buitengewone algemeene vergadering. voorschotten en credieten aan 7 o DE RAIFFEISEN-BODE. Aan de leden der Centrale Bank is gezonden een convocatie voor de Huishoudelijke Buitengewone Alge meene Vergadering, te houden op Donderdag 18 Maart 1926, in ,,Tivoli" (aanvang des voormiddags 11 uur). VEREENIGINGEN. tMen vestigt onze aandacht erop, dat art. 38 lid 2 der nieuwe Statuten nog niet algemeen bekend schijnt te zijn. Hierin wordt bepaald: „Voorschotten en credie ten aan vereenigingen of wettelijk gereglementeerde waterschappen (polders en polderdistricten) mogen niet gegeven worden zonder toestemming der Centrale Bank. ■Ook mogen geene garantie's ten behoeve van deze in stellingen zonder die toestemming worden verleend." Indien dit voorschrift niet wordt nageleefd, zou het Bestuur voor eventueele schade voor de Bank aan sprakelijk zijn (op grond van art. 31 der Coöperatie-wet), SLUITING KANTOOR CENTRALE BANK. Het Kantoor der Centrale Bank zal gesloten zijn: op Vrijdag 2 April (Goeden Vrijdag); op Zaterdag 3 April en op Maandag 5 April (2den Paiaschdag.) REDACTIONEEL GEDEELTE. DE GANG VAN EEN PROCES. Het komt wel eens voor, dat de Juridische Afdeeling der Centrale Bank een proces voert voor een Boeren leenbank, en dat men haar dan telkens vraagt of het proces nog niet afgeloopen is, waarom het zoo lang duurt, enzoovoorts. Daarom willen wij eens een uiteen zetting geven van den gang van een proces. Dan weet men precies hoe het komt, dat het gewoonlijk niet in enkele weken is afgeloopen. Bovendien is het een onder werp, waarvan ieder wel iets mag afweten, ook al heeft hij er niet mede te maken. Immers de rechtspleging is een der voornaamste functie's in het maatschappelijk leven De rechtspleging dient om het recht tot gelding te brengen. Zonder recht en rechtspleging is geen ge ordende maatschappij bestaanbaar. Men kan de processen verdeelen in twee soorten: burgerlijke (of civiele) en strafprocessen. De laatste laten wij rusten, omdat de Boerenleenbanken daarmede uit den aard der zaak nooit hebben te maken. Burger lijke processen zijn processen, waarbij de een iets vordert van een ander (gewoonlijk een geldsom). Wanneer wij hier dus verder spreken van een proces, bedoelen wij het burgerlijk proces. Het proces begint met een dagvaarding. Dit is in stuk, waarbij degene, die iets vordert, zijn tegenpartij oproept om voor den rechter te verschijnen. De gronden der vordering worden in de dagvaarding vermeld, en zij vormt verder den grondslag der procedure. Zij is altijd doorspekt van typische rechtstermen, zoodat een leek aan de lezing ervan gewoonlijk niet veel zal hebben. ,De dagvaarding wordt door den advocaat, die haar heeft opgesteld,J) toegezonden aan een deurwaarder, die haar aan de partij, tegen wien zij is gericht (den gedaagde) beteekent. Op den dag, waartegen de gedaagde voor den rechter wordt geroepen, moeten beide partijen zorgen tegen woordig te zijn. Voor den Kantonrechter kunnen zij in persoon verschijnen ,voor de Arrondissementsrechtbank ook kortweg „de Rechtbank" genoemd) moeten zij ver schijnen door middel van een vertegenwoordiger, name lijk een procureur. Een procureur is een Meester in de Rechten, die als procureur is beëedigd (hij is altijd tegelijk advocaat). Als een van de partijen niet verschijnt, wordt verstek tegen hem verleend. Dat wil zeggen: de rechter con stateert zijn afwezigheid. Dan wordt over korten tijd vonnis gewezen, natuurlijk ten nadeele van dengene, die niet is verschenen. Als de eischer niet is verschenen (wat zelden gebeurt) wordt de eisch dus afgewezen, als de gedaagde verstek laat gaan, wordt de eisch ge woonlijk toegewezen. In zulk een geval is het proces uit den aard der zaak gauw afgeloopen. Een eigenlijke processueele strijd ontstaat dan niet. Echter kan de partij, die verstek heeft laten gaan, binnen een korten termijn tegen het vonnis („verstek- vonnis") opkomen. Dan begint de procedure opnieuw, en dan wordt het meer ernst natuurlijk. Als de beide partijen verschijnen, neemt eerst de eischer zijn zoogenaamde „conclusie van eisch," een stuk, waarin een uiteenzettingvan den eisch voorkomt. De gedaagde verweert zich daarop bij zoogenaamde con clusie van antwoord. Daarop neemt gewoonlijk de eischer nog eens het woord („conclusie van repliek") en vervolgens weer de gedaagde („conclusie van dupliek" Gewoonlijk laten de partijen het bij deze vier conclusie's. Is de zaak echter ingewikkeld of zeer belangrijk, dan wordt dikwijls ook nog gepleit. Dat wil zeggen, dat de advocaten der partijen mondeling de twee standpunten toelichten (de conclussie's worden schriftelijk genomen, tenminste voor de Rechtbank). Na de pleidooien worden de stukken in orde gebracht, en dan wijst de Rechtbank of de Kantonrechter vonnis. Als men dat zoo leest, denkt men misschien: maar waarom moet dat nu zoo lang duren? Het lijkt zoo eenvoudig. Als men voor elke conclusie een week neemt, is men in vier weken „afgeconcludeerd." Maar in de practijk is dgt onmogelijk. In eenvoudige zaken kan men, als men den tijd heeft, vrij vlug procedeeren. Daar om duren processen voor den Kantonrechter gewoonlijk veel korter dan processen voor de Rechtbank (gelijk men weet, worden de kleinere zaken beneden de f 200.door den Kantonrechter, de grootere door de Rechtbank behandeld?. Het maken van conclusie's is een werk, waaraan dikwijls vrij veel voorbereidende arbeid vooraf moet gaan, en dat bovendien rustig ver richt behoort te worden. Zoodat tusschen elke conclusie J) Voor onze Boerenleenbanken is dit de Juridische Afdeeling der Centrale Bank.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1926 | | pagina 2