OFFICIEEL ORGAAN VAN DE
COÖPERATIEVE CENTRALE RAIFFEISEN-BANK
TE UTRECHT.
No. 11.
MEI 1921
Zesde Jaargang
De Raiifeisen-Bode
Verschijnt den eersten van
iedere maand
Abonnement f 0.50 per jaar
Losse nummers 10 Cent.
franco per poat.
Redactie en Administratie
DRIFT 13, UTRECHT.
Teleph. Intere. No. 1705.
Inhoud van dit nummer:
a. Redactioneel gedeelte"! i. Val-
sche handteekeningen. 2. De Han
delsregisterwet. 3. Nieuwe wijziging
der Zegelwet. b. Uit onze Boe
renleenbanken: i. Ingezonden door
Lage Zwaluwe (met antw. Red.). 2.
Ingezonden door Zoutelande (met
antw. Red.). 3. Ingezonden door
Broek op Langendijk. 4. Ingezonden
door 's Gravendeel (met antw. Red.)
5. Jaarverslag eener boerenleenbank
en toelichting, door den kassier dier
bank daarbij gegeven. c. Adver
tenties.
VALSCHE HANDTEEKE
NINGEN.
Een borg, door ons in rechten
aangesproken namens eene boeren
leenbank, beweert, dat zijne hand-
teekening valsch is en er stellig door
clen schuldenaar (voorschotnemer)
zelf onder is geschreven.
De zaak is in onderzoek.
Bij eene andere boerenleenbank
heeft geen der beide borgen voor
eene schuld geteekend. Ook hier
heeft de schuldenaar zelf de pen ter
hand genomen, 't Gevolg is, dat die
persoon reeds in verzekerde bewa
ring is gesteld.
Beide gevallen deden zich voor
in de laatste veertien dagen.
Ook vroeger kregen we dergelijke
zaken onder handen.
Men kan ze voorkomen, door
schuldenaar en opgegeven borgen in
presentie van den kassier, een of
meer bestuursleden of leden van den
Raad van Toezicht, die hen kennen,
te doen teekenen.
De boerenleenbanken moeten den
schuldenaar de akfe nooit ter tee-
kening door de borgen medegeven.
Het blijkt immers herhaaldelijk,
dat van zulk een vertrouwen mis
bruik wordt gemaakt.
DE HANDELSREGISTERWET.
Naar aanleiding van ons artikel
in het voorgaand nummer, kwamen
tal van vragen in, die wij, hoewel ze
niet direct betrekking hebbende op
onze boerenleenbanken, toch even
hier willen beantwoorden.
Ons werd gevraagd, of ook de
landbouwers persoonlijk zich moe
ten doen inschrijven.
De wet bepaalt, dat land- en tuin
bouwers, alsmede visschers, die uit
sluitend verkoopen, hetgeen in
hunne onderneming is voortgebracht
of gevangen, niet onder deze wet
vallen.
Wèl vallen onder de wet, de ver
eenigingen, volgens de wet van 1855
opgericht, welke eene handelszaak
drijven, de coöperatieve vereenigin-
gen, de onderlinge verzekeringmaat
schappijen en de naamlooze vennoot
schappen.
Niet valt er onder de z.g.n. bur:
gerlijke maatschap.
De ingeschrevenen hebben kies
recht voor de Kamers van Koophan
del (we komen hierop later terug).
Het handelsregister ligt kosteloos
ter inzage.
Voor afschriften van aldaar be
rustende stukken wordt een bedrag
in rekening gebracht.
NIEUWE WIJZIGING DER
ZEGELWET.
Door den Minister van Financiën
is wederom een wetsontwerp inge
diend tot aanvulling en wijziging der
Zegelwet van 1917.
Verschillende bepalingen zijn voor
gesteld, om ontduiking van het ze
gelrecht tegen te gaan.
Bovendien en dat is voor de
Vereenigingeh volgens de wet van
1855 van belang zal na tot stand-
koming van deze wijziging het ver
zoekschrift, om goedkeuring van wij
ziging van statuten of reglementen
dezer vereenigingen niet meer als
tot dusver zegelvrij zijn, maar onder-
worpe.n aan een recht van f25.
Bij nieuwe oprichting van derge
lijke vereenigingen zal zelfs f 50.—
op het verzoekschrift om Konink
lijke goedkeuring verschuldigd zijn.
Dit alles dient om den Staat
eenige vergoeding te bezorgen voor
de kosten van onderzoek der stukken.
Tal van1 deze vereenigingen zijn
aangesloten bij onze boerenleenban
ken, zoodat het wel zijn nut heeft,
dat hier eens te vermelden.
De bedoeling van den Minister is,
dat de wetswijziging 1 Juli a.s. van
kracht zal worden.
Intusschen heeft de Minister geen
rekening gehouden met de wenschen
der Boerenleenbanken, reeds vroe
ger door ons te zijner kennis ge
bracht.
Ook het lid der Tweede Kamer,
de Heer Wintermans, heeft den Mi
nister enkele maanden geleden nog
eens op de belangen der Boeren
leenbanken gewezen.
Naar aanleiding der nieuwe voor
stellen is nu door de Centrale Bank
wederom bij den Minister aange
drongen, alsnog met onze wenschen
rekening te houden.
We nemen hieronder het request,
aan Zijne Excellentie gericht, qp.
Afschrift.
Utrecht, 21 April 1921.
Aan Zijne Excellentie den
Minister van Financiën te
's Gravenhage.
Geeft met verschuldigden eerbied
te kennen de Coöperatieve Centrale
Raiffeisen-Bank, gevestigd te Utrecht
in dezen vertegenwoordigd door
haar Bestuur;
dat bij hare organisatie zijn aange
sloten zeshonderd zestig coöpera
tieve boerenleenbanken;