DE RAIF F EISEN-BODE. 39 waar het om gaat en zonder dit is alle andere controle vrijwel waardeloos. Deze con tröle riu laat bij vele banken te wen- schen over. Zij wordt evenmin als iedere an dere contrólemaatregel bepaaldelijk ingegeven door gebrek aan ver trouwen, wat ook hieruit blijkt, dat zij bij alle banken' zonder onder scheid wordt toegepast. De inspectie verkrijgt juist hier door voor de banken eenige meer dere waarde. Hoornsterzwaag en ondergeteekende. Langezwaag, 25 Oct. 1917. De Secr. van den Ring: J. M. NATZIJL. Ring van Boerenleenbanken in het Oosten van Friesland. Op 24 Oct. (een week later dan aanvankelijk de bedoeling was) werd te Gorredijk de aangekondigde Ring- vergadering gehouden. Niettegen staande het ongunstige weder waren 34 personen aanwezig, die met be langstelling de rede van den Heer H. Vos, voorzitter van den Raad van Toezicht te Tijnje, volgden. Helder en eenvoudig werd in het licht gesteld, dat de Banken als phi- lantropische instellingen zijn ont staan, doch langzamerhand het ka rakter zijn gaan dragen van land- bouwvereenigingen, die zaken doen, zoodat van kassiers en beheerders niet langer gevergd kan worden, dat zij hun werk en hun tijd aan de Ban ken geven zonder daarvoor behoor lijk te worden schadeloos gesteld In hoofdzaak bepaalde de spre ker zich tot de salarissen der kas siers, die over het algemeen te laag zijn en ongelijk. D eHeer Vos heeft daarom getracht een stelsel te ont werpen, waarbij rekening tvördt ge houden met allerlei factoren, aantal leden, spaarders, voorschotnemers, rekening - couranthoudersinlagen, uitbetalingen, omzet, winst, enz. Daartoe in staat gesteld door de ont rangen gegevens had de spreker be rekend hoe groot de salarissen van ie kassiers der aangesloten Banken touden moeten zijn bij toepassing van iet bedoelde stelsel, waarbij was ge bleken, dat slechts 1 kassier thans :e veel, enkelen voldoende, doch de neesten te weinig ontvingen. I Na langdurige bespreking, waar tan door verscheidene aanwezigen verd deelgenomen, werd goedgevon- len om vóór de publicatie, van dit loogenaamd puntenstelsel in overleg e treden met de Commissie uit den Mng van Overijsel, die te kennen eeft gegeven gaarne gezamenlijk de ctie te willen voeren. Tot gedele- eerden van den Ring werden daar pe benoemd de Heer H. Vos te pjnje, de Heer J. bij. de Leij te Hat salarit van dan Kassier. Deze kwestie is sedert qen jaar, wel niet geregeld, maar toch, in ,,De Raiffeisen-Bode" aan de orde: een drietal artikelen zijn er reeds aan D_ wijd. Eerst kwam „een Kassier" in 't nummer van Dec. 1916 met de vragenwaarvan moet het salaris van den Kassier niet en wel afhangen? Vervolgens ging in Febr. '17 „Obser- ver" de oorzaken na, waardoor dat salaris vaak bespottelijk laag is en hij noemde ze: a. de personen, aan wie de betrekking wordt opgedra- gen; b. 't gemis van administratieve kennis bij hen, die benoemen; c. de zucht om de leden op allerlei wijzen te bevoordeelen. En' ten laatste is in 't nummer van October j.1. uiteen gezet op welke wijze er op 't oogen blik gewerkt wordt om tot een goede regeling van dat salaris ,te komen. En waarlijk, zoo'n regeling is hoog noodig. 'k Heb me de moeite getroost eens bij verschillende Banken te infor meeren naar den omzet en naar het salaris, dat den Kassier wordt uitbe taald. 'k- Onthoud mij van appre ciatie, de lezer zal zelf wel in staat zijn om te oordeelen in welke geval len een voldoend salaris werd, uit betaald. Bank A. Omzet in het eerste jaar: f170000. Winst f230. Salaris van den kassier: nihil. Omzet in het tweede jaar f 500.000 Winst: f260. Salaris f50. Omzet in het derde jaar f980.000. 't Salaris was f 250. Bank B. Omzet: f 1.500.000. Sa laris f 275. Bank C. Omzet f310.000. Sala ris f 100. Bank D. Omzet f 1.750.000. Sa laris f 400. Bank E. Omzet f870 .000. Sala ris f 500. Bank F. Omzet f 1.500.000. Sa laris f 800. Bank G. Omzet fi.400.000. Sa lans f 900 en f 200 premie voor pen sioen-verzekering. k Houd hier op; de lezer zal kun nen nagaan, waar 't salaris al of niet voldoende kan genoemd worden. En als nu de voornaamste oorzaak moet genoemd, waardoor 't salaris vaak beneden 't middelmatige blijft, dan leg' ik geheel beslag op de wat „Observer" in zijn artikel van Fe bruari j.1. noemt: de zucht om de leden op allerlei wijze te bevoor deelen. Bij de oprichting eener Bank wordt van de .Centrale steeds de raad gegeven: geef 3 en neem 41/2°/o, dan kan de Bank fatsoenlijk bestaan. Maar vaak wordt aan dien raad geen gevolg gegeven. Men is bevreesd geen inlagen te krijgen en geeft maar dadelijk 41/4 o/0en men denkt, dat er zich geen liefhebbers voor voor schotten zullen opdoen, als men het percent boven 4 of 41/4 stelt. Met het gevolg, dat er zo.o goed als geen winst gemaakt wordt en de Kassier, die zooveel uren aan de Bank ge werkt heeft, óf heelemaal geen óf een laag salaris krijgt. Nu weet ik wel, dat een Kassier zich vaak er mee tevreden stelt, maar.... jaren gaat men vaak aldus voort. En som wijlen krijgt een kassier, die al jaren gewerkt en door wien de Bank groot geworden is, te hooren: We kun nen voor 't salaris, dat ge geniet, liefhebbers genoeg krijgen. En daar mee-is dan dikwerf alle lust om nog vaker om verhooging aan te klop pen, bekoeld. 't Zal den lezer duidelijk zijn, dat ik niet generaliseer, maar alleen de gevallen op het oog heb, waarbij een Bestuur redeneert: de Bank is voor de boeren opgericht en dus Zeker, maar toch ook weer niet om iemand voor een schraal loon veel werk te doen verrichten en hem een groote verantwoordelijkheid op de schouders te leggen. De arbeider is en blijft zijn loon waard en een Be stuur moet er een eer in stellen iemand, die zijn werk zóó verricht, dat niemand te klagen heeft, een fatsoenlijk loon uit te betalen. Toen Vader Raiffeisen (we krij gen van de Redactie, als de papier- nood eens wat minder is, zeker wel eens als feuilleton een schets van zijn leven)toen Vader Raiffeisen in zijn woonplaats zijn eerste Rasse stichtte, deed hij dit wel om zijn boe ren uit de klauwen van woekeraars te halen, maar niet om hun jaarlijks een fooi van eenige marken te geven, k Ken een Bank, die aan 200 voor schotnemers samen 2 ton als voor schotten heeft verstrekt, "t Percen tage voor voorschotten was daar eerst 4)4, 't werd later gebracht op 4. Dat was voor de Bank een verlies van f 500 rente per jaar en gemiddeld voor iederen voorschotnemer een voordeeltje van 'h rijksdaalder. Door 't verlies van die f 500 ging 't re servefonds maar heel weinig vooruit en werd de kans voor den kassier om een beduidende vermeerderin°* van salaris te krijgen, al heel klein. Als van voorschotnemers 41/2 0/0 rente wordt geëischt, neemt een Bank ze ker nog geen woekerwinst; was dit waar, dan waren alle Hanze- en Mid- denstands-credietbanken instellingen,

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1917 | | pagina 3