20 DE RAI FFEISENBODE. bewijs) daarvan, terwijl de openbaarmaking in de Staats courant en in het Handelsregister de wijzigingen ook tegen derden, niet-leden, van kracht doet zijn. De ledenvergadering neemt nu ook het voorstel tot stichting der afzonderlijke Spaarbank aan. Daarmede is haar taak echter nog niet afgeloopen. Zij behoort o.i. ook de bepalingen der Stichtingsakte en van het Regle ment goed te keuren. Rechtskundig gesproken is dit misschien niet noodig, maar wij vinden, dat de billijk heid eischt, dat de leden in zulke belangrijke aange legenheden de souvereine macht hebben. De goedkeuring van het ontwerp-Stichtingsakte en -Reglement moet dan ook in de notulen der vergadering opgenomen worden, met het heele ontwerp erbij. Nu is het de beurt van het Bestuur om handelend op te treden, teneinde uitvoering te geven aan het besluit der algemeene vergadering. Het moet thans overgaan tot de oprichting van de Spaarbank. Deze oprichting kan op twee wijzen geschieden. Do gewone manier, waarop men een stichting in het leven roept, is deze: men laat een Notaris een notariëele akte, ervan opmaken. Hieraan dachten wij in de reeds meer aangehaalde artikelen, waarin men een model van zulk een notariëele akte aantreft. Het is ons echter sindsdierj gebleken, dat daarmede de afzonderlijke Spaarbank voor sommige Banken een dure instelling wordt (tenminste om te beginnen, want die uitgaven haalt men er toclV dubbel en dwars uit). Eerst al Statutenwijziging, waarvan ook een notariëele akte moet worden verleden, en die bovendien gepubliceerd moet worden in de Staatscourant, en dan nog een notariëele akte voor de Spaarbank. Daarom vestigen wij er thans de aandacht op, dat een stichting ook kan worden opgericht bij onderhandsche akte. Dit is even goed als bij notariëele akte, mits de onderhandsche akte geregistreerd wordt. En het is na tuurlijk veel goedkooper, want het kan geschieden op zegel van f0,50. Registratie geschiedt kosteloos, mits de akte ter registratie wordt aangeboden binnen drie maanden na hare dagteekening. Men is dus zoo wel heel wat goedkooper uit! Modellen voor zulk een onderhandsche akte zijn na-J tuurlijk bij de Centrale Bank verkrijgbaar. Als men de model-akte inziet, zal men bemerken, dat een bedrag wordt afgezonderd uit de kas der Boeren leenbank om als stichtingskapitaal der Spaarbank te dienen. De kassier (die gelijk vanzelf spreekt ook kassier der Spaarbank wordt) neemt dit bedrag in ontvangst en teekent daarom mede de akte. Het dient ter voldoening aan de rechtskundige vereischten voor het bestaan van een stichting. Wanneer nu de afzonderlijke Spaarbank is gesticht, hetzij bij notariëele, hetzij bij onderhandsche akte, kan ziji beginnen te werken. Maar daarmede gaan natuurlijk verschillende veranderingen in de administratie gepaard. Deze zullen wij nu even bespreken. In de eerste plaats moeten enkele wijzigingen in de spaarboekjes worden aangebracht. Op den omslag daar van staat: „Spaarboekje NoCoöperatieve Boeren leenbank te Hiervan moet gemaakt worden. „Spaarboekje NoSpaarbank der Coöp. Boerenleen bank teEen gelijksoortige verandering moet plaats grijpen op het titelblad. De Centrale Bank heeft hiervoor enkele stempeltjes laten maken, welke aan ge gadigden kunnen worden uitgeleend. Ook moeten in de loopende boekjes Reglementen der Spaarbank wor'den opgenomen. Het is voldoende, dat zij erin gelegd worden. Beter is" het,dat zij op de een 1 of andere manier erin bevestigd worden (geplakt of genaaid). Wij hebben ons afgevraagd, of het noodzakelijk is dat de loopende boekjes afgesloten worden en opnieuw geopend onder het hoofd „Spaarbank der Coöp. Boeren leenbank te Wij zijn ten slotte tot de conclusie gekomen, dat het niet noodzakelijk is. Immers uit de Stichtingsakte blijkt reeds voldoende, wanneer de afzon derlijke Spaarbank begint te werken. Het is uit admini stratief oogpunt echter wel mooier als deze afsluiting en opening opnieuw geschieden. Als de Spaarbank midden in een boekjaar begint te werken, kan het echter zeer lastig zijn, vooral als er veel spaarboekjes in omloop zijn. In dat geval moet het dus maar niet gebeuren. Als de werking aanvangt op 1 Januari, is het echter een kleine moeite (het saldo moet dan toch berekend wor den) en dan moet men het dus maar doen, vinden wij|. Men zal gewoonlijk wel ongebruikte spaarboekjes in voorraad hebben. Bij de in werking treding der Spaan- bank verandert men die evenals de loopende boekjes. Zijn zij op, dan bestelle men bij de Centrale Bank) nieuwe boekjes met de uitdrukkelijke bijvoeging „voor de afzonderlijke Spaarbank". Dan krijgt men boekjes, die speciaal daarvoor gedrukt zijn. Wij hebben nog niet gesproken over de boekhouding. Moet de aparte Spaarbank geen eigen boekhouding hebben, afgezonderd van die der Boerenleenbank? Zoo vraagt men wellicht. Want het is toch eigenlijk een andere instelling. Wij antwoorden: zeer zeker moet de Spaarbank een afzonderlijke boekhouding hebben. Maar toch kan de boekhouding van thans onveranderd blijven! Dit klinkt onzen kassiers waarschijnlijk zeer wonderlijk in de ooren. Wij verzoeken 'hen dan echter eens een blik te slaan in het hun welbekende dagboek, en speciaal' te kijken naar de opschriften der kolommen 6 en 1U Daar lezen zij: „Inlagen in de Spaarbank en bijge schreven Interest", en „Terugbetaald door de Spaarbank". Zijn deze kolommen nu niet geknipt om als eigen boek houding der afzonderlijke Spaarbank te dienen? Het lijkt, of de ontwerper van het dagboek een voorgevoel van de oprichting daarvan had, toen hij dit opschrift er boven zette. Want zoo kan het dagboek gebruikt/ worden zoowel voor de Boerenleenbank met afzonderlijke Spaarbank als voor die, welke deze nog mist. De gelden, welke in de Spaarbank worden ingelegd, worden belegd bij de Leenbank, zegt de Stichtingsakte. Dus inlagen in cle Spaarbank moeten worden overge boekt naar de Leenbank, en uitbetalingen moeten eerst van de Leenbank worden afgeboekt en vervolgens uit de Spaarbank worden uitbetaald. Waar moet dat nu geboekt worden? Wij hebben hier lang en breed over nagedacht, en wij zijn tot de conclusie gekomen, dat dit kan gebeuren in dezelfde kolommen 6 en 11. N iet met een tweede, boeking, doch met één en dezelfde handeling, waarbij de inlage in of de terugbetaling uit de Spaarbank ge boekt wordt. Men beschouwt de kolommen 6 en 1 1 dus niet alleen als de eigen boekhouding der afzonderlijke Spaarbank, maar ook nog als deel der boekhouding; van de Leenbank. Met één boeking in die kolommen ver richt men dus twee dingen. Het lijkt misschien wat in gewikkeld, maar in de praktijk is het heel makkelijk!. Door voorbeelden hopen wij het nog eenigszins te ver duidelijken. Iemand komt 20,inleggen. Nu moet dit in de boekhouding der afzonderlijke Spaarbank worden ge boekt, en de kassier schrijft daartoe genoemd bedrag in kolom 6. Daarmede heeft hij tegelijk echter de over boeking dezer 20,van de Spaarbank naar de Leen bank bewerkstelligd, want kolom 6 is óók die kolom.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1924 | | pagina 2