Bankieren is heel simpel In gesprek over goed en slecht presterende banken Felle concurrentie, krappe rentemarges en een overvloed aan regelgeving. Het wordt banken niet gemakkelijk gemaakt om topprestaties te leveren. Zou je den ken. Maar er zijn banken die het uitstekend doen, zoals Rabobank Rijssen-Enter. Algemeen directeur Evert Voortman van die bank praat met Henk Datema, regiodi recteur Noord-Nederland bij Rabobank Nederland. Datema gaat slecht presterende banken helpen de weg omhoog te vinden. De ambitie van Mare van de Ven Klantwaarde/markt Het was een stevige discussie in de cen trale kringvergadering in december 2006. De vraag rees of de begroting en het jaarplan ABB 2007 voldoende ambiti eus waren. Opvallend is dat de verschillen in prestaties tussen lokale banken onder ling zeer groot zijn. Zo heeft de beste bank een bancaire productiviteit die veel hoger is dan die van de slechtste. De norm voor dit kengetal ligt op 1,40, maar de meeste banken halen dit niet. Reden voor de raad van bestuur van Rabobank Nederland om de regiodirecteuren te vra gen om de tafel te gaan zitten met banken die het niet goed doen. En dus gaat ook Henk Datema bij een aantal banken op bezoek. 'We hebben een analyse van banken gemaakt. Gekeken is naar de financiële cijfers, de marktontwik kelingen, de efficiencyratio's en de organi satie. Op basis daarvan is een selectie gemaakt van banken waar volgens ons nog veel winst te halen valt. Grote banken en kleinere banken in de stad, op het plat teland. Het is een gemêleerd gezelschap. Op basis van de analyse ga ik sparren met die banken, ze een spiegel voorhouden.' Daarbij gaat het niet alleen om cijfers, ver zekert hij. 'We gaan het ook hebben over marktbediening, over lokaal ondernemer schap en leiderschap. Want daar schort het nogal eens aan bij banken die het niet goed doen.' Evert Voortman weet daar alles van. Toen hij in 1994 bij Rabobank Rijssen-Enter begon, zat de bank in een diep dal. Diver se medewerkers overtraden de regels, de bank kreeg veel negatieve publiciteit in de lokale pers en had een slechte portefeuille bedrijfsfinancieringen. Gevolg: interne onrust, forse afboekingen en slechte ratio's. 'Er was echt sprake van een crisis,' blikt Voortman terug. 'Het voordeel daarvan is dat je snel beslissin gen kunt nemen en veranderingen door kunt voeren.' Voortman deed dat: hij trok een veran- dermanager aan en de bezem ging door de organisatie. Medewerkers vertrokken, nieuwe werden aangetrokken en Voort man zorgde voor een nieuwe cultuur waarin afspraak afspraak is, mensen met elkaar praten in plaats van over elkaar, en medewerkers verantwoordelijkheid en ini tiatieven nemen. Voortman: 'Op papier klinkt dat makkelijk, maar een cultuur verandering kost tijd. De nieuwe mana gers, die ik van buiten aangetrokken heb, hebben daarin het voortouw genomen. Zij hebben het goede voorbeeld gegeven en zich kwetsbaar opgesteld. Niet voor niets zijn ze doorgegroeid tot directeur of algemeen directeur bij andere Raboban- ken.' 'Het gaat om inspirerend leiderschap,' vult Datema aan. 'Laat je zien: aan je medewerkers, aan je klanten. Ik vraag een directeur altijd of hij klantcontacten heeft. Vaak is dat niet het geval, maar het is zó wezenlijk, bij klanten verdien je het geld.' Daarnaast moet een leider helder zijn, vindt Datema. 'Formuleer een helde re visie en concrete doelen, geef aan waar je naartoe wilt, communiceer daarover en vier successen met elkaar.' Voortman is het hier helemaal mee eens. Bij Rabobank Rijssen-Enter weten mede werkers exact wat de bank wil, aldus Voortman. 'Dat is een van mijn taken. Onze hypotheekadviseurs bijvoorbeeld weten dat we een rendabele portefeuille willen. Ze dragen dat ook uit. Bij ons gaat het om de goede deal voor de klant waaraan we ook nog verdienen, en niet alleen om marktaandeel binnen te roeien. Ons marktaandeel hypotheken is gedaald

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2007 | | pagina 10