4 DE ÉAIFFEISEN-BODE. een vordering krijgen op de Cen trale Bank en boeken in kolom 10 en 13 f4.000,25 met omschrijving „Centrale Bank". Vanuit kolom 13 wordt dan de rekening van de Cen trale Bank in Grootboek 111 gede biteerd. Wij gaven hierboven een voorbeeld van het eenvoudigste geval; ^vij zul len 1111 eenige meest voorkomende ge vallen beschouwen (meer gecompli ceerd). II. Jansen begeeft zich niet zelf naar Winterswijk, doch heeft daar een be taling te doen aan een zakenvriend Pietersen. Jansen gaat nu weer op meerverinelde wijze met zijn spaar boekje naar kassier de Jong, vraagt een cheque Winterswijk, neemt deze mede naar huis, verzendt de cheque aan den heer Pietersen, na op de achterzijde geplaatst te hebben de woorden: „Voor ntij aan den heer PietersenWinterswijk of order waarde in rekening. Leeuwarden 15 Juli 1922", en daaronder zijn hand- teekening (z.g.11. endossement). Pie tersen te Winterswijk begeeft zich na ontvangst van de cheque naar de Boerenleenbank aldaar, maakt zich daar zoo noodig voldoende bekend, teekent in tegenwoordigheid van den kassier aldaar de cheque af. De kassier controleert voor de goede orde nog even de handteekening van Jansen (form. 3) en betaalt daarna het op de cheque vermelde bedrag uit, na nog gezien te hebben, of het bedrag van cle cheque en het op het toegezonden form. 3 genoemde be drag overeenstemmen. De boekingen blijven voor beide kassiers dezelfde. III. Jansen begeeft zich op reis doelt onderbreekt de reis in Almelo, koopt daar een en ander van Hendrikse en wenscht de koop te betalen met de, cheque Winterswijk. Hendrikse kent Jansen en begrijpt, dat hij geen val- sche cheque's bij zich zal hebben; hij gaat hiermede dus accoord. Jan sen plaatst 1111 op de cheque de woor den: „Voor mij aan P. Hendrikse, Almelo, of order. Almelo 16 Juli 1922, Waarde genoten" met zijn handtee kening. E'r zijn nu drie mogelijkheden: a. Hendrikse heeft zelf een betaling te doen in Winterswijk en endosseert de cheque aan dengene wien hij be talen moet, zendt hem op en ont vangt betaling te Winterswijk. De boekingen van de kassiers zijn weder geheel dezelfódë. b. Hendrikse gaat toevallig zelf naar Winterswijk; kan zich voldoende bekend maken bij den kassier der Boerenleenbank aldaar en ontvangt zelf het bedrag. Voor de kassiers in Leeuwarden en Winters wijk maakt dit weer geen verschil. c. Hendrikse heeft zelf niets te zenden, gaat niet naar Winterswijk, doch wenscht het geld in Almelo uit betaald te krijgen, waar ook een boe renleenbank gevestigd is. Hij begeeft' zich er heen en endosseert nu de cheque aan de Boerenleenbank te Almelo, welke hem een bewijs af geeft, door clen kassier onderteekend, dat deze boerenleenbank van hem ter incasso ontvangen heeft een cheque Winterswijk, welke zij drie da gen later 11a ontvangen advies van Winterswijk zal uitbetalen. De kas sier der Boerenleenbank te Almelo teekent nu de cheque af en zendt haar direct naar Winterswijk, waar blijkt, dat cle cheque accoord is. De kassier dqezr bank bericht de ont vangst aan de Boerenleenbank te Almelo met de mededeeling, dat hij de rekening van Almelo bij de Cen trale Bank zal doen crediteeren, va luta „dag na ontvangst van de cheque Winterswijk. De kassier te Leeuwarden heeft in dit geval wqer dezelfde boekingen. De kassier te Winterswijk even eens, maar daar deze de cheque niet uitbetaalt, zal hij een post in zijn Dag boek moeten maken, welke de eerste opheft e|n dus in kolom 5 en 8 van het Dagboek een bedrag boeken van f 4.000,25 met omschrijving in ko lom 4,,Centrale Bank" en vanuit ko lom 8 de rekening van de Centrale Bank crediteeren. De kassier der Boerenleenbank te Almelo zal het bedrag na ontvangst tan bericht tot uitbetaling uit Win terswijk boeken in het' Dagboek in kolom 8 en 13 met omschrijving: „Centrale Bank" en vanuit de ko lom [3 de rekening van de Centrale Bank in Grootboek III debiteeren, terwijl de valuta (de dag, waarop de rente ingaat, door Winterswijk op gegeven) in Grootboek III in de daarvoor bestemde kolom geplaatst wordt. Uit onze Boerenleenbanken. Geachte Redactie, U wilt mij wel even antwoorden op de volgende vraag. Geeft het den kassiers een zekere verplichting te voldoen aan het verzoek van den Di recteur van het Centraal Bureau voor de Statistiek, om opgave te geven van de Boerenleenbank zooals deze in de bekende formulieren worden gevraagd. Wat mij betreft, al heb ik dit steeds gedaan, zou ik het maar liever wil len nalaten. Vooreerst omdat, als ik het serieus wil behandelen, er te wei nig tijd voor heb. Doch dit is niet de voornaamste reden. Ik heb een afkeer van het doen van half werk en nu weet ik er bij ondervinding wel iets van hoe er in het algemeen met opgaveat van veel wat voor sta tistieken moet dienst doen, wordt om gesprongen en daarom meest staat het mij tegen er compleet werk van te maken. Daar komt dan nog bij, dat ik niet kan uitrekenen, wat voor waarde het beantwoorden van tal van vragen voor hen kan hebben. Ik geef gaarne toe, dat statistieken zijn nut hebben, maar als zij in dat geval tevreden waren met gewoon een afschrift van de rekening en de balans, welke hun dan zeker zouden worden verstrekt, dan hadden zij, dunkt me, alles wat zij noodig hadden. Nu zij te veel vragen, meenen zij wel meer te hebben, maar dit is slechts schijn, want de opgaven zijn niet zuiver. Ik weet, dat er kassiers zijn, die er maar wat van makqn, omdat het hen anders te veel tijd kost. Is dit dan soms beter? In welke richting zoudt U denken, dat de kassiers (want er zijn er meer van dezelfde opinie) dit zaakje moe ten sturen. EEN KASSIER. NOOT DER REDACTIE. —Tot het inzenden der bekende formulie ren aan het Centraal Bureau voor de Statistiek kunnen II.II. Kassiers onzer boerenleenbanken niet worden gedwongen, daar een wettelijke ver plichting 0111 deze in te vullen niet bestaat. Desniettemin hebben wij steeds geadviseerd, om zulks wel te doen en op nauwkeurige invulling aangedrongen en wel 0111 verschil lende redenen. ie. Een goede statistiek is welde gelijk in het algemeen belang, bevat op den duur belangrijke 'overzichten, welke als studiemateriaal groote dien sten kunnen bewijzen en waaruit al lerlei conclusies kunnen worden ge trokken door de leiders onzer bewe ging- 2e. De invulling der formulieren is voor onze kassiers zeer leerzaam, doet hun de inrichting der admini stratie ook eens op een andere dan de gewone wijze bezien en bevordert aldus hun administratief inzicht. 3e. Wij zouden allerminst naar buiten den indruk willen vestigen, dat de kassiers onzer leenbanken over het algemeen niet in staat zouden zijn om de gestelde vragen met juistheid te beantwoorden. 4e. Het is ons meermalen geble ken, dat, wanneer de gegevens niet 'doppen, het Centraal Bureau na vraag doet eri de onjuistheden wenscht op te lossen. Zulks bevor dert ongetwijfeld een nauwkeurig in-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1922 | | pagina 4