De Credieta&nvrage. Spaarbankkiezer. DE RAIFFEISE N - BODE dergelijke gevallen onthouden, totdat door wijziging der onderhavige statuten eene deugdelijke en duidelijke rege ling is aangegeven. De vraag kwam tot ons, op welke wijze wijziging moet plaats hebben van de statuten ieener Coöperatieve Vereeni ging. Het antwoord luidt, dat dit op dezelfde wijze moet geschieden en met dezelfde formaliteiten gepaard gaat, welke voor de oprichting zijn voorgeschreven. In de eerste plaats moet het voorstel tot wijziging op de agenda der algemeene vergadering zijii vermeld en in de oproepingsbriefjes (convocaties) tot de vergadering- voorkomen. Dit schrijven althans de meeste statuten voor. Dan zal de vereischte meerderheid zich vóór de wijzi ging moeten verklaren, de akte van wijziging vervolgens notarieel moeten worden verleden, opgenomen in het Bijvoegsel tot de Nederlandsche Staatscourant, aange kondigd in een plaatselijk Nieuwsblad en ten slotte in geschreven worden in het register der vereeniging en ter Griffie van het Kantongerecht. Eene z.g.n. „Koninklijk goedgekeurde" vereeniging zal bij wijziging van hare statuten dezelfde formaliteiten moeten in acht nemen, welke voor de „erkenning" zijn voorgeschreven en dus ook op die wijzigingen de goed keuring moeten aanvragen. Eene onderlinge waarborgmaatschappij', voor welker oprichting generlei formaliteit is voorgeschreven en welke, naar algemeen gevoelen, door de oprichting zelve tevens rechtspersoon wordt, zal ook bij eenvoudig be sluit der ledenvergadering verandering in hare statuten of in haar reglement kunnen aanbrengen. Voor eene bank ligt hierin het groote bezwaar, dat die wijziging, juist doordat geene formaliteiten behoeven te worden in acht genomen etn geene publicatie plaats heeft, tot stand komt, zonder dat men het bemerkt. (Men denke b.v. aan wijziging in de voorschriften betreffende de onderteekening van voor de vereeniging verbindende akten. Wij stappen hiermede van dit onder-werp af en komen nu tot de vraag, onder welke voorwaarden aan eene vereeniging door de bank gelden kunnen worden ter leen verstrekt en doelen hier speciaal op die voor schriften der statuten, welke luiden „Het bestuur geeft voorschotten alleen „en uitsluitend aan leden, doch steeds onder „voorwaarde, dat de ter leen verstrekte gel- „den ïe allen tijde opeisch'baar zullen zijn „na eene voorafgaande opzegging van hoog stens drie maanden." „Het bestuur heeft onder goedkeuring van „den raad van toezicht het recht, in tijd „van nood, gevaar of crisis alle voorschot ten in te vorderen, mits het die vier weken „te voren heeft opgezegd." en „Bij het toestaan van voorschotten, ook „in loopende rekening, moet altijd, zonder „uitzondering, de behoorlijke terugbetaling „verzekerd zijn door het stellen van per soonlijke of zakelijke, door het bestuur „goedgekeurde, zekerheid. (Wij nemen hier de redactie, zooals die voorkomt m de laatste uitgave der model-statuten.) Deze voorschriften nu gelden evenzeer bij geldleening aan vereenigingen als aan gewone natuurlijke personen. De eerste twee aangehaalde bepalingen vereischen wel geen naderen uitleg; slechts bij de laatst aangehaalde wensclien wij een oogenblik stil te staan. (Wordt vervolgd. Geeft de schuldbekentenis of akte van crediet- verstrekking in loopende rekening niet af aan den schuldenaar of aan een der borgen, om ze door één van dezen te laten teekenen, doch laten de personen, die hun handteekening moeten stellen, dat doen in bijzijn van den kassier of één of meer der bestuursleden, waardoor mogelijke fraude wordt voorkomen. Wij achten het gewenscht, de bijzondere aandacht van de Besturen onzer Banken op het navolgende t,e vestigen Het komt herhaaldelijk voor, dat sommige aangeslo ten banken plotseling crediet of verhooging van het haar toegestane crediet aan de Centrale Bank aanvragen, en daarover binnen zeer korten tijd wenschen te be schikken. Hieraan kan dan niet direct voldaan worden, wijl de voorbereidende werkzaamheden voor de credietvasts'.el- lingen, t. w. het onderzoek naar de credietwaardigheid van enkele leden, de recherches op de diverse hypotheek kantoren, de rondzending der stukken bij! de leden der Provinciale Commissies, welke in dergelijke aangelegen heden van advies dienen, en ten laatste het besluit van het Bestuur, nog al tijd vorderen. Teneinde den goeden gang van zaken voor de Locale Banken zooveel mogeljjk te bevorderen, noodigen wij! onze banken daarom uit, ons steeds tijdig de aanvragen om crediet of om verhoogd crediet te willen inzenden. Gedurende de laatste verkiezingsperiode werd ons door meerdere banken gevraagd, of persondn,. die op den eersten Februari j.1. sedert een jaar een bedrag van ten minste 50 gulden bij' eene boerenleenbank hadden be legd, op dien grond als spaarbankkiezer konden in aan merking komen. Wij moesten deze maag ontkennend beantwoorden. Immers zegt de Kieswet, dat men op dergelijke in lagen in bijzondere spaarbanken slechts dan zijne kies gerechtigdheid kan baseeren, als zulk eene bank een waar borgfonds van 25.000 gulden heeft gedeponeerd bij de Nederlandsche Bank en dat is natuurlijk' met geene enkele onzer banken het geval. (Deze beperking geldt alleen niet voor die banken, welke opgericht zijn vóór 1 Mei 1900.)

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1913 | | pagina 3