DE RAIFFEISEN-BODE.
53
III.
Stemmingen over personen wor
den in de Statuten ongelijk gere
geld. In de nieuwste Statuten wordt
voorgeschreven: „indien volstrekte
meerderheid niet wordt verkregen,
dan wordt terstond herstemming ge
houden." In oudere Statuten wordt
alleen gezegd: „bij stemmingen
wordt volstrekte meerderheid ver-
eischt", wat dus niets omtrent her
stemmingen bepaalt, doch een onbe
paald aantal vrije stemmingen ver
onderstelt. Dit laatste is niet aan te
bevelen; als ieder lid blijft stemmen
op zijn eigen candidaat, dan komt
er nooit een einde. Maar ook het
eerste verdient geen aanbeveling.
Herstemming na i vrije stemming
kan ten gevolge hebben, dat niet de
2 personen in aanmerking komen,
die men in de vergadering het liefst
gekozen zou zien. Zoo werd ook ter
vergadering verteld, dat ergens de
Directeur van een Zuivelfabriek voor
bestuurslid in herstemming kwhm
met iemand, die door eenige bij
elkander zittende personen meer
uit de grap werd gestemd. De
meerderheid der vergadering oor
deelde niet goed, dat de directeur
der fabriek bij zijnivele werkzaam
heden nog dit baantje zou hebben
te behartigen, en velen stemden,
omdat er geen andere keuze was,
blanco, zoodat de niet-gewilde, on
geschikte persoon bestuurslid werd.
Zoo iets kan wel voorkomen wor
den door het stellen van candidaten
van wege het Bestuur of door de
vergadering, doch daar is op een
dorp veel bezwaar aan verbonden,
zoodat het meest gewenschte wel
is, dat men twee vrije stemmingen
houdt en daarna herstemming. In
dit geval dient de eerste vrije
stemming als het 'ware als een ge
heime schriftelijke candidaatstelling;
daarna worden in de tweede vrije
stemming de stemmen meer gecon
centreerd op de meest geschikte en
gewilde personen, terwijl de her
stemming tusschen de 2 personen,
die de meeste stemmen verkregen,
uitmaakt wie de gekozene zal zijn.
Om de herstemming steeds te
doen plaats hebben tusschen niet
meer dan 2 personen, kan een tus-
schenstemrriing noodig zijn om daar
toe te komen.
IV.
Omdat in de Statuten de bepaling
gevonden werd, dat de oproeping
ter vergadering moest geschieden
door middel van een advertentie,
moest daartegen wel gewaarschuwd
worden. Daar zou men toch bezwaar
lijk boete kunnen eiscben Van iemand,
die de vergadering niet bezocht. De
oproeping moet geschieden door
middel van convocaties.
Het woord „schriftelijk" late men
weg, omdat gelijk de Heer v. d.
Hurk mededeelde wel eens voor
een Rechtbank is opgeworpen, dat
een gedrukt biljet geen schriftelijk
stuk is. Een gedrukte convocatie zou
dus niet in overeenstemming zijn
met de Statuten, indien deze een
schriftelijke convocatie eischten.
V.
Vele Statuten schrijven voor, dat
de kassier wordt benoemd voor een
onbepaald aantal jaren. Dat is niet
gewenscht. Beter is het, dat ook
een kassier b.v. om de 4 jaren moet
worden herbenoemd.
Indien een kassier minder geschikt
of gewenscht is, moet de Allg. Ver
gadering gelegenheid hebben om dat
te doen blijken zonder dat een voor
stel behoeft te worden gedaan om
den kassier te ontslaan.
VI.
In oude Statuten komt de bepa
ling voor, dat kwitanties boven 100
gulden, niet mede onderteekend door
een der bestuursleden, ongeldig zijn.
In de praktijk wordt er wel niet de
hand 4an gehouden het is lbstig
en bij het gebruik van stortings
bewijzen overbodig dat in spaar
boekjes bij inlagen boven 100 gul
den, behalVe door den kassier ook
door een bestuurslid zijn handteeke-
ning wordt geplaatst. De spaarder
heeft dan echter geen wettig bewijs.
Daarom is het noodig, de bepa
ling, dat kwitanties boven 100 gild.
ook door een bestuurslid moeten
worden geteekend, zoo spoedig mo
gelijk uit de Statuten te laten ver
vallen.
1
VII.
Bij de meeste Boerenleenbanken
blijkt regel te zijn, dat de rente van
spaargelden en van voorschotten,
provisie en voorwaarden, worden
vastgesteld door de Alg. Vergade
ring. Aan te bevelen is dit echter
niet. De Alg. Verg. is immers niet
in staat hierover te oordeelen; de
mogelijkheid bestaat, dat spaarders
zullen trachten 'de spaarrente om
hoog te voeren, terwijl de voorschot
nemers liever een lagere voorschot
rente zien. Bovendien is het lastig
telkens een Alg. Vergadering te
moeten beleggen, als zooais in
den, crisistijd is gebeurd de Cen
trale Bank den rentevoet nog al
eens een wijziging doet ondergaan.
Daarom is- het beter in de Sta
tuten te bepalen, dat het Bestuur
de rente enz. vaststelt onder goed
keuring van den R. v. T.
De rente, provisie enz. behooren
dan ook niet meer in het Huish.
Reglement voor te komen. Het
Bestuur heeft echter een financieel
reglement op te stellen, waarin alle
voorwaarden, rente, provisie, enz.
worden vermeld, en dit te laten
goedkeuren door den Raad van Toe
zicht.
VIII.
Weinig gelijkvormigheid bestaat
er bij de Banken ten opzichte van
het bedrag, dat van 1 persoon of
1 gezin aan spaargelden en deposito's
mag worden opgenomen. In onzen
Ring varieert dat bedrag tusschen
3000 en 10000 gulden. Het eerstge
noemde bedrag is te laag, in dezen
tijd niet alleen, maar ook, als de
normale tijden weer zijn terugge
keerd. Het kan immers gebeuren,
dat een lid zijn bedrijf tijdelijk van
de hand doet en de opbrengst niet
te vast wil beleggen. Dan moet hij
de gelegenheid hebben, een flink
bedrag tijdelijk te deponeeren bij
zijn Boerenleenbank.
i 1
IX.
In de Reglementen behoort wel
niet de bepaling, die bij sommige
Banken werd aangetroffen, om bij
vervroegde terugbetaling van voor
schotten een minimum te eischen
b.v. van 100 gulden. Een voorschot
nemer moet gelegenheid hebben ook
kleinere bedragen af te betalen.
j
X.
In een der Huish. Reglementen
werd het voorschrift gevonden, dat
een voorschotnemer, die een .voor
schot ontvangt tot aankoop van vee.,
verplicht is dat vee te verzekeren.
Ter vergadering bleek, dat men
in het algemeen die verplichting niet
noodig achtte, al is er veel voor
te zeggen in sommige gevallen, met
het oog op de borgen, een voor-
schotnemer die verplichting op te
leggen.
XI.
Aan de adviezen, door het Bestuur
van den Ring aan de aangesloten
Banken gegeven, werd ook nog dit
toegevoegd, dat het zegelen van
schuldbekentenissen niet moet wor
den verzuimd. De wet eischt, dat de
schuldbekentenissen gezegeld zijn,
en nu weet men wel', dat onge
zegelde even geldig zijn, maar ont
duiking van de wet ligt niet op
den weg van onze Banken. Ook de
borgen, die teekenen, dat ze ook
„goed" zijn voor de „kosten", heb
ben er belang bij, dat er bij even-