OFFICIÉÉL ORGAAN VAN DE
COÖPERATIEVE CENTRALE RAIFFEISEN-BANK
TE UTRECHT.
No. 3 SEPTEMBER 1921 Zevende Jaargang
De Raiffeisen-Bode
Verschijnt den eersten ran
iedere maand
Abonnement f 0.50 per jaar
Losse nummers 10 Cent.
franco per poit.
Redactie en Adminiitratie
DRIFT 13, UTRECHT.
Teleph. Intere. No. 1705.
Inhoud van dit nummer:
a. Redactioneel gedeelte: i. Het
kweekerscrediet. 2. Geregelde op
gave Handelsregister. 3. Het eerste
succes. 4. Het voortdringen der com-
merciëele- en middenstandscrediet-
banken op het platteland. b. Uit
onze Boerenleenbanken: 1. Ingezon
den door Fijnaart (met noot Red.).
2. Ingezonden door Amstelveen.
c. Advertentiën.
Redactioneel gedeelte.
HET Z.G.N. KWEEKERS
CREDIET.
In het najaar van 1920 kwant, met
het oog op den zorgwekkenden toe
stand, waarin alstoen over het alge
meen de boomkweekerij en de tuin
derij zich hier te lande bevonden,
eene wettelijke regeling tot stand,
met het doel, waar mogelijk en ge-
wenscht, de betrokkenen door mid
del van voorschotten te steunen.
De Staat zou zich garant stellen
voor dergelijke voorschotten, doch
tot ten hoogste een bedrag van ga
percent.
De voorschotten zouden tegen
eene in verband met de tijdsomstan
digheden, vrij lage rente worden ver
strekt.
Ook de hulp der Boerenleenban
ken werd ingeroepen, om er toe
mede te werken, dat deze ontworpen
regeling voldoende effect zou ver
krijgen.
Nu zijn inderdaad aan tal van
kweekers en tuinders dergelijke voor
schotten verieend.
Degenen, die er voor in aanmer
king kwamen, zullen nu wel allen
van bedoelde gelegenheid hebben
gebruik gemaakt.
In ieder geval worden echter geene
nieuwe aanvragen meer in behande
ling genomen.
We drukken hieronder ter infor
matie der boerenleenbanken af de
circulaire, door ons van de Regee-
ringscommissie voor kweekerscrediet
ontvangen.
Regeeringscornmissïe voor Kweekers
crediet, 's-Gravenhage.
Secretariaat
Prinsengracht 61,
's-Gravenhage. Augustus 1921.
De Commissie heeft de eer U mede
te deelen dat, wijl degenen die in
aanmerking kwamen om door hare
bemiddeling een voorschot onder
Staatsgarantie te verkrijgen, thans
voldoende gelegenheid hebben ge
had, zich tot haar te wenden, door
Z.Exc. den Minister van Financiën
is bepaald, dat aanvragen welke na
1 September a.s. worden ontvangen,
niet meer voor behandeling in aan
merking kunnen komen.
U gelieve de goedheid te hebben
in voorkomend get al hierop wel te
willen wijzen.
Naméns de Commissie,
(w.g.) Mr. H. C. Dresselhuys,
Voorzitter,
(w.g.) K. I. B. A. De Coster,
Secretaris.
HET HANDELSREGISTER.
Wij herinneren de Boerenleenban
ken er aan, dat zij van elke verande
ring in het Bestuur of den Raad van
Toezicht of wel bij verandering van
kassier, daarvan mededeel ing moeten
doen aan den Secretaris van het
Handelsregister.
Voor deze gevallen bestaan afzon
derlijke formulieren, welke dan aan
dien secretaris moeten worden aan
gevraagd.
Ook dergelijke opgaven moeten in
drievoud plaats hebben.
Het is wel overbodig, nog eens
te herhalen, dat de rekening en ver
antwoording voortaan niet meer ter
griffie van het Kantongerecht, maar
ter secretarie van het Handelsregis
ter moet worden ingezonden.
HET EERSTE SUCCES.
Voor tal van Boerenleenbanken
kwamen wij in beroep van de aan
slagen, haar door de commissie voor
hhet Handelsregister opgelegd.
Het doet ons genoegen, reeds op
eenig succes te mogen wijzen.
Immers ontvingen wij van de Boe
renleenbank te de Wilp het hier
onder opgenomen schrijven:
Die Coöp. Centrale Raiffeisen-Bank
Utrecht.
Mijne Heeren,
Van het Ministerie van Landbouw,
Nijverheid en Handel, ontvingen we
op ons beroep tegen den aanslag
voor het Handelsregister het achter
staande bericht.
Voor Uwe goede hulp onzen har-
telijken dank.
Hoogachtend,
Uw dw.
(w.g.) L. BERGHUIS,
Kassier.
De Wilp, 26 Aug. '21.
's-Gravenhage, 24 Aug. '21.
In antwoord op Uw beroep, in
gevolge het 5e lid van art. 19 der
Handelsregisterwet 1919, heb ik de
eer, LI mede te deelen, dat Uwe
handelszaak door mij wordt gerang
schikt in de ie klasse der schaal
bedoeld bij het ie lid van genoemd
wetsartikel, zijnde naar een kapitaal
van niet meer dan Gld. 10.000.
Aan de Commissie, bedoeld bij
artikel 26 der Wet op de Kamers
van Koophandel 1920, is van deze
beschikking kennis gegeven.
De Minister van L., H. en N.,
Voor den Minister,
De Secr.-Generaal
(w.g.) VERSTEEG.
We hopen, dat dit eerste succes
nog door vele andere mag worden
gevolgd.
Intusschen merken wij op, dat
sommige onzer banken den termijn
van beroep hebben laten verloopen.
We deelden reeds vroeger mede,
dat men binnen 14 dagen na den
dag van den aanslag in beroep moet
kpmen.
Er wgs dus niets meer aan te doen,
als banken, welke 10 juli j.1. die
aanslag ontvingen, ze eerst 10 Aug.
ze naar de Centrale zonden. Dit is