92
DE RAIFFEISE N-B ODE
Een belangrijke taak rust in dezen op de mannen van den
landbouwvoorlichtingsdienst. Aan hen heeft de landbouw
coöperatie veel te danken, want van hen is stuwkracht en
leiding uitgegaan. Zullen deze stuwkracht en leiding ook uit
gaan van hen, die in de toekomst den landbouwvoorlichtings
dienst zullen waarnemen? Geheel gerust hierop was de
Voorzitter niet. Want zij moeten komen van de Landbouw-
hoogeschool te Wageningen, en het is de vraag of daar wel
de geest heerscht, die de boeren noodig hebben voor den
uitbouw hunner coöperatie. In dit verband wees de Voorzitter
op een artikel van Prof. Mees in „Schakels", het orgaan van
de handelaren in meststoffen, enz.
De Voorzitter verzocht de redactie van de Raiffeisen-Bode
dit artikel eens over te nemen, opdat de boeren zelf konden
zien, dat hieruit blijkt, dat Prof. Mees geen coöperator is.
En hij staat in Wageningen waarschijnlijk niet alleen.
De Voorzitter sloot met de opwekking: Weest nuchter en
waakt, en hijscht het sein „Weest op Uw hoede"; blijft het
vaandel getrouw, en doordringt de jongeren van het besef,
dat langs den weg van de landbouwcoöperatie nog veel
schoons en goeds is te bereiken! (Krachtig applaus).
Notulen vorige vergadering.
Deze werden onveranderd goedgekeurd.
Rekening en verantwoording.
De rekening en verantwoording over 1928 zooals neerge
legd in het verslag en in de balans en de verlies- en winst
rekening, werd zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Winstverdeeling.
Voorgesteld werd van het winstsaldo ad 519.036.56 af
te schrijven op de rekening „Gebouw" 5000.en op
„Meubilair" 2.737.03, waardoor dit op één gulden zal zijn
afgeschreven. Voorts werd voorgesteld het resteerend winst
bedrag ad 511.289.53 in het reservefonds te storten, waar
door dit zal stijgen tot 3.801.757.45.
Bovendien werd voorgesteld het van de reserve afzon
derlijk als „reserve koersverschillen" geboekte bedrag te ver-
hoogen met 70.000.zoodat dit dan op 740.000.
komt te staan.
Dit voorstel werd in zijn geheel zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Rekening en Verantwoording van het
Onderling Waarborgfonds.
De vergadering, voor dit punt optredende als algemeene
vergadering van het Onderling Waarborgfonds, keurde even
eens zonder hoofdelijke stemming goed de rekening en verant
woording van dit fonds over 1928, zooals deze is vervat in het
jaarverslag der Centrale Bank (bl. 21).
Verkiezingen.
De Voorzitter stelde vervolgens aan de orde de verkiezing
van een lid van het Bestuur (vacature Baron van Hugenpoth
tot Aerdt), van twee leden van den Raad van Toezicht (va
catures Stroink en van Beuningen) en van twee plaatsver
vangende Bestuursleden (vacatures van Ditzhuijzen en van
Beuningen). Hij verzocht verschillende afgevaardigden de
stembureaux te willen vormen en stelde voor de stemming te
doen plaats hebben in de pauze.
Wijziging Huishoudelijk Reglement.
Vervolgens stelde de Voorzitter aan de orde een voorstel
van het Bestuur tot wijziging van het Huishoudelijk Regle
ment der Centrale Bank, welk voorstel strekte om het be
staande art. 20 te doen vervallen, en daarvoor in de plaats
te stellen een nieuwe bepaling, luidende:
„De Centrale Bank is bevoegd, mits tegen behoorlijke
dekking, zich garant te stellen voor de bij haar aange
sloten Banken, voor de leden van deze, alsook voor
Vereenigingen, Vennootschappen of Instellingen, be
doeld in artikel 2 sub a. laatste lid der Statuten."
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
Rondvraag.
De Voorzitter wijzigde de volgorde der punten van be
handeling en stelde aan de orde de rondvraag (mededeelingen
waren er niet te doen).
De afgevaardigde van Langezwaag brak een lans voor het
uitgeven van een handboekje voor onze Boerenleenbanken,
waarin alle mogelijke gegevens, namen en adressen zouden
moeten voorkomen.
De Voorzitter van het Bestuur wees op een daaraan ver
bonden bezwaar, als ten minste alle namen der functionaris
sen er in worden opgenomen, doch een meerderheid in de
vergadering 'gaf bij zitten en opstaan te kennen zulk een
handboekje wel te wenschen.
Namens den Ring Joure werd het Bestuur in overweging
gegeven, de rente voor deposito's te verhoogen. De Voor
zitter van het Bestuur gaf als zijn meening te kennen, dat
het beter was voorshands niet daartoe over te gaan, daar de
reserves nog versterking behoeven.
De afgevaardigde van Lichtenvoorde opperde het denk
beeld van onverwachte kasopnamen een proces-verbaal te
doen opmaken.
De Voorzitter stelde daarna voor een uur te pauzeeren.
Uitslag verkiezingen.
Na de pauze maakte de Voorzitter allereerst den uitslag
der verkiezingen bekend. Het aftredende bestuurslid Mr. Dr.
G. F. M. Baron van Hugenpoth tot Aerdt, was herkozen.
Hetzelfde was het geval met de aftredende leden van den
Raad van Toezicht, de heeren G. W. Stroink en C. S. van
Beuningen, en met de aftredende plaatsvervangende Be
stuursleden, de Heeren F. P. E. van Ditzhuijzen en C. S.
van Beuningen. De herkozenen verklaarden hunne benoeming
te aanvaarden, behalve Baron van Hugenpoth tot Aerdt, die
niet aanwezig was, en wien van zijn benoeming zou worden
kennis gegeven.
Inleiding van den Hoofd-Inspecteur.
De Voorzitter verleende vervolgens het woord aan den
Heer Th. J. Visser, Hoofd-Inspecteur der Centrale Bank,
tot het houden van een inleiding over ,,de controle als factor
voor den goeden gang van zaken in het landbouwvereeni-
gingsleven". Dezen leiding, die herhaaldelijk teekenen van
instemming der aanwezigen verwierf, wordt elders in dit
nummer (gelijk werd verzocht door den afgevaardigde
van Bunschoten volledig afgedrukt. De Voorzitter bracht den
Heer Visser dank voor zijn uitnemende en boeiende uiteenzet
tingen en sprak de hoop uit, dat deze algemeen tot practische
toepassing der gegeven wenken zouden mogen leiden.
Voortzetting Rondvraag,
Bij de voortzetting der rondvraag verzocht de afgevaar
digde van Zwijndrecht het Bestuur met aandrang meer aan
dacht te wijden aan de credietverleening voor den tuinbouw.
Hij werd beantwoord door den Voorzitter en door den Heer
Nengerman, lid van het Bestuur, die duidelijk maakten, dat