigden, welke reeds een heele reis achter
den rug hebben, behoorlijk iets willen gebruiken. Daar
voor is echter geen tijd als men in die Stemmencommissie
wordt benoemd.
Nu is mijn vraag deze, zou dit niet veranderd kunnen
worden? Mijne bedoeling is, dat deze Commissie eerst
behoorlijk gelegenheid krijgt een lunch of iets dergelijks
te gebruiken en daarna hare werkzaamheden aanvangt.
Ik twijfel er niet aan of het Bestuur en de Raad van
Toezicht der Centrale Bank zullen hiervoor wel een re
geling weten te vinden en weet zeker, in den geest van
vele' afgevaardigden te hebben gesproken.
Ei' zou nog wel meer van gezegd kunnen worden,
doch ik zal het hierbij laten. Wel weet ik, dat als deze
kwestie reeds bij de laatste Algem. Verg. beter geregeld
was geweest, een onaangename woordenwisseling tus
schen een afgevaardigde en een lid van het personeel
der Centrale Bank vermeden was.
Gaarne zal ik het oordeel van de redactie over het
bovenstaande vernemen.
U, geachte Redactie, beleefd dankzeggende voor de
verleende plaatsruimte, teeken ik.
Hoogachtend,
K. SWART,
Secretaris van het Bestuur der Coöp.
Boerenleenbank te Westzaan.
Westzaan, 30 Mei 1930.
NOOT REDACTIE.
Door de verbouwing van Tivoli was de zaak niet zoo
geregeld, als wel gewenscht was.
Intusschen heeft een en ander onze aandacht.
KORT VERSLAG VAN DE FEESTVERGADERING
VIJF EN TWINTIGJARIG BESTAAN VAN
DE COÖP. BOERENLEENBANK
TE DEN BOMMEL (Z.H.).
Op Woensdag 14 Mei j.1. werd in Hotel De Weerd te
Oude:Tonge, het 25-jarig bestaan van de Coöp. Boeren
leenbank te Den Bommel, met de Bestuursleden van de
verschillende banken op Flakkee, feestelijk herdacht.
De vergadering die door ruim een veertigtal bestuurs
leden bezocht werd, stond onder leiding van den Heer
I. J. Bom, Voorzitter van den Raad van Toezicht van[
de jubileerende Bank.
De Voorzitter opent de vergadering en zegt ongeveer
het volgende:
Mijne Heeren!
Het is nog slechts enkele weken geleden, dat we hier
in het Hotel De Weerd bij elkaar waren, om het 25-jarig
bestaan van de Coöp. .Boerenleenbank te Oude-Tonge,
feestelijk te herdenken. De feestklanken zijn als 't ware
nog niet verstomd; we hooren in den geest de schoone
naklanken nog door deze zaal galmen. Hoewel ons dat
alles nog helder voor den geest staat, het feest van de
Boerenleenbank te Oude-Tonge, hoe goed ook geslaagd
en hoe schoon het was, behoort tot het verleden.
Al behoort dat alles tot het verleden, wij zijn Gode zij
dank nog in het heden en we mogen aan deze plaats
weder bijeen komen, om het 25-jarig bestaan van de
Boerenleenbank van Den Bommel met U allen feestelijk
te herdenken. Het zij mij dan vergund, als Voorzitter van
den R. v. T. van de jubileerende Bank en als Voorzitter
der feestvergadering van dezen avond, namens het Be
stuur, den Raad van Toezicht en den Kassier, U allen
hartelijk welkom toe te roepen.
In de eerste plaats brengen we onzen bijzonderen wel
komstgroet aan den EdelAchtb. Heer Van Schouwen,
Burgemeester van Oude-Tonge. Wij rekenen het ons tot
een eer. dat Gij aan onze uitnoodiging gehoor hebt ge
geven. Immers Gij zijt altijd een der voormannen op
Flakkee geweest, die op velerlei gebied de landbouwende
bevolking tot steun geweest zijt en ook aan de oprich
ting der Boerenleenbank te Oude-Tonge hebt Gij zeker
een groot aandeel gehad, zoo niet de eerste plaats inge
nomen. We kunnen wel zeggen, dat, wat Raiffeisen als