4 0FFIC1ËEL ORGAAN VAN DE 4 COÖPERATIEVE CENTRALE RAIFFEISEN-BANK TE UTRECHT. - MEDEDEELING. OPZEGGING DOOR HET BESTUUR. REDACTIONEEL GEDEELTE. KUNNEN DE COMMERCIEËLE BANKEN DE BOERENLEENBANKEN VERVANGEN? No. 8 FEBRUARI 1927 Twaalfde Jaargang DE RAIFFEISEN-BODE Verschijnt den eersten xan iedere maand. Abonnement f 0.50 per jaar. Losse nummers 10 Cent. franco per post. Redactie en Administratie: KR. NIEUWE GRACHT 19 UTRECHT. Tel. Interc. No. 15867. INHOUD, a. Mededeeling. Opzegging door het Bestuur, b. Redactioneel gedeelte. 1. Kunnen de Commerciëele Banken de Boerenleenbanken vervan gen? 2. Eerste. Hypotheek bij faillissement van den schuldenaai. 3. Overzicht van de Leden, Spaarders, enz. der Banken, bij onze Centrale aangesloten. 4. Van heinde en ver (uit Engeland). 5. Geld- en Effec- tenmarkt. e. Overgenomen („Organisatiegeest"), d. Uit onze Boerenleenbanken. Gevoel van saam- hoorigheid. e. Adve rtentiën. Wij vestigen de aandacht erop, dat de opzegging door het Bestuur moet geschieden op grond van een besluit der algemeene vergadering (zie art. 4 nr. 3 der Statuten; Dus eerst moet de algemeene vergadering het besluit nemen, dat het lidmaatschap van een lid op grond van vertrek, enz. (zie art. 7 der Statuten) zal worden opge zegd en daarna zal het Bestuur de opzegging doen. Men denke hieraan bij het opstellen der agenda voor de eerstvolgende algemeene vergadering. Door buitenstaanders, en speciaal door degenen, die betrokken zijn bij het gewone bankwezen, wordt wel eens getwijfeld aan de onmisbaarheid van een eigen bank wezen der boeren; men meent dan, dat de commercieële Banken de Boerenleenbanken zeer wel zouden kunnen vervangen en men wijt het alleen aan de buitengewoon vaste en ingewortelde positie der Boerenleenbanken, dat dit practisch onmogelijk is. Het is wel eens goed hiertegenover met nadruk te zeg gen: de commercieële Banken kunnen de taak der Boe renleenbanken niet overnemen. De commercieële Ban ken zijn niet geschikt voor den landbouwer. Het is dus gewenscht, dat deze beschikt over een eigen, speciaal voor hem ingerichte bank. Waarom kunnen de commerciëele Banken de taak van de Boerenleenbanken niet overnemen? Ten eerste niet, omdat er in den landbouw bijna uit sluitend behoefte bestaat aan een groote hoeveelheid kleine posten. Kleine voorschotten en credieten in re kening-courant, waarop weinig omgaat. Deze posten be zitten daardoor voor de commerciëele Banken geen aantrekkelijkheid. In de tweede plaats kunnen de ge wone Banken geen geld uitleenen tegen de betrekkelijk lage rente, die de boeren kunnen betalen. Wijl deze gewone Banken winst beoogen en wijl haar bedrijf haar van tijd tot tijd flinke verliezen doet lijden (factoren, welke bij de Boerenleenbank niet bestaan), zijn zij gedwongen tot het berekenen van een hoogere rente, dan de gemid delde boer kan betalen (dat hij niet meer dan ongeveer 5 0/0 kan betalen, moge als vaststaande worden aange nomen). In de derde plaats kan de landbouw, gezien zijn aard, niet geholpen worden met credieten met zeer korte looptijden, (een, twee, drie maanden) zooals dat bij den handel het geval is, maar heeft hij behoefte aan credie ten, die langer kunnen loopen: zooals credieten voor aankoop van meststoffen, voederartikelen, zaai- en poot- goed, ter betaling van arbeidsloonen enz. Deze credieten kunnen niet eerder worden terugbetaald in normale om standigheden, dan na het te gelde maken van den oogst. Credieten voor aankoop van vee, landbouwinventaris etc. moeten uit hun aard nog langer loopen, wil de boer ermede geholpen zijn. Ten slotte kan de landbouwer slechts zeer zelden die soort van zekerheid bieden, welke de commercieële Ban ken gewoon zijn van haar cliënten te nemen, ofschoon de in den landbouw gegeven zekerheidstellingen prac tisch zeker niet onderdoen voor die van handel en indus trie, integendeel meestal practisch solider blijken. Dit zijn de voornaamste redenen, waarom de commer ciëele Banken de taak van de Boerenleenbanken niet kunnen overnemen. Vóór het bestaan der Boerenleenban ken hebben zij dan ook weinig of niets voor het crediet aan den boer gedaan, die 'eertijds veelal door handelaren op voor het bedrijf te bezwarende voorwaarden moest geholpen worden. Men kan dus zelfs zeggen, dat de Boerenleenbanken voor den landbouw onmisbaar zijn. EERSTE HYPOTHEEK BIJ FAILLISSEMENT VAN DEN SCHULDENAAR. Eenigen tijd geleden heeft zich bij de Bank te H. het volgende geval voorgedaan. De Bank had een door eerste hypotheek gedekte vor dering. De schuldenaar-hypotheekgever failleerde en wat deed de Bank? Inplaats van deze aangelegenheid aan de Centrale Bank ter behandeling te geven, ging zij zelf dokteren. De Bank diende bij den Curator de vordering in alleen voor de rente. De gedachtengang van de Bank was blijkbaar deze, dat de rente, voldaan moest worden, maar dat er met aflossing van de hoofdsom zoo'n haast nog niet was. De Bank heefi geluk gehad! Het faillissement werd n.1. na door den schuldenaar gedaan verzet, vernietigd, waardoor de geheele kwestie van de baan geraakte. Het is echter wel de moeite waard bij deze zaak stil te staan en na te gaan, welke fouten de Bank gemaakt en welke risico's zij geloopen heeft.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1927 | | pagina 1