DE RAIFFEISENBODE.
141
is in elk geval gebonden aan. zijn li
miet voor voorschotten gesteld. Doch
ik kan niet anders inzien, dan dat het
is in het welbegrepen belang van
onze Banken om binnen de grenzen
van haar limiet, en waar hare de
posito's zulks gedoogen, flinke posten
met superieure dekking te aan
vaarden.
Hooggeachte Redactie, ik zou er
prijs op stellen, en zeker velen met
mij, om ook te dezer zake van Uwe
rijke ervaring te mogen profiteeren.
Met dank voor de plaatsing,
Uw dw. dn.
F.
RINGEN VAN BOERENLEEN
BANKEN.
De Ring van Boerenleenbanken in
Oostelijk Gelderland vergaderde op
10 Dec. te Zutfen. Aan verschillende
in den kring van dien Ring gelegen
banken was een uitnoodiging gezon
den om die vergadering bij te wonen
met verzoek tevens te willen beslui
ten tot aansluiting bij den ring. Geen
enkele bank gaf daaraan tot nog toe
gevolg. Trouwens tusschen het ver
zenden dier circulaire en de dag
waarop dit geschreven wordt, ligt een
korte tijd en het is heel goed moge
lijk, dat de meeste besturen nog niet
vergaderden.
Waar het een zaak van bijzonder
gewicht betreft en gebleken is, dat
sommigen banken en misschien wel
vele, de gewijzigde toestand niet dui
delijk is, lijkt het niet ongewenscht
door middel van de Raiffeisen-Bode
de besturen onzer leenbanken op te
wekken van nu af geregeld deel te
nemen aan het werk der Ringen, om
dat dit van grooten invloed is op de
geheele organisatie.
Elke boerenleenbank wordt oortaan
bij een Ring ingedeeld, ook dan als
die bank zelf geen aansluiting bij
een Ring wil. De indeeling is dan
administratief. Wil een bank deel
nemen aan het werk van een Ring,
dan moet zij zich aansluiten als lid.
De kosten daarvan zijn zoo gering,
dat dit voor geen enkele bank een be
zwaar behoeft te zijn.
De Ringbesturen worden door de
C.B. geraadpleegd over het aanne
men van nieuwe banken als lid van
de C.B. over geschillen die banken
onderling hebben en over de credie-
ten aan de banken toe te kennen.
Vroeger waren voor die voorlichting
bepaalde commissies in elke provin
cie gevestigd; tegenwoordig doen dat
de Ringbesturen. Als een bank een
crediet vraagt dat gaat boven het ge
wone bedrag, brengt het bestuur van
den Ring daarover eerst rapport uit,
en als in het gebied van een be
paalde boerenleenbank zich een
nieuwe leenbank vestigt, onderzoekt
het Ringbestuur eerst of dit voor het
credietwezen van den landbouw wen-
schelijk of nadeelig is.
Voorts bespreekt de Centrale Ring-
vergadering (een vergadering van
vertegenwoordigers van alle in ons
land gevestigde Ringen) de agenda
der Centrale Bank en stelt de aan
bevelingen op der candidaten voor
de leden van het Bestuur en den
Raad van Toezicht der Centrale
Het is duidelijk dat, als de agenda
der Centrale Bank door de Ringen
en door de Centrale Ringvergade-
ring is besproken, de behandeling
daarvan op de algemeene vergade
ring te Utrecht veel gemakkelijk ver
loopt, omdat de eigenlijke gedach-
tenwisseling reeds op de Ringver-
gaderingen heeft plaats gehad.
Alle banken behooren dus in het
verband van een Ring opgenomen
te worden, willen zij eenigen invloed
op den gang van zaken kunnen heb
ben. De administratieve indeeling
geeft heel weinig, want deze geeft
niet de minste zeggenschap, en het
is juist de bedoeling aan de banken
een meer werkelijk deel1 te geven
hef groote geheel. De groote verga
deringen te Utrecht leenen zich niet
voor een goede en vruchtbare ge-
dachtenwisselinng, de Ringvergade-
ringen des te meer. De wijziging in
de statuten der C.B. aangebracht,
zijn er op gericht aan de banken meer
zeggenschap te geven en daardoor
meer belangstelling te wekken in het
werk der centrale organisatie. Laat
nu ook geen enkele bank achterblij
ven en alle zich aanmelden bij het
bestuur van den Ring waaronder zij
behooren om als lid te worden toe
gelaten.
Ter voorlichting van de banken in
Gelderland nog het volgendeOp de
Ringvergadering te Zutfen zijn niet
de grenzen der Ringen definitief vast
gesteld. Daarvoor is eerst nog over
leg noodig tusschen de bestaande
Ringen en de C.B. Ook is het moge
lijk en dit is als wenschelijk uitge
sproken dat op de Veluwe nog
een afzonderlijke Ring werd opge
richt, zoodat in Gelderland met het
groote aantal leenbanken, drie Rin
gen zouden komen.
Als dat gebeurt moeten natuurlijk
de grenzen der Ringen daarmede in
overeenstemming gebracht worden.
Wie neemt op de Veluwe het ini
tiatief om een Ring op te richten?'
De Ring Zutfen verleent gaarne alle
medewerking.
Zoodra bekend is, dat de Veluwe
een eigen Ring zal hebben, kunnen
de besturen der drie Ringen samen
overleggen hoe de grenzen zullen
loopen, en daarbij ook rekening hou
den met de wenschen van sommige,
op de grens van twee Ringen lig
gende banken. Er dient een beetje
spoed gemaakt te worden, want al
les vordert tijd en het is gewenscht
dat de regeling zoo spoedig .moge
lijk haar beslag krijgt. Over eenigen
tijd zullen de besturen der bestaande
Ringen in Gelderland moeten sa
menkomen en als dan omtrent den
derden Ring nog niets bekend is, zul
len de grenzen zoo geregeld moeten
worden dat een deel der Veluwe bi)
den Ring Arnhem, een ander deel
bij den Ring Zutfen ingedeeld wordt.
JOH. OBBINK.
Mijnheer de Redacteur,
Gaarne zag ik me nog een plaatsje
ingeruimd in onze Raiffeisen-Bode.
Het is nu eens niet mijne bedoeling
om speciaal op een van de artikeltjes
in het vorig nummer terug te komen,
maar meer in het algemeen iets te
zeggen over hetgeen daarin geschre
ven werd. Zoo'n beetje te praten van
den hak op den tak.
De heer H. te Langezwaag vindt
dat den laa'tsten tijd de inhoud van
de Raiffeisen-Bode niet erg belang"-
rijk is. Ik ben dat niet met hem eens.
Wanneer we ons blad beschouwen
qua Raiffeisen-Bode, dan is alles
daarin lezenswaard en met genoe
gen wordt ze dan ook steeds door
mij geheel doorgelezen. Alleen is het
ook mij opgevallen, dat er den laat-
sten tijd we! eens een blaadje in half
formaat verschijnt. Dat wijst op ge
brek aan stof. Welnu, dat is al één
van de redenen waarom door mij een
plaatsje wordt gevraagd. Me dunkt
er is over ons geheele land toch wel
zooveel te'vertellen, waarin door Kas
siers en Bestuursleden van Boeren
leenbanken belang wordt gesteld, dat
er één keer per maand een klein
krantje van vol te maken is. Als de
zeshonderd en zooveel kassiers ieder
één. keer per jaar een half kolom
metje schreven, dan kreeg de Re
dactie al veel te veel, al zou er dan
geen enkel Bestuurs- of gewoon lid
van een Boerenleenbank, of een an
dere belangstellende zich met onze
Raiffeisen-Bode inlaten. Dat zou dus
weer al te druk worden. Maar een
klein beetje meer actie kan dunkt
me geen kwaad. Door wrijving van