DE RAIFFEI SENBODE.
woorden aan dit dierbare graf. Zij
zouden slechts gestoord hebben de
diepe devotie, de innerlijke hulde
en liefde die deze groote vrienden
schaar aan dit graf te zamen bracht.
Het was kil op den dooden-
akker. De paden spiegelend nog van
ontdooiend ijs; de grafzerken nog
gedeeltelijk gedekt met smeltende
sneeuw; de meeste opschriften nog
onleesbaar. Eén inscriptie op een
staand kruis trof ons. Daar lag be-
graven een jongeling van nauwelijks
twintig jaren. En als een kreet in
stervenswee stond daar gebeiteld:
„bidt voor mij." Ja, bidden voor
elkander, zoolang onze lippen nog
prevelen kunnen. Bidden en het
goede zoeken voor elkander. Was
dht niet het geheim, was dht niet
de bekoring, die van onzen ontsla-
Leider en Vriend uitging, dat hij
met al de gaven en talenten waarover
hij beschikte en dat waren er
velen het goede zocht voor ons
en voor allen, waarmede hij samen
werkte of waarover hij gesteld was?
Welnu, wij mogen weenen bij zijn
grafmaar onze tranen kunnen hem
niet tot het aardsche leven terug
voeren. Wat wij kunnen? Er naar
staan, om met iets van denzelfden
ijver, met iets van dezelfde toewij
ding te werken aan de taak die ons
is toebetrouwd. Daartoe wist onze
hooggeachte Heer Hoofd-Inspecteur
Van den Hurk ons te prikkelen bij
zijn arbeidzaam leven. Zijn goede
nagedachtenis blijve ons ten spoor
slag om naar de mate onzer krach
ten in getrouwheid te arbeiden zoo
lang het dag is. Dat is de grootste
eere, die wij onzen ontslapen Lei
der en Vriend kunnen toebrengen.
Lexmond 14/1 1924.
F. de J.
Kassier.
GIROVERKEER.
In verband met de wijziging in
het Giroverkeer bij de Ned. Bank,
deelen wij heeren Kassiers der Boe
renleenbanken mede, dat vanaf 1
Februari 1924, voor iederen post die
niet anders dan via de Nederl. Bank
kan uitgevoerd worden, 10 cent in
rekening wordt gebracht.
Dit geldt eveneens voor posten
die wij voor rekening van de Boe
renleenbanken via de Nederl. Bank
ontvangen.
Bij niet gebruikmaking van het
Giroverkeer der Ned. Bank blijft dit
voorloopig kosteloos geschieden.
GEVAARLIJKE DINGEN.
Het behoeft wel geen betoog, dat
het immer, en vooral in dezen tijd,
VEin het hoogste belang is, dat de
vorderingen der Banken op soliede
wijze gedekt zijn. De Besturen zijn
zedelijk verplicht om hieraan de
grootst mogelijke zorg te besteden.
Immers, wanneer er verliezen ge
leden worden, komen deze onver
mijdelijk ten laste der leden. Men
kan dit wel verbergen ,door ze van
de reserve af te boeken (als die
groot genoeg is!), maar dan zal
toch uit de "zakken der leden een
nieuwe reserve gevormd moeten
worden. Zoodat, naar wij meenen,
de bovengenoemde verplichting
vooral tegenover de leden der Ban
ken bestaat.
Er zijn zeer vele gevaren voor
de dekking van vorderingen. Men
zou er waarschijnlijk wel een heek
Raiffeisen-Bode over vol kunnen
schrijven. De bedoeling van dit arti
keltje is echter alleen om de aan
dacht te vestigen op enkele gevaar
lijke dingen, welke wij in de laatste
weken toevallig tegen kwamen, en
welke naar onze meening nog al
eens voorkomen, zoodat de behan
deling ervan van algemeen belang
kan zijn.
Allereerst het 'is een gevaar
lijk ding om als onderpand aan te
nemen incourante fondsen. E
Niet alleen omdat de waarde daar
van heel moeilijk te bepalen is, en dus
niet gecontroleerd kan worden of
er voldoende overwaarde is maar
ook omdat het maar al te vaak voor
komt, dat men ze niet kwijt kan,
als de nood aan den man komt.
Aan de Effectenbeurs krijgt men
er ongeveer niets voor, al kan de
waarde betrekkelijk hoog zijn. En
in de onmiddellijke omgeving dei-
Bank is ook dikwijls geen kooper
te vinden. Want men is over het
algemeen en zeer terecht!
niet zoo heel gebrand op slecht
verhandelbare effecten.
Het lukt nog wel eens om incou
rante aandeelen te verkoopen aan
de Naamlooze Vennootschap, die ze
uitgegeven heeft. Maar die koopt
ze natuurlijk ook niet uit liefdadig
heid, en geeft er zoo weinig moge
lijk voor, daar ze ook wel weet,
dat men ze anders toch niet kwijt
kan.
Genoeg om aan te toonen dat in-
E Wij maken hier een uitzon
dering voor obligatie's van krach
tige coöperatieve vereenigingen.
courante fondsen een gevaarlijke
dekking vormen! 1)(
Wij nieenen ook wel eens de aan
dacht te mogen vestigen op het ge
vaarlijke hiervan ,dat er op voor
schotten „gehaald en gebracht"
wordt, dat voorschotten dus bij wijze
van loopende rekening gebruikt-
wórden. Stellen wij hij voorbeeld dat
op r Februari een schuldbekente
nis opgemaakt is, met soliede borg
stelling. Het geheele bedrag is di
rect opgenomen.
Nu brengt de schuldenaar op
1 Maart f 100 terug, omdat hij dit
bedrag nog niet noodig heeft. Op
1 April echter heeft hij het weer wel
noodig, en haalt het terug. Dan is
deze f 100 niet meer door de
borgtocht gedekt.
Immers feitelijk ligt in dit terug
halen een nieuwe geldopname-
Het voorschot was op 1 Maart met
f 100 verminderd. De borgen heb
ben zich ook alleen borg gesteld
voor die som, welke op 1 Februari
werd opgenomen. Alles wat later
nog opgenomen wordt (ook al blijft
het binnen de grenzen van het voor
schot) is dus ongedekt. En dit kan
natuurlijk onder omstandigheden
zeer gevaarlijk zijn!
Hoe hieraan te ontkomen? Er
zijn twee eenvoudige wegen voor.
De eerste is: men verleene geen
voorschot, maar opene een cfediet
in loopende rekening. En de tweede:
de schuldenaar storte de bedragen
die hij opgenomen, doch tijdelijk
niet noodig heeft, op een spaar
boekje.
Nog een derde gevaar willen wij
even bespreken. Het gebeurt wel
eens ,dat iemand geld wil opnemen
onder hypothecair verband en zegt:
„Geef mij het geld maar vast, ik heb
het direct npodig, dan zullen wij
zoo gauw' mogelijk de acte doen
passeeren." En dan gebeurt het ook
wel eens, dat het Bestuur er in toe
stemt, om het geld maar vast af te
dragen. Gedurende het tijdsverloop
tusschen deze opname en het ver
lijden der hypotheekacte is het voor
schot dan ongedekt. Dit zou niet
zoo erg zijn als men maar absoluut
zeker wist, dat de acte werkelijk
spoedig verleden zou worden. Maar
de ervaring leert helaas, dat men in
het leven, en vooral in het zakenle
ven, slechts van zéér weinig dingen
zeker kan zijn.
FJoe licht kan het voorkomen, dat
de schuldenaar verhinderd wordt om
aan zijn voornemen gevolg te geven.
Bijvoorbeeld door ziekte of dood.
E Weet men in voorkomende ge
vallen niet, of een fonds incourant
is, dan wende men zich om inlich
tingen tot de Centrale Bank.