B. Voorschotten. C. Loopende rekening. DE RAIFFE ISEN-BODE. 79 Bij uitbetaling van rente wordt door den inleggger een kwitantie geteekend, voorzien van z:egel van fo.io. In al deze gevallen' zijn bedragen tot en met f 10.— vrij van zegel. 1. Schuldbekentenissen moeten voorzien zijn van een zegel van fo.30 (het gebruik van een plakzegel is ge. oorloofd; de eerste onderteekenaar moet daarop teekenen). 2. Wanneer een voórschotnemer voor de eerste maal aflost, teekent de kassier in het voorschotboekje op zegel van fo.io (ook wanneer het afgeloste bedrag f 10.— of minder is). Bij de volgjendleaflossingen op datzelfde voorschot teekent de kassier in hetzelfde voor schotboekje zonder zegel. Bij aflossingen op voorschotten door gemeenten, pro vinciën of waterschappen behoeft in geen geval een zegel gebruik te worden (noch in hef voorschotboekje, noch op eventuëele kwitantie's). Een bewijs van storting, dat door den aflosser getee kend wordt, is zegelvrij. 3. Wanneer een voorschotnemer de rente betaalt, teekent de kassier in het voorschotboekje op zegel van f 0,10. Bedragen van f 10.— of minder zijn echter zegelvrij. 1De akte van credietverstrekking in loopende reke ning moet voorzien zijn van een zegel van fo.50 (ge bruik van plakzegel is niet geoorloofd). 2. Brengt iemand geld in loopende rekening, dan teekent de kassier in het loopende-rekening-boekje op zegel van fo.io. Dit moet ook geschieden, wanneer het bedrag f 10.of minder is, indien het komt in mindering van een debet van meer dan f 10. Een stortingsbewijs, dat door den brenger geteekend wordt, is zegelvrij, mits de saldo-clausule oningevuld blijft. Indien het saldo ingevuld wordt, is gebruik van een zegel van fo.io noodig. 3. Haalt een loopende-rekening-houder geld, dan moet hij een kwitantie in het boekje form. n, voorzien van een zegel van 10 cent teekenen, tenzij het bedrag f 10.of minder is; de inschrijving van het bedrag jn het loopende-rekening-boekje is zegelvrij. 4. Wordt credit-rente bijgeschreven, dan moet de kassier teekenen op een zegel Van fo.io (ten. ij hle|t bedrag f 10.of minder is). 5. Wordt debet-rente of provisie bijgeschreven, dan teekent de kassier zonder zjegel. 6. Saldo-biljetten moeten worden geteekend op zegel van fo.io, indien het saldo grooter is dan f 10. 7. Overschrijvings- of - girobiljetten zijn zegelvrij. De verschillende akten, die hierboven niet genoemd zijn, en die bij de Centrale Bank verkrijgbaar zijn, gor den meestal gezegeld geleverd. Heeft of krijgt men onge zegelde akten, dan late men deze vóór het gebruik zegelen. Verkeert men eens in twijfel omtrent het bedrag van het zegelrecht, of over de vraag of een stuk al dan niet gezegeld moet worden, dan vrage men inlichtingen aan de Centrale Bank. Men stelle zich vooral niet bloot aan het maken van fouten, daar hierop gelijk bekend is hooge boeten staan. WETTELIJKE BEPALINGEN BETREFFENDE HET BELEGGEN VAN GELDEN Bij COÖPERATIE'S. Wij lezen in het Maandschrift van het Centraal Bureau voor de Statistiek (Jaargang 1926, bladzijde 148): Op 7 November j.1. is in Tsjecho-Slowakije een wet van 10 October 1924 in werking getreden, welke in liet algemeen het deponeeren van gelden regelt. Ook wat de coöperatieve vereenigingen betreft, bevat deze wet een regeling. In het vervolg zullen uitsluitend credietcoöperatie's inleggelden in ontvangst kunnen nemen en spaar boekjes kunnen uitgeven. Zij mogen indien zij overi gens in overeenstemming met de bepalingen der desbe treffende wetten zijn opgericht zulks doen, mits hare boekhouding onder controle staat van één der daarjpe bij de wet aangewezen lichamen. De wet schrijft verder voor;, dat in het algemeen aan financiëele instellingen uitsluitend de groothandel in goederen en grondstoffen zal zijn toegestaan in opdracht en voor rekening van ondernemingen, welke met de bank financiëele relatie's onderhouden, benevens de in- en verkoop van goederen en grondstoffen, voorzoover deze dient tot voldoening van haar eigen vorderingen. Speciaal aan crediet-coöperatie's en 'haar bonden echter zal de gezamenlijke inkoop van de door de leden be,- noodigde artikelen zijn toegestaan. Verboden is het den crediet-coöperatie's om zaken te doen met niet-leden, handel te drijven in landbouwpro ducten, tenzij in commissie, alsmede om zelf onderne mingen op te richten. Het is wel eens aardig iets te hooren van wat over de grenzen gebeurt. En het kan leerzaam zijn ook. Wi, gelooven, dat in de regeling, die de Tsjecho-Slowakem gemaakt hebben, ook wel iets ligt, dat ons tot nadenken kan brengen. Wij bedoelen niet zoozeer het voorschrift betreffende de controle immers wij veronderstellen, dat zoo langzamerhand ook hier ieder overtuigd is van de noodzakelijkheid van controle. Wij hebben meer in het bijzonder op het oog de bepaling, dat gelden uitjslui- tend belegd kunnen worden bij crediet-coöperatie's. Dit is klaarblijkelijk gericht tegen het deponeeren van gelden bij allerlei andere soorten van coöperatie's. Men schijnt in Tsjecho-Slowakije daarmee onaangename ervaringen te hebben opgedaan.- Hetgeen ook zeer begrijpelijk is, want aankoopvereenigingen, zuivelfabrieken, verbruiks- vereenigingen, enzoovoorts, zijn er nu eenmaal niet op ingericht om tegelijk als spaarbank dienst te doen. Spaargelden zijn meestal terstond, en anders op korte(n termijn opeischbaar. En dat is iets, dal die vereenigingen niet verdragen kunnen. Zij hebben meestal zeer weinig vlottende middelen, zij kunnen niet binnen zeer korten tennijn hare middelen los maken. Door een plotselinge opvraging der bij haar belegde gelden komen zulke ver eenigingen dus ongetwijfeld in moeilijkheden. Een wette lijke bepaling, die zulks tracht te voorkomen, is dus zeer nuttig. Waarom is deze Tsjechische regeling voor ons van belang? Zij is hierom van belang, omdat ook hier in Neder land verscheidene aankoopvereenigingen, zuivelfabrieken, stroocartonfabrieken en andere coöperatie's zich niet bij hare leest houden en op dezelfde wijze zondigen, als dg Tsjechische coöperatie's hebben gezondigd. Moge he. feit, dat de Tsjechische regeering het noodig vond een speciale wetsbepaling daartegen te maken, deze coöjne- ratie's ervan overtuigen, dat zij op een verkeerden weg zijn en dat zij op den rechten-weg moeten terug keerein. Men wachte hiermede niet, totdat eens proefondervin delijk is bewezen hoe verkeerd het systeeim is. Meni dempe den put, vóórdat een kalf is verdronken. En men wachte ook niet totdat de Nederlandsche wetgever, 1 j Bedoeld 'is waarschijnlijk: spaargelden. Red. Raiffeisen-Bode.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1926 | | pagina 3