lo
DE RAIFFEISE N-B O DE.
Kwitantie's voor salaris van den
kassier zijn zegelvrij.
Voor andere onkosten boven f 10.
moeten kwitantie's, voorzien van 10 ct.
plakzegel, kunnen worden gebruikt.
VERDERE OPMERKINGEN.
De oude formulieren 14 (uitstel van
betaling van voorscholen) zijn onder
worpen aaneen zegelrecht van 50 cent.
De nieuwe, door ons ontworpen,
zijn zegelvrij.
Saldobiljetten, welke de rekening-
couranthouders aan het einde des jaars
teekenen (forni. 13b) zijn onderworpen
aan een zegelrecht van 10 cent.
De borgstelling voor den kassier
vereischt 30 cents zegel en evenzoo
de duplicaten ervan.
De Spaarbank is niet meer zegel
vrij. Immers verstaat de wet nu
onder spaarbanken die inrichtingen,
welke uitsluitend als zoodanig werken
(Nuttsspaarbank, Rijkspostspaarbank.)
Inzage der boeken en bescheiden, op
de Spaarbank betrekking hebbende, kan
nu niet meer aan de belastingambte
naren, befast met het toezicht op de
nakoming der zegelwet, worden ge
weigerd.
Bijzegeling van nog ongebruikte
kwitantie kan door bemiddeling der
Centrale Bank plaats hebben.
Het incasseeren van binnen-
landsch papier.
Geregeld worden ons de jaarver
slagen der grootbanken toegezonden
en wanneer men dan eens de balans
opslaat wordt men getroffen, door het
zeer belangrijke winstcijfer, dat het
incasseeren van wissels over een
boekjaar oplevert.
Verwonderen doet ons dit niet. Het
incasso-tarief is steeds hoog geweest,
doch is naar het oordeel van heeren
bankiers, nog niet hoog genoeg. Bij
het vaststellen van hunne tarieven
schijnen zij het voorbeeld na te volgen,
dat de arbeiders stellen. Een loonstaat
wordt opgemaakt, men denkt de zaak
voor eenigen tijd geregeld te hebben,
om onder deze regeling geruimen tijd
te kunnen voorlwerkenal spoedig
blijkt men evenwel buiten den waard
gerekend te hebben de vastgestelde
regeling wordt van onwaarde verklaard
en nieuwe eischen worden gesteld.
Zoo kwamen wij bijv. voor eenigen
tijd te Amsterdam overeen, dat incas
so's aldaar kosteloos zouden worden
afgerekend. Dat ging een poos goed,
totdat ons bericht werd, dat de ban-
kiersvereeniging een nieuw tarief had
ingevoerd, waarbij het incassoloon
voor Amsterdam gesteld is op een
half procent plus commissieloon.
Nu is onze vraag: is onze organi
satie niet opgericht, om het geldverkeer
zooveel mogelijk zelf te regelen en
moet het wisselverkeer, als onderdeel
van het geldverkeer nu nog aan derden
worden overgedragen?
Dagelijks ontvangt de Centrale Bank
wissels en puitanties, welke getrokken
zijn op kleine plaatsen. Zij vertegen*
woordigen jaarlijks een zeer aanzien
lijk bedrag. Wanneer onze 630 boeren
leenbanken zich nu wilden verbinden,
om de bedragen te innen, tegen eene
provisie van f 0 10 per f 100 meteen
maximum van f 0.50, zouden wij zeker
een stap in de goede richting doen.
Wij roepen hiertoe de hulp in van
onze plaatselijke banken. Verscheidene
kassiers zegden ons reeds hun hulp
toe, waarvoor wij hun zeer erkentelijk
zijn, doch de medewerking moet uit
den aard der zaak algemeen zijn om
doel te treffen, 't Is eene zaak van
groot belang, hetgeen blijkbaar nog
niet algemeen wordt ingezien, getuige
het volgende briefje van een kassier
als begeleidend schrijven bij de terug
zending van een wisseltje, hetwelk wij
gem ter inning hadden toegezonden.
„Voor loopjongen eener Alk-
maarsche exportvereeniging stel
ik mij niet beschikbaar en zend
U daarom deze wissels terug
Hoogachtend Uw dw. Gratis
kassier leenbank."
Zeer zeker, als bron van inkomsten
beschouwen wij de behandeling niet,
evenwel zouden wij het ten zeerste
toejuichen, indien onze plaatselijke
banken in deze zouden willen mede
werken om de werking onzer organi
satie uil te breiden en nog meer aan
haar doel te doen beantwoorden.
Elke boerenleenbank zal daarvan
op haar tijd de vruchten plukken.
Als alle kassiers onzer banken hunne
medewerkingverleenen.kangeeneenkele
bank tegen onze organisatie op, daar
wij de meest uitgebreide vertakking
over het geheele land hebben.
Voor de banken zit er geen verlies
in, daar zij voor de bedragen der
incasso's door de Centrale onmiddellijk
worden goedgeschreven, terwijl zij
zelf, als het kleine bedragen zijn de
gelden in kas kunnen houden of bij
grootere bedragen onmiddellijk op onze
postrekening kunnen storten.
De inbraak-, diefstalverzekering.
De boerenleenbanken moeten er op
bedacht zijn, dat de Maatschappijen,
ook onze Verzekering-Maatschappij ,,de
Hermandad", alleen schade vergoeden
ingeval van braak,gevolgd door diefstal.
Het openen van de brandkast met
den sleutel, die er bij behoort en die
gestolen of gevonden is, is geen braak.
In dergelijk geval is dus de Verze
kering-Maatschappij niet tot schade
vergoeding verplicht.
Het strekt aan ,,de Hermandad" tot
eere, dat zij zich zonder hierdoor
een praecedent te scheppen niet op
dit formeele standpunt heeft geplaatst
ten aanzien van de vergoeding van het
verlies, geleden door onze bank te
Zuidland.
Bij deze bank was de brandkast
door een of meer inbrekers met den
goeden sleutel geopend. Zij hadden
deze uit den zak van den kassier
gehaald.
Uit die brandkast is toen een bedrag
van f 3500 gestolen.
De bank was voor f 1000 verzekerd.
De „Hermandad" heeft nu van dit
verlies f 900 vergoed.
Men denke er echter om, dat alleen
bij braak (d.i. verbreking) en daarop
gevolgden diefstal de schade tot het
maximum van het verzekerd bedrag
wordt vergoed
Een onzer banken vraagt ons, of zij
ook de bij haar als onderpand gedepo
neerde effecten moet verzekeren.
Deze vraag moet bevestigend worden
beantwoord.
De bank moet als pandhoudster alle
zorgen in acht nemen van een goed
huisvader.
Eene verzekering van die stukken is
niet noodig, als men ze in bewaring
geeft aan de Centrale Bank.
N. O. T. garantie.
In verband met het feit, dat de
Nederlandsche OverZee Trust-Maat
schappij bank garantie vorderde voor
de nakoming van verschillende over
eenkomsten ten opzichte van de door
hare bemiddeling aangevoerde of onder
N. O. T. verband gebrachte goederen,
hebben wij voor talrijke boerenleen
banken daarop betrekking hebbende
akten ontworpen.
Het is dus ook voor deze van belang,
te vernemen, dat bedoelde overeen
komsten in verband met de ontbinding
der tusschen de oorlogvoerende mogend
heden en de N. O. T. gesloten over
eenkomsten, met ingang van 12 Juli
j.i. vervallen zijn.
Onze banken zijn dus van alle
verplichtingen als garantie tegenover
de N. O. T. ontheven en kunnen de
personen, voor welke zij garant waren,
hiermede in kennis stellen.
Pandbrieven van hypotheek
banken.
Herhaaldelijk komt het voor, dat
boerenleenbanken aan de Centrale
Bank dispensatie vragen, om een ge
deelte harer spaargelden (soms zelfs
een zeer beduidend gedeelte) in pand
brieven van hypotheekbanken te be
leggen.
Veelal zijn dat dan pandbrieven van
kleinere hypotheekbanken, die er per
sonen op na schijnen te houden, die'
speciaal de kassiers onzer banken
afreizen.