NAAR AANLEIDING VAN HET ARTIKEL „DE
VEENDAMMER HYPOTHEEKBANK, SPAAR
KASSEN EN BOERENLEENBANKEN."
DE RAIFFEISÉ N-B ODE.
67
ie. de boeken der bank geregeld worden bijgehouden;
2e. de kas uitkomt;
3e. het Bestuur ten deze zijn verplichtingen nakomt.
De controle der boekhouding omvat in het kort het
volgende
ie. de vergelijking van de in het dagboek der Spaarbank
geboekte ontvangsten en uitgaven met de stortings
bewijzen en kwitanties;
2e. de controle van de overboekingen uit dit dagboek
naar Grootboek I;
3e. de controle van de in het dagboek der Leenbank
geboekte ontvangsten en uitgaven met de stortings
bewijzen en kwitanties, de girobewijzen, schuldbeken
tenis en andere bewijsstukken;
4e. de controle der overboekingen uit de in dit dagboek
geboekte posten naar de betrokken grootboeken II
en III;
5e. de controle der tellingen van beide dagboeken.
Bovenstaande controle zal maandelijks door het Bestuur
gehouden worden, zoodat, wanneer aan den Raad van
Toezicht, uit het dagboek en de notulen bij voortduring
mocht blijken, dat die controle nauwkeurig geschiedt, o.i.
kan volstaan worden met het nemen van steekproeven.
Het opnemen der kas behoort echter elke drie maanden
te geschieden, terwijl hiervan 'aanteekening wordt gedaan
in dagboek en notulen.
De Raden van Toezicht onzer Boerenleenbanken heb
ben in het algemeen steeds blijk gegeven van een hooge
opvatting van hun taak.
Die taak is belangrijk. Ze hebben toe te zien, dat de
goede naam onzer Boerenleenbanken hoog gehouden en
de beproefde soliditeit gehandhaafd wordt.
Moge het bovenstaande hen opwekken om met steeds
stijgende belangstelling en ambitie hun taak te blijven
vervullen.
OVER WOEKERBESTRIJDING.
,,Het woekereuvel neemt voortdurend toe en vindt
steeds nieuwe vormen, waarin het zich vertoont. N'a,ast
de oude geldleening tegen pand en hooge rente, de
koopovereenkomst met recht van wederinkoop en daa,r-
mede verbonden huurovereenkomst, het huurkoopcon
tract met veel te hooge totaalsom en ruineerende bedin
gen bij wanprestatie en niet de minst gevaarlijke vorm,
voorschotten op salaris en loonen met cessie tot be
dragen. waarin de rente verwerkt is. En de rente, her
leid tot jaarrente, gaat tot onwaarschijnlijke hoogten.
Breede kringen der bevolking gaan gebukt onder de
niet te dragen en door nieuwe woekercontracten steeds
zwaarder wordende lasten, welke den ondergang met'
zich brengen. Zij zijn niet altijd zonder schuld en heb-,
ben dikwijls de noodige voorzichtigheid en vooruitziend
heid uit het oog verloren, maar van hun zwakheid maakt
de andere partij misbruik en dikwijls worden zij op
zettelijk gelokt tot het aangaan der zoo onereuse con
tracten.
De omvang van het kwaad wordt grooter en er mag
reeds gesproken worden van een groot maatschappelijk
kwaad, dat bestreden moet worden. De veelsoortige vorm
echter, waarin het euvel zich vertoont en de moeilijkheid
om de grens aan te wijzen, waar het geoorloofde eindigt
en het ongeoorloofde begint, maken een deugdelijke!
bestrijding moeilijk en men heeft nog nergens een vol
komen bevredigende oplossing gevonden."
Aldus luidt de aanvraag van het hoofdartikel van het
Weekblad van het Recht van 23 Januari j.1.
Wellicht zullen onze lezers de schouders erover op
halen; het woeker-euvel treedt op het platteland nog
wel eens op, maar niet in emstigen graad; het kan daar
geen groot maatschappelijk kwaad" meer worden ge
noemd.
Blijkbaar is het in de stad anders gesteld. Wij nemen
gaarne aan, dat een zoo gezaghebbend blad als het Weekblad
van het Recht het aangehaalde artikel niet zonder reden heeft
opgenomen. Als het dus niet van toepassing is op het platte
land, moet het wel slaan op de steden.
Het ware misschien goed geweest, wanneer de schrij
ver hierop de aandacht zijner lezers even had gevestigd.
De lezer, die het platteland niet kent, verkrijgt nu het
ide$, dat ook daar de woeker w_elig_ tiert. Terwijl dat,
dank zij de Boerenleenbanken, niet juist is.
Wij veroorloven ons tevens op te merken, dat op het
platteland misschien geen volkomen bevredigende op
lossing is gevonden (waar vindt men het volkomene?),
maar toch wel een bevredigende, en het recept hiervoor is
„helpt U zelf" en: „allen voor een en een voor allep".
De schrijver in het Weekblad beveelt aan, dat wet
telijke voorschriften tegen den woeker gullen worden
gegeven; wij geven toe, dat aan de ergste excessen hier
door de kop zal kunnen worden ingedrukt; een oplos
sing van het probleem wordt zoodoende echter niet
verkregen.
Of en in hoeverre de oplossing, welke de boerenstand,
heeft geyonden, ook kan worden toegepast in de steden,
willen wij hier niet bespreken; het is een vraag, die mis
schien ontkennend zal moeten worden beantwoord.
In ieder geval doet de noodkreet, die het Weekblad
slaakt, ons weer eens gevoelen, van welk een onschat
bare waarde de Boerenleenbanken zijn voor onzen Boe
renstand". Bestonden zij niet, dan zou ook op het platte
land de toestand zijn, zooals het Weekblad hem schetst.
Zoo was het trouwens ook in den tijd, toen de Boerenleen
banken nog niet hun zegenrijken invloed uitoeefnden.
De woekerbestrijding was bij de oprichting eener Boe
renleenbank dikwijls een van de belangrijkste motieven
daarvoor. Nu het woeker-euvel op het platteland groo-
tendeels is uitgeroeid, is men licht geneigd dit te ver
geten. Toch is dit niet goed. Men moet nooit uit het
oog verliezen,.dat de bestaansreden der Boerenleenbank1
voor een goed deel is gelegen in het helpen van de min-i
der kapitaalkrachtige leden, voorzoover dit mogelijk is,
zonder dat de soliditeit der Bank hieronder lijdt. Ver
geet men dit, dan kon het wel eens gebeuren, dat heit,
onkruid van de woeker ook weer ten platten lande op
schiet. Dat moet worden voorkomen, want dit soort
onkruid is hoogst nadeelig en moeilijk uit te roeien!
Wij ontvingen het volgende schrijven:
Den Haag, 11 Februari 1928.
Prins Mauritslaan 42.
De Redactie van de Raiffeisen-Bode,
Utrecht, Kr. Nieuwe Gracht 19.
Mijne Heeren,
Het zij mij vergund, als Secretaris der vereeniging
van Directeuren van Spaarkassen, eenige opmerkin
gen te maken naar aanleiding van het hoofdartikel
in Uw 'blad van Februari 1928 No. 8, dat mij van
bevriende zijde werd toegezonden, waarin U een
aanval op de Spaarkassen doet.
Naar ik vertrouw, wilt U dit schrijven in Uw
orgaan opnemen, daar het toch ook voor Uw lezers
van belang is naar waarheid te worden ingelicht.
U maakt melding van een geval, dat X. te Z.
f3500.gespaard had en hem, toen hij niet ver
der wilde sparen, door de betrokken Spaarkas ge
adviseerd werd, om, instede van de spaarbrieven
af te koopen, deze vol te storten door middel van
een voorschot en het saldo voorschot op te nemen.