OFFICIEEL ORGAAN VAN DE Redactie en Administratie
COÖPERATIEVE CENTRALE RAIFFEISEN-BANK
TE UTRECHT.
REDACTIONEEL GEDEELTE.
HEROPENING POSTCHÈQUE- EN GIRODIENST.
No. 5
NOVEMBER 1924
Tiende Jaargang
DE RAIFFEISEN-
Verschijnt den eersten ran
iedere maand.
Abonnement f 0.50 per jaar.
Losse nummers 10 Cent.
franco per post.
KR. NIEUWE GRACHT 19
UTRECHT.
Teleph. Interc. No. 1705.
INHOUD VAN DIT NUMMER: a. Redactioneel
gedeelte, i. Heropening postchèque- en girodienst.
2. Coöperatie en Eigenbelang. 3. Debet op een
spaarboekje. 4. Gebrek aan volledigheid. 5. Enkele
opmerkingen in zake faillissement. 6. Concept-akten,
b. Advertentiën.
In verband met de tallooze vragen, die ons ge
daan worden over de heropening van den post
chèque- en girodienst (zie eerste artikel!), doen
wij dit nummer wat vroeger verschijnen.
Zooals reeds bekend is, werd op 1 October .jl. de Post
chèque en Girodienst heropend, aanvankelijk slechts
voor hen, wier rekening een nummer had dat beneden
de 10.000 bleef, terwijl het in de bedoeling lag het aantal
successievelijk uit te breiden. Reeds op 8 October was
gelegenheid voor de rekeninghouders no. 10.000 tot 19999
om van hun rekening gebruik te maken, zoodat het wel
niet lang zal duren of de post-girodienst is weer in
werking voor alle postrekeningen.
Aangezien de postrekening van de Centrale Bank
het nummer 11062 draagt, is dus de gelegenheid weer
opengesteld om op hare rekening te storten of te gireeren.
De vraag is nu, zullen de Locale Banken voortaan bij
eventueele geldzendingen naar de Centrale Bank, weder
ran die postrekening gebruik maken of nu maar blijven
bij het zenden per aangeteekenden brief; meerdere ban
ken hebben dan ook hierover reeds advies bij de Cen
trale gevraagd.
Wanneer de zaken op dezelfde wijze geregeld waren
als vóór de centralisatie van den girodienst het geval
was, dan zoude het antwoord op deze vraag niet twij
felachtig zijn, want allen herinneren zich hoe vlot toen
alles liep en wat een kosten en moeite men zich be
spaarde door van de postrekening der Centrale gebruik
te maken.
Evenwel daar is wel wat veranderd; allereerst het
feit dat alles gecentraliseerd is en nu over het Centrale
kantoor te 's Hage moet loopen, waardoor de Centrale
Bank niet meer zoo vlug over de gelden kan beschikken
als vroeger. Dit zoude tengevolge moeten hebben dat
voor de Locale Banken de valuta dan ook een paar
dagen later werd dan vroeger. Nu is er evenwel een
voorloopige schikking met den girodienst in Den
Haag getroffen, waardoor wij in staat zijn voorloopig
den vroegeren regel te handhaven, dat de valuta voor
stortingen van Boerenleenbanken ingaat 2 werkdagen
11a den dag dat die storting heeft plaatsgehad.
Het spreekt vanzelf dat wanneer die voorloopige schik
king niet bestendigd wordt, de Centrale zich het recht
voor behoudt dien regel in te trekken. Het nadeel dat
de verandering in den girodienst voor de Centrale Bank
medebrengt is nu voorloopig tot geringere propor
ties teruggebracht, zoodat wat haar betreft liet gebruik
maken van de postrekening door de Locale Banken geen
bezwaar ontmoet.
Echter rijst voor de Locale Banken nu dit bezwaar
dat het storten op eene postrekening zooveel duurder is
geworden; vroeger betaalde men voor eene storting,
onverschillig hoe groot het bedrag was, slechts 5 cent,
maar nu is dit geworden 5 cent voor elke f 500 of ge
deelte daarvan. Wie du$ f 10.000 op eene postrekening'
stort, moet daarvoor aan recht betalen (te voldoen door
middel van postzegels) 20 X 5 cent dat is f 1Per aajv
geteekenden brief naar de Centrale gaiat dit goedkooper,
al staat daar natuurlijk tegenover dat storting op de
postrekening allicht eenvoudiger is.
Nu kunnen wij moeilijk de Locale Banken adviseeren.
wat zij doen moeten; ieder moet voor zichzelf maar uit
maken hoe te handelen. Voor kleine bedragen is het
natuurlijk wel aanbevelenswaardig op de postrekening te
storten, want dan zijn de kosten niet hooger, maar vaak
zelfs geringer dan bij een aangeteekenden brief. Maar
bij grootere bedragen, zooals hierboven aangegleven,
komen de kosten duurder (en hoe hooger bedrag hoe
meer het verschil in kosten wordt); dan zal het dus voor
iedere bank de vraag zijn of die meerdere kosten ge
dragen moeten worden ter wille van het gemak dat men
van storting op eene postrekening heeft.
Want ongetwijfeld is het overmaken per postgirodienst
eenvoudiger; men kan dat weer doen tot onbeperkt be
drag bij alle kantoren der posterijen en ten platten
lande kunnen stortingen worden medegegeven aan brie
venbestellers, doch deze mogen niet meer dan f 1000 per
bestelling of loopbeurt medenemen.
Evenals vroeger moeten weer drieledige formulieren
worden gebruikt die men vanwege de Centrale Bank
kan betrekken en waarop de bedragen met inkt en in
letters en cijfers moeten worden ingevuld. Doorhalingen,
overschrijvingen en veranderingen worden op die for
mulieren niet toegelaten. Aan de achterzijde vermeldt
men den datum van storting opdat de Centrale de valuta
kan bepalen, welke zooals hiervoren werd aangegeven
tot nadere opgaaf blijft gesteld op 2 werkdagen na
storting. Ter besparing van kosten ontvangt men evenals
vroeger van de Centrale over poststortingen geen ont
vangstbewijs, daar men als zoodanig kan aanmerken
het gestempelde repu van het postkantoor, dat men
dus als bewijs moet bewaren. Mocht eventueel
een post eens verkeerd zijn dan komt dit maandelijks bij
het saldobiljet wel uit.