4 DE RAIFFEISENj-BODE. het spreekt wel van zelve weer nieuwe in het leveji geroepen. Zij heeft voor al de soorten coöperatieve vereenigin- gen ik zou zeggen „elk wat wils" trachten te geven. 1 l .1 Dat de nieuwe wet in verband met hare belangrijk heid ook de belangstelling der Kamerleden heeft ge trokken, wie zou dat durven beweren? Van de ioo leden der Tweede Kamer waren er bij' de behandeling slechts 53 present. Spreker stelt zich niet voor, hier de nieuwe wet van a tot z te behandelen, daar hij zooveel Ausdauer niet van de vergadering durft vergen. 'In het algemeen kan men zeggen, dat bij de nieuwe wet niet alleen gelet is op het coöperatief vereenigingscontract in 'zijne werking tegenover derden, maar dat ook de rechtsband tus- schen de leden onderling min of meer is geregeld. Door de oude wet liep als één draad: hoe staat de vereeniging tegenover derden en op welke wijze worden de rechten van deze laatsten dop? de vereeniging ge handhaafd, terwijl de nieuwe wet ook het inwendig samenstel en de onderlinge verhouding tusschen de leden in ©ogenschouw neemt. En terecht! 1 Immers wordt tusschen de vereeniging en elk toe tredend lid een rechtsband gelegd, welke vroeger niet bestond. En wel een zeer sterke rechtsband, sterker dan in het contractenrecht tusschen twee particulieren veelal tot uiting komt. Immers bij deze laatste verbintenissen zal men wel nooit aantreffen, dat deze eenzijdig (tegen den zin van een der partijen) rechtsgeldig en onaantastbaar gewij zigd kunnen worden. Dit druischt zelfs zoozeer tegen het gewone contrac tenrecht in, dat dergelijk beding als eene bepaling van onzedelijke strekking zou worden aangemerkt. Hoe geheel anders is dit in het vereenigingsverband, mits men maar niet de essentialia aantast en te goeder trouw naar billijkheid handelt, is verandering in de voorwaarden bij eene of andere meerderheidsstemming mogelijk. 1 Oprichting. Bij de nieuwe wet is gehandhaafd het systeem, dat de akte van oprichting en die van wijziging notariëel moet worden verleden. Dat dit steeds een waarborg voor deugdelijkheid is gebleken, wie zal dat durven beweren? Definitie. De definitie, welke de nieuwe wet geeft, wijkt niet af van die, welke in de oude voorkwam en gelijkt er even weinig op als in de oude. In een ander systeem had men als kenmerk de aan sprakelijkheid der leden kunnen opnemen. Deze bepaling geeft geene scherpe omschrijving van het begrip. Duur. Dat voorts de duur onbepaald is en niet, zooals thans tot 30 jaren is beperkt, is juist. Het is bij enkele coöpe- ratie's voorgekomen, dat zij verlenging van den duur vergaten en zoo ongemerkt in ontbinding waren geraakt. Naam. De wet schrijft voor, dat de naam de aanwijzing van het doel moet bevatten, het woord: „coöperatief" en de aanduiding van de wijze van aansprakelijkheid. Dit laatste geschiedt dan door de letters W.A. (wette lijke aansprakelijkheid) d.i. voor gelijke deelen, (G.A. ('gewijzigde lees liever afwijkende aansprakelijk heid) of U.A. (uitgesloten aansprakelijkheid). Voorts moet de coöperatie, behoudens in telegrammen, haar naam volledig voeren. Dat is eene vrij lastige bepaling. Wel gaf de Minister bij de Memorie van Toelichting aan, dat verkorting mo gelijk is, maar deze bepaling is na die Memorie inge voegd. Stel U voor, welk een last dit kan geven. Een lange naam zal bij wisselendossement enz. haast niet te plaat sen zijn. En dan, als men een bediende stuurt naar het Han delsregister met de ledenlijst, zal hij b.v. tegen den secretaris moeten zeggen; de complimenten van het Bestuur van de Coöperatieve Vereeniging tot aan- en verkoop van land- en bouwbenoodigdheden, tevens malerij „de Goede verwachting" U.A. of iets dergelijks. Koopman. Elke Coöperatieve vereeniging is koopman in den zin van het wetboek van koophandel. Aldus decreteert de wet. Daardoor zal de geheimhou ding tegenover den fiscus voor posten na 15 Juni a.s. niet gehandhaafd kunnen worden. Daarom is het van belang, de Spaarbank van de Boerenleenbank te schei den, wat ook aanbeveling verdient met het oog op het zegelrecht. Lidmaatschap. Regel is, volgens de wet, dat het lidmaatschap schrif telijk wordt aangevraagd en ook schriftelijk mededeeling van toelating of afwijzing wordt gedaan. Dan moeten de papieren 30 jaar lang worden bewaard. Ingevoegd is, dat men ook door teekening van een ledenregister van het lidmaatschap kan doen blijken. Dat is dan een soort koopmansboek, niet het door den Kantonrechter gewaarmerkt register. Men kan eenvoudig, als het tegenwoordig register vol is, een eenigszins anders ingericht vervolg-register aan leggen. Dat het ledenregister is behouden, is door pressie tot stand gekomen. Oorspronkelijk zou het vervallen. Dat ledenregister heeft velen onbewust (althans min of meer onbewust) tot coöperator gemaakt. Zelf een brief schrijven enz. is niet zoo gemakkelijk als „met zijn allen" in een register tepkenen. Men begreep niet, dat men daarmede tot het contract, voor in het register opgenomen, toetrad en dat contract onderteekende. Bij afwijzing als lid heeft men beroep op de algemeene vergadering, tenzij de statuten anders bepalen en het is gewenscht anders te bepalen, daar men niet steeds alle redenen, van weigering hardop kan zeggen. Hetzelfde geldt voor ontzetting. Ook hier kan van de wettelijke regeling van beroep van het bestuursbesluit op de alge meene vergadering worden afgeweken. De opzegging kan alleen geschieden tegen het einde van het boekjaar, terwijl dan het register wordt afge- teekend of wel schriftelijk kennis gegeven wordt. Ontvangt men daarop geen schriftelijke erkentenis binnen 14 dagen, dan kan men de opzegging bij exploit doen, op kosten der vereeniging. Maar hoe die te verhalen zonder zelf weer kosten te maken? Wie pleiten'wil om een koe, geef er liever een toe. Vastgesteld is nog, dat men zijn lidmaatschap niet verliest door verhuizing enz. Dan kan het Bestuur op zeggen Ook eindigt het niet door verlies van de eischen voor het lidmaatschap gesteld. Wij zijn nu gearriveerd aan de algemeene vergadering. Men heeft hier tweeërlei regeling mogelijk gemaakt en

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1925 | | pagina 4