OFFICIEEL ORGAAN VAN DE
COÖPERATIEVE CENTRALE RAIFFEISEN-BANK
TE UTRECHT.
No. 3
SEPTEMBER 1923
Negende Jaargang
DE RAIFFEISEN-BODE
Verschijnt den eersten van
iedere maand.
Abonnement f 0.50 per jaar.
Losse nummers 10 Cent.
franco per post.
Redactie en Administratie:
DRIFT 13 - UTRECHT.
Teleph. Interc. No. 1705.
INHOLTD van dit nummer: Me-
dedeeling. Saldobilletten i. Redac
tioneel gedeelte, a. Het Re-
geeringsjubileum van H. M. de
Koningin, b. C. F. G. W. van den
Hurk, directeur der Centrale Bank,
Ridder in de Orde van Oranej-Nas
sau. c. Terugzending kisten, d. Ver
zoek aan H.H. Bestuursleden en
Kassiers, e. Geld- en Effectenmarkt.
f. Bijschrijving rente. g. Malaise, h.
Het Coöperatief Vereenigingscon-
tract (vervolg). 2. Uit onze
Boerenleenbanken: Ring
Overijsel (bericht). 3. Adver-
t e n t i n.
MEDEDEELING.
SALDOBILLETTEN.
Met de saldobilletten, aangevende
het saldo per 31 Augustus 1923
werd door de Centrale Bank aan
Heeren Kassiers een circulaire, ge
dateerd 10 September 1923 van den
volgenden inhoud verzonden:
„Bijgesloten zenden wij U het sal
dobiljet per einde Augustus j.1. waar
bij wij willen opmerken, dat in
verband met den verren achterstand
van den Postcheque- en Girodienst
door de ingevoerde Centralisatie
eventueele stortingen, door U, of
voor Uwe rekening door derden, na
den 23sten Augustus j.1. op onze
postrekening verricht, niet meer in
de rekening konden worden opgeno-
nomen, zoodat U hiermede rekening
gelieve te houden bij het contro
leeren van het door ons genoteerde
saldo.
Niettemin verzoeken wij U be
leefd in het belang onzer admini
stratie toch het saldobiljet met in-
achtname van het bovenstaande te
willen teekenen; wij willen hopen,
dat het saldobiljet per einde dezer
maand wederom den juisten stand
zal kunnen weergeven, terwijl wij
nog willen opmerken, dat de ver
traagde afrekeningen van den Post
cheque- en Girodienst voor Uwe
Banken geen renteverlies zullen me
debrengen.
REDACTIONEEL GEDEELTE.
HET REGEERINGSJUBILEUM
VAN H. M. DE KONINGIN.
Als we dit artikeltje schrijven, zijn
de feesten ter eere van het Regee-
ringsjubileum reeds achter den rug.
Welhaast heel ons volk heeft feest
gevierd en blijk gegeven van zijne
hartelijke verknochtheid aan het
Oranjehuis.
Die gehechtheid is bij dat jubi
leum wel ten volle tot uiting ge
komen.
Ons volk heeft den band be
krachtigd, die nu reeds bijna drie
en een halven eeuw tusschen
Vorstenhuis en Vaderland bestaat.
Onze Koningin heeft in Haar 25-
jarig Regeeringstijdperk ook Harer
zijds overvloedig getoond, hoezeer
zij met ons volk medeleeft.
De golfslag des tij'ds heeft in den
loop der jaren veel weggespoeld,
wat vast en hecht scneen.
Vele tronen zijn gevallen.
De troon onzer Koningin is ech
ter steeds opnieuw en ook nu weder
krachtig bevestigd.
Ook ons blaadje mocht niet ach
terblijven, het gedenkwaardig feit
van dit jubileum met dankbaarheid
te gedenken, temeer niet waarH.M.
zoo herhaalde malen van hare zeer
groote belangstelling in land- en
tuinbouw heeft doen blijken.
C. F. G. W. VAN DEN HURK,
Directeur der Centrale Bank,
benoemd Ridder in de Orde van
Oranje-Nassau.
Zooals men in de dagbladen wel
zal hebben gelezen, is onze Heer
Van den Hurk benoemd tot „Ridder
in de Orde van Oranje-Nassau".
Het deed ons goed, zijn naam te
mogen aantreffen in de lijst van hen,
wien eene decoratie is ten deel ge
vallen.
Het is wel bekend, dat onze or
ganisatie zijn veelomvattenden ar
beid ten zeerste waardeert.
De Voorzitter van ons Bestuur
heeft daarvan een hartelijk getuige
nis afgelegd in 'zijne toespraak ter
gelegenheid van het vijf en twintig
jarig bestaan onzer Bank.
En ook tal van andere sprekers
hebben bij die gelegenheid daarvan
doen blijken.
Wij jongeren, die weten, wat hij
voor onze zaak heeft gedaan; die
weten, welke moeite en zorg hij aan
onze organisatie heeft besteed; die
weten, hoe hij het zaad heeft uit
gestrooid en de gedachten van Vader
Raiffeisen heeft uitgedragen tot in
de verste uithoeken van het land;
die weten, hoe hij in de jonge, we
mogen wel zeggen, zeer zware jaren
onzer organisatie, het land doortrok,
om overal door zijn woord belang
stelling en bezieling voor onze
schoone zaak te wekken, wij ver
heugen er ons hartelijk in, dat onze
Hooge Regeering hem nu eene Ko
ninklijke onderscheiding heeft waar
dig gekeurd.
Daarom willen wij hem ook op
deze plaats met deze hooge onder
scheiding van harte gelukwenschen
en tevens daarbij de hoop uitspre
ken, dat hij nog vele jaren zijne
beste krachten aan onze organisatie
mag blijven wijden.
