INGEZONDEN BIJDRAGEN
De goede toon.
ONZE BOEKENTAFEL.
40
DE RAIFFEISEN-BODE.
maken. (Wij onderstellen hier, dat
de man overleed en de vrouw nog
leeft).
Dan moet geteekend worden door
alle erfgenamen of door één van
hen, mits deze behoorlijk door de
anderen schriftelijk is gemachtigd,
liet bedrag in ontvangst te nemen
en daarvoor kwijting te geven.
Zijn er onder die erfgenamen min
derjarigen, dan zal voor deze de
voogd de kwitantie of de machtiging
moeten teekenen.
Wordt eene machtiging afgege
ven, dan moet deze door de bank
worden bewaard, b.v. achter in het
spaarboekje worden vastgehecht.
Verkeert men in twijfel, wie de
erfgenamen zijn, dan eische men
overlegging van eene notariëele ver
klaring van erfrecht.
Was de overledene in gemeen
schap van goederen gehuwd en over
leeft zijne echtgenoote hem, dan is
de boedel, eertijds gemeen aan man
en vrouw, nu 11a dat overlijden ge
meen aan de vrouw en de erfgena
men van den man.
Tot dien onverdeelden boedel
zijn dus niet alleen de erven van
den man, doch is mede de vrouw
gerechtigd, de laatste niet als erfge
name van den man, doch als lid
der vroegere huwelijksgemeenschap.
I11 dat geval, en dat is verreweg
het meest voorkomende, late men
de kwitantie, behalve door de erf
genamen, mede onderteekenen door
de overlevende echtgenoo'e of men
eische, dat ook deze een schrifte
lijke volmacht afgeve op den erf
genaam, die het geld in ontvangst
zal nemen en daarvoor kwijting zal
geven.
Zijn er geene kinderen of we
duwe bij betrokken, doch b.v. neven,
dan betale men hen uit tegen kwi
tantie, door hen allen geteekend,
of aan één van hen, mits deze dooi
de anderen is gemachtigd.
Wordt na overlijden van den in
legger bij akte van boedelscheiding-
de vordering op de bank aan één
der bij die scheiding belanghebben
den toegewezen, dan is deze natuur
lijk de rechthebbende geworden met
uitsluiting van alle anderen.
De vraag is hiermede eenigszins
in het algemeen beantwoord. In de
meeste gevallen zullen zich geene
moeilijkheden voordoen. Doen zich
die wèl voor, dan moet elk geval
op zichzelf worden beschouwd.
Men wende zich in die gevallen
om inlichtingen tot de Centrale
Bank.
REDACTIE.
(Buiten verantwoordelijkheid der R dactie).
Evenals een goed woord, veelal
een goede plaats vindt, zoo zal ook
een artikel, in een dag- of weekblad
meer indruk maken en zijn doel na
derbij komen, als de goede toon
bewaard blijft. De heer Blokker zegt
dan ook, na zijn beschouwing 011
trent het ingezonden stuk, vanwege
de Bank van Alkemade, dat hij
hoopt, dat de goede verstandhou
ding bewaard blijve. De Redactie
van de Raiffeisenbode zal daar ook
belangrijk aan kunnen medewerken,
door geen stukken te plaatsen, die
niet in den goeden toon, of te per
soonlijk gesteld zijn.
Bij de beantwoording van het
„denkbeeld" van den heer Koersel-
man, heeft de jonge Redactie al
een uitmuntende proef afgelegd, om
bij zoo'n groot meeningsverschil,
haar „denkbeeld", zoo beslist en
juist in den goeden toon weer te
geven.
Ook de heer Blokker heeft op
gepaste wijze zijne meening bekend
gemaakt, omtrent de gehouden dis
cussie op de Algemeene Vergade
ring. De harmonie die U uit dat
stuk, als een volmaakt accoord in
de ooren klinkt ik heb ze op dr
algemeene vergadering niet kunnen
j beluisteren. Ook vind ik den lof aan
den democratischen geest, die overal
baan breekt, wel wat hoog gestemd.
Veeleer hoorde ik dissonanten en
leek het mij het voorspel van toe-
komstmuziek, hetzij met alle respect
gezegd voor wat de volksuiting, ten
goede heeft verricht.
Laten wij als leden van de groote
Centrale Raiffeisen-Bank, met ver-
j schillende behoeften en denkbeel
den, ons onder de bekwame leiding
stellen van het hoofdbestuur. Wij
zullen dan een krachtigen en veel-
vermogenden bond vormen, tot heil
van het zoo noodige landbouwcre-
diet. Onder „leiding" wordt hier I
j niet bedoeld„alles te prijzen, wat
de heeren wijzen," maar dat ieder
lid of iedere afdeeling, een offer
weet te brengen ten algemeenen j
nutte.
N. P. VERKLEY.
Alkemade.
Door den Heer J. de Maar, amb
tenaar der Rijks directe belastingen
te Purmerend, is een uiterst practi-
sche handleiding ontworpen zeer ten
gerieve van den landbouwer. In het
voorwoord zegt de schrijver
„De ervaring in de practijk op
gedaan, bracht mij op het denk
beeld een leiddraad samen te stel-
„len voor den belastingplichtige, in
„het bijzonder voor den land
bouwer."
Waar de schrijver zelf als belas
tingambtenaar belast is met de in
vulling en verdere werking inzake
de inkomstenbelasting, mogen wij
verwachten, dat dit boekje in alle
opzichten aan de gewenschte ver
wachtingen voldoet. Uit de ingeko
men biljetten is meermalen geble
ken, dat het invullen daarvan in vele
gevallen niet met de noodige juist
heid is gedaan.
In dit boekje vindt men de ver
schillende bronnen van inkomsten
duidelijk gerubriceerd, wordt zeer
overzichtelijk aangegeven op welke
wijze de verschillende berekeningen
moeten worden gemaakt, welke uit
gaven mogen worden afgetrokken,
kortom wat onder onzuiver en zuiver
inkomen is te verstaan. Als bijlage is
een tarief der belasting opgenomen'
en wordt met voorbeelden duidelijk
uitgelegd hoedanig een landbouwer
zijn biljet moet invullen en de uit
komsten van zijn bedrijf gemakkelijk
en overzichtelijk kan boeken.
Waar de schrijver zelf zeer veel,
èn met de wet, èn met den land
bouwer, direct in aanraking komt,
is het werkje geheel en al gericht
op de practijk en vervangt even-
tueele mondelinge toelichtingen door
een ambtenaar in 't algemeen aan
den landbouwer gedaan.
Waar de prijs van 25 ct. binnen
ieders bereik ligt en de daarin ge
geven raadgevingen en toelichtingen
een verzoek van belastingplichtigen
aan ambtenaren der belastingen ge
daan, om bij de invulling van het
biljet te helpen, voorkomt, is dit
werkje als zeer nuttig te beschouwen
en vindt men daarin al hetgene, wat
men daarin wenscht te vinden én
behoeft men de ambtenaren niet zoo
veel meer inzake de inkomstenbelas
ting inlichtingen te vragen.
Toezending geschiedt na ont
vangst van postwissel groot 27 cent
franco per 10 stuks a f2.50.
Zie verder advertentie.