Rondetafelgesprek Door voldoende advieskantoren, goede openingstijden en zelf actief de klant op te zoeken, blijft de Rabobank dichtbij en de winst op peil. Maar er zijn meer wegen die naar Rome leiden: een slimmere multimedi ale invulling, sterker vanuit de klant denken en creatief inhoud geven aan 'leden voor leden'. Belangrijk is vooral dichtbij de behoeften van klanten te blijven. Dat leert een rondetafelgesprek tussen een bestuurs voorzitter, een commissaris, een directie voorzitter en een vertegenwoordiger van Rabobank Nederland over de kernwaarde 'dichtbij'. Jan Veurink (54), voorzitter van de raad van toe zicht Rabobank Vaart en Vecht, komt privé hoog uit 2 keer per jaar bij de bank. Besturen/managen B B 15e jaargang 2006 04 Dichtbij is vooral een goed gevoel' Dichtbij zijn, wat brengen we er eigenlijk van terecht? Volgens Veurink slaagt zijn bank er goed in letterlijk dichtbij te blijven. 'Na de fusie met Dalfsen-Hasselt hebben we een groot werkgebied, vijf advieskantoren, zeven verkoopkantoren. Onze mensen gaan naar de klant onder ons motto: de medewerker reist en de klant niet. Straks hebben we ook een ledenraad met zeven afdelingen. Dat is een geweldig winstpunt als het over dichtbij gaat.' Dankert: 'Ons werkgebied is 30 bij 30 kilometer plus twee Wadden eilanden. Wij zijn nogal tegendraads geweest door kantoren niet te sluiten. Onze dertien vestigingen zijn stuk voor stuk advieskantoren. Je betekent het meeste voor je omgeving als je in de belangrijkste plaatsen een advieskantoor openhoudt. Je adviseurs zijn je voelhorens. Wij houden liever met wat extra moeite een advieskantoor in een dorp in stand, dan dat we de plaatselijke sportclubs met grote bedragen ondersteunen. Dat heeft bij ons wel geleid tot hoge marktaan delen.' Dirken merkt op dat zijn bank met achttien vestigingen weliswaar een mooie spreiding heeft, maar desondanks niet als dichtbijbank wordt ervaren. Daar heeft hij zo z'n gedachten bij. 'Dichtbij is van oudsher de kracht van de Rabobank - op het dorpsplein doe je de zaken - maar in de grote stad hebben we dat wat uit het oog verloren. In Voorschoten en Rijswijk hebben wij ervaren dat het alleen bieden van basisdienstverlening de dood in de pot is. Je kunt een klant niet uitleg gen dat je geen hypotheken verkoopt. We gaan dus nu doen wat Dankert schetst: direct aanspreekbaar zijn voor particulieren en bedrijven. Vandaar ook dat we buitengewoon blij zijn met ons eigen callcenter. Met minder mensen in de bankhal moet je zuinig zijn op de contacten die je nog hebt.' Rentabiliteit onder druk? Staan dichtbij en rentabiliteit op gespan nen voet? 'Bij ons gaan ze prima samen', reageert Dankert. 'Onze bancaire produc tiviteit is 2. We houden de kosten scherp in de gaten. Bedrijfsvoering, daar draait het om. Het openhouden van vestigingen wordt meer bedreigd door de kosten voor veiligheid en infrastructuur dan door een te laag rendement.' Vaart en Vecht heeft een bancaire productiviteit van 1.36. 'Dichtbij zijn kost wel iets', aldus Veurink. 'Maar dat mag. Als je alleen naar de kosten kijkt, kom je jezelf tegen.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2006 | | pagina 4