Iets over de borgstelling. DE RAI FFEISEN -BODE. De statuten der vereenigingen. behelzen hieromtrent in den regel afzonderlijke en uitgewerkte bepalingen. Die statuten zullen dus moeten worden nagegaan. In den regel zal in dergelijke gevallen door het ge- heele bestuur d. i. door a 1 le bestuursleden moeten worden geteekend. (Ons werd gevraagd, of bij verandering in de samen stelling van het Bestuur van zulk eene vereeniging ook de nieuw in functie getredenen onder de eenmaal getee- kende akte van erkenning van crediet-verstrekking in loopende rekening mede hunne handteekening moeten stellen, dan wel of in dat geval eene nieuwe akte moet worden opgemaakt. Geen van beide moet plaats hebben. Immers de akte is geteekend door die bestuursleden niet als particuliere personen, doch als samen vormende het Bestuur. Zij, die alstoen dat Bestuur vormden, ver bonden 'als Bestuur de vereeniging en die verbintenis blijft bestaan, ook al wordt naderhand hunne plaats door een ander ingenomen. Dat Bestuur heeft gehandeld als orgaan der vereeni ging en dat orgaan blijft hetzelfde, ook al komt in de sa menstelling verandering. Stellen wij nu het geval, dat de Coöperatieve Land- böuwvereeniging „Buinen" te Buinen, gemeente Borger, van de Boerenleenbank aldaar een voorschot wenscht te ontvangen en de terugbetaling door borgen wil ver zekeren. De schuldbekentenis (formulier 12) zal dan aldus aan vangen „De ondergeteekende, ,,de Coöperatieve Landbouw- lereeniging „„Buinen"" te Buinen, gem. Borger," erkent schuldig te zijn(enz.) terwijl de onderteekening er aldus zal uitzien: Buinen, Maart 1913. „De schuldenares „De Coöperatieve Landbouwvereeniging „„Buinen"" „te Buinen, gem. Borger." „Het Bestuur." „Goed voor gulden met rente en kosten. voorzitter." „Goed voor gulden met rente en kosten. secretaris." „Goed voor gulden met rente en kosten. penningmeester." Ieder der onderteekenaars moet eigenhandig boven zijne handteekening stellen de woorden„Goed voor gulden met rente en kosten", terwijl het bedrag in let ters moet worden ingevuld. .(Evenzoo zullen de borgen, ingeval de leening door borgtocht zal worden verzekerd, boven hunne handteeke ning dien regel moeten stellen.) Het zal nu voldoende duidelijk zijn, hoe een „contract van crediet-verstrekking in loopende rekening" moet worden ingevuld en geteekend. Wij merken nogmaals op, dat het bovenaangegeven voorbeeld slechts voor dat speciale geval geldt en dus niet als algemeen geldende voor alle gevallen moet worden beschouwd. De onderteekening is bij verschillende vereenigingen ook verschillend en raadpleging van de Centrale Bank voor ieder speciaal geval achten wij noodzakelijk. 11mmers zelfs zijn er vereenigingen, als „Coöperatieve" bekend, die op den keper beschouwd, wettelijk zelfs niet eens als zoodanig bestaan.) Mocht soms de oppervlakte van het papier, waarop de schuldbekentenis is gesteld, te gering zijn, 0111 alles te bevatten, zoo schrijve men de geheele schuldbeken tenis O'p een grooter zegel. Men hechte in geen geval strooken papier aan de formulieren. (Herhaaldelijk komt het voor, dat men aan de Cen trale Bank statuten toezendt en inlichtingen wenscht te ontvangen per omgaande. Daaraan kan door ons zelfs met den besten wil on mogelijk worden voldaan. Immers, zullen wij advies geven, dan moeten de statuten door ons grondig worden onderzocht en daarvoor is tijd noodig. Wij merken nog op, dat niet steeds het Bestuur eener aangesloten vereeniging bevoegd is, eigenmachtig gelden ten laste dier vereeniging op te nemen. Vele statuten behelzen hieromtrent uitgewerkte bepa lingen en dikwijls komt het voor, dat tot het opnemen van gelden het Bestuur niet bevoegd is, tenzij de alge- meene vergadering daartoe besloot en liet Bestuur daartoe machtigde. Een niet-letten op deze bepaling zoude zich kunnen wreken. Immers zoude dan de vereeniging kunnen beweren, dat het Bestuur buiten zijne bevoegdheid is gegaan en weigeren die schuld als de hare te erkennen. (Wordt vervolgd.) Mede naar aanleiding t an de Inspectie-Rapporten in het jaar 1912 aan onze Centrale Bank uitgebracht, achten wij het noodzakelijk, het navolgende onder den aandacht van de besturen onzer lokale banken te brengen. Er zijn gevallen geconstateerd, waarbij de schuldbe kentenissen door de borgen niet zijn geteekend, als in het formulier is aangegeven. Zoo komt het voor, dat deze niet de geheele clausule „Goed voorgulden met rente en kosten" boven hunne handteekening stellen, doch slechts de woorden: „Goed voor gulden". (Het bedrag moet, als be kend, in letters worden ingevuld, niet in cijfers.) Dit is niet voldoende te achten. In den regel heeft men hier te doen met een verzuim. Mochten de borgen onwillig zijn, volledig te teekenen, dan weigere men, het voorschot te verleenen. Immers dan is de bank niet voldoende gewaarborgd. De zekerheid \voor de terugbetaling moet zich uit strekken, niet alleen over de hoofdsom, doch mede over de renten en de mogelijk op de invordering te vallen kosten, wil de kans, dat de betrokken bank schade lijdt, tot een minimum zijn teruggebracht.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1913 | | pagina 3