OFFICIEEL ORGAAN VAN DE
COÖPERATIEVE CENTRALE RAIFFE1SEN-BANK
TE UTRECHT.
Algemeene Voorwaarden be
treffende de Credietverleening
aan Kweekers.
No. 4.
OCTOBKR 1920
Zesde Jaargang
De Raiffeisen-Bode
Verschijnt den eersten van
iedere maand
Abonnement f 0.50 per jaar
Losse nummers 10 Cent.
franco per poat.
Redactie en Adminiitratie
DRIFT 13, UTRECHT.
Teieph. Interc. No. 1705.
Inhoud van dit nummer:
a. Redactioneel gedeelte: i. Cre-
diet .aan Kweekers. 2. Kassiers, houdt
kasgelden der boerenleenb. afzonder
lijk. 3. De toestemming van den Raad
van Toezicht. b. Ringen (ciom
plete opgave). c. Uit onze boeren
leenbanken. Ingezonden doorRaalte
met aptwoord redactie). dl Ad
vertentiën.
Redactioneel gedeelte.
CREDIET AAN KWEEKERS.
Met het oog op den zorgwekken-
den toestand, waarin over het alge
meen de Boomkweekerij en de Tuin
derij hier te lande zich bevinden, is
eene wettelijke regeling tot stand ge
komen, met het doel, waar mogelijk
en wenschelijk door middel van een
voorschot te steunen.
Aldus luidt de aanhef van een
schrijven, door de Centrale van de
Regeeringscommissie voor Kwee-
kerscrediet ontvangen.
Deze commissie, van oordeel, dat
vele kweekers'zich tot onze boeren
leenbanken zullen wenden, ver
zocht voorts aan de Centrale hare
banken, voor zoover deze hiervoor
in aanmerking komen, tot medewer
king uit te noodigen.
We geven hieraan door dezen
gaarne gevolg.
De regeling heeft vele punten van
overeenkomst met die, welke in
dertijd getroffen is in zake het Mid-
denstandscrediet.
De Staat is nu wederom in be
ginsel bereid, zich garant te stellen
voor dergelijke credieten, aan kwee
kers toe te staan.
Die garantie strekt zich echter ten
hoogste uit tot een bedrag van 90
percent van het te verleenen voor
schot.
De aanvragen moeten gericht wor
den aan het secretariaat der Regee
ringscommissie voor Kweekerscre-
diet, Mauritskade 7, 's Gravenhage
We drukken hieronder af de alge
meene voorwaarden betreffende deze
credietverleening en zijn tot nadere
inlichtingen gaarne bereid.
r. De voorschotten kunnen wor
den verleend aan Boomkweekers en
Tuinders door bemiddeling van een
Boerenleenbank of door bemidde
ling van eene gewone Handelsbank.
2. Voorschotten worden in den
regel slechts verleend aan personen,
die van de Boomkweekerij of Tuin
derij hun hoofdbedrijf maken.
3. Geen voorschot wordt verleend,
tenzij op goeden grond is aan te
nemen, dat het bedrijf daarmede bij
ontwikkeling van normaler omstan
digheden voldoende gebaat zal zijn,
aflossing van het voorschot moge
lijk en andere hulp op redelijke wijze
niet te verkrijgen is.
4. Voorloopig worden de voor
st hotten slechts verleend voor den
tijd van ten hoogste 3 jaar; zoo zulks
noodzakelijk is, kan tegen het ver
strijken van dien termijn verlenging
worden overwogen.
Het bedrag van het voorschot moet
voldoende zijn, om bij ongewijzigde
omstandigheden, gedurende den loop
van 3 jaar op afdoende wijze in de
instandhouding van het bedrijf van
den aanvrager te voorzien.
Voorschotten, uitsluitend ten be
hoeve van levensonderhoud worden
niet verstrekt.
5. De aanvrage om een voorschol
geschiedt door bemiddeling .van eene
Bankinstelling, welke daartoe een
nauwkeurig ingevuld aanvraagformu
lier met een uitgebreid rapport om
trent de fxnancieele en persoonlijke
omstandigheden van den aanvrager
doet toekomen.
Banken, welke bij een „Centrale"
zijn aangesloten, zenden de aanv raag
met haar rapport door bemiddeling
harer „Centrale".
Banken, die hare bemiddeling
wenschen te verleenen, verplichten
zich alle aanvragen met haar rapport
aan de Commissie in te zenden, dus
ook wanneer zij niet genegen zijn het
voorschot te verstrekken.
6. De Bank verklaart zich bereid,
gedurende den loop van het voor
schot alle nader verlangde inlichtin
gen omtrent bedrijf en aanvrager te
goeder trouw te verstrekken.
7- De kosten verbonden aan het
inwinnen van Inlichtingen, echter
slechts tot het werkelijk uitgegeven
bedrag, komen bij verleening van het
voorschot ten laste van den voor
schotnemer en bij afwijzende be
schikking ten laste van den Staat.
Het is derhalve niet geoorloofd, kos
ten voor informatiën of anderszins
vooraf door den aanvrager te doen
deponeeren.
8. Wanneer de Statuten van de
betreffende Bankinstelling het ne
men van een aandeel voorschrijven,
is het geoorloofd het voorschot te
verhoogen met het bedrag benoodigd
voor de op het aandeel, tijdens den
loop van het voorschot, verplichte
stortingen.
9. Wanneer achteraf blijkt, dat de
bemiddelende Bank opzettelijk on
juiste gegevens heeft verstrekt, in