OFFICIÉÉL ORGAAN VAN DE COÖPERATIEVE CENTRALE RAIFFEISEN-BANK TE UTRECHT. Redactioneel gedeelte. GIRO. II. GIRO. GIRO GIRO één duizend gulden Klo. 9 Maart 1922 Zevende Jaargani De Raiffeisen-Bode Verschijnt den eersten raa iedere maand Abonnement f 0.50 per jaar Losse nummers 10 Cent. franco per post. Redactie en Administratie DRIFT 13, UTRECHT. Teleph. latere. No. 170S Inhoud van dit nummer: a. Redactioneel gedeelte: i. Giro (II). 2. Geld voor een jaar vast. 3. Geldzendingen aan de Centrale Bank. 4. Ingetrokken zilverbons. b. Uit onze Boerenleenban ken: 1. Ingezonden door Lange- zwaag. 2. Ingezonden door Kruinin- gen. 3. Ingezonden door Hijkersmiide (met noot Red.). 4. Ingezonden door den Ring Walcheren (met antwoord Red.). 5. Ingezonden door F. (met noot Redactie). c. Advertentiën. ad. 1 De rekeninghouders, die een schuld hebben te betalen aan an dere rekeninghouders der boeren leenbank behoeven niet eerst geld op te nemen bij de bank en dit te brengen bij hun leverancier, maar verzoeken eenvoudig door middel van onderstaand girobiljet (model I), hun rekening te belasten en die van den leverancier tegoed te schrijven. Verondersteld is, zooals blijkt, dat S. Rood in dit geval de schulde naar en J. Stevens de leverancier is. De schuldenaar heeft in bovenstaand formulier slechts in te vullen de be dragen, de rek.nrs. en wat verder met ruime letter is gedrukt. Het biljet bestaat uit 3 gedeelten. Het linkergedeelte wordt na onder- teekening door den kassier, terug gegeven aan S. Rood, die daarmede reeds het bewijs in handen heeft, dat hij zijn schuld aan Stevens beeft vol daan. Het middelgedeelte blijft op de boerenleenbank; het wordt onder teekend door den schuldenaar en is dus het bewijs voor den te maken post in de boeken van de boeren leenbank; bet rechtergedeelte wordt na onderteekening door den kassier gezonden aan J. Stevens en is voor den laatsten een bewijs, dat zijne re kening bij de boere ïleenbank is ge crediteerd. Welke administratieve werkzaam heden zijn er nu verder aan ver bonden Vooreerst rijst de vraag: Waarin zullen wij de handeling aan teeke nen? In het gewone dagboek, in een afzonderlijk giroboek of in een dag boek, waarin een afzonderlijke kolom „Rekeninghouders-giro" is inge- lascht? Naar het ons voorkomt, zal een afzonderlijk Giroboek, dat de zelfde kolommenindeeling heeft als het tegenwoordige dagboek en het welk daarnaast kan gehouden wor den, in de praktijk het best voldoen. In dit boek worden natuurlijk uit sluitend giroposten geboekt. Het geeft dan in ontvangst en uitgaaf steeds dezelfde tellingen, wat een uitstekend contrólemiddel is. Heb ben de giroboekingen in het gewone dagboek plaats, dan bestaat er kans de praktijk heeft het bewezen dat er verzuimd wordt zoo'n giro- post èn in ontvangst èn in uitgaaf te boeken. Een goed kassier, die de kas der boerenleenbank streng ge scheiden houdt van andere gelden, zal dit verzuim natuurlijk direct bij kasopname bemerken maar een min der accuraat kassier, die de kas niet steeds afzonderlijk houdt, zal er wel- MODEL I. De rekening No. 2 van De Coöp. Boerenleenbank te Op de rekening No. 3 van S. ROOD H. J. STEVENS is belast ten gunste van mijn gelieve uit onze rekening over te boeken is bijgeschreven NAAM Voor een bedrag van Bedr: g In het credit van Rekening houder No. Bedrag Afkomstig van Rekening houder No. J. STEVENS f 1000.— f 1000.- J. STEVENS 3 f 1000.— S. ROOD 2 Totaal f 1000.- f 1000.— Zegge f 1000.— H 19 Febr. 1922. Geboekt H 19 Febr. 1922. H 19 rebr. 1922. De Coöp. Boerenleenbank, Debet rek. 2 Credit rek, 3 S. ROOD, De Coöp. Boerenleenbank. Kassier. Giroboek post 5 12 Rekeninghouder No. 2. Kassier.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1922 | | pagina 1