Rabobank rolmodel
B B 14e jaargang 2005 05
Fotografie Esther Pennarts
kunnen. De aangesloten banken zijn het
vertrekpunt. Zij moeten krachtige markt
spelers zijn, goed geworteld blijven in de
gemeenschap en sterke aandeelhouders
zijn van Rabobank Nederland.' Hij con
stateert dat we gaandeweg al wijzer zijn
geworden. 'Duidelijk is dat centrale acti
viteiten als CBW (centraal beheer woning
financieringen) en SH (servicecentrum
hypotheken) bestaansrecht hebben. Wat
betreft het RKCC (regionaal klantencon-
tactcentrum) is de slinger juist de andere
kant opgezwaaid. Het klantcontact is der
mate vitaal voor de aangesloten banken
dat zij de communicatie in eigen hand
en huis willen houden. Daar spreekt
lokaal ondernemerschap uit. Dat onder
nemerschap is het uitgangspunt van de
commissie.'
absoluut geen vrijblijvendheid permitte
ren, als het gaat om diensten van Shared
Services en Facilities is er wel een vrije
keuze!'
'De aangesloten banken zijn overigens
bezig om de nieuwe Rabokaart met elkaar
prima in te vullen', meent Moerland. Hij
geeft wel stevig tegengas aan geluiden die
een nog verdergaande opschaling voor
staan. Naar zijn mening is daar vanuit het
perspectief van de markt - een uitzonde
ring daargelaten - in ieder geval geen
enkele aanleiding toe. 'De raad van
bestuur stelt zich uitdrukkelijk op het
standpunt dat verdere schaalvergroting
thans niet aan de orde is. Het is zaak de
uitgestippelde weg te volgen en er niet
nog eens een slag overheen te maken. Een
goede invulling van de nieuwe kaart kost
tijd. We moeten eerst het bewijs dat we
ook in de nieuwe werkgebieden onver
minderd dichtbij en betrokken kunnen
zijn, zien te leveren. Laten we ons vooral
realiseren dat er geen weg terug is als we
te ver zouden doorschieten.' Dat de con
currentie probeert de Rabobank te imite
ren en weer dichter op de markt te krui
pen, is voor hem een duidelijk signaal.
De rek eruit
'Ze zien ons kennelijk nogal staan', zegt
hij met gevoel voor understatement.
'Reden temeer om onze unieke link met
de markt goed te blijven koesteren.'
Hij onderstreept dat de opdracht van de
commissie op twee punten is aangevuld.
'Het is niet alleen een kwestie van moge
lijke lokaal-centraal bewegingen, maar
uitdrukkelijk ook van het omgekeerde.'
Voorbeelden van dat laatste zijn het HR-
beleid, het coöperatiebeleid, het in huis
hebben van de productkennis en het even
tuele 'indalen' van de grootzakelijke
teams. Ander belangrijk punt is het com-
mitment van banken aan besluitvorming
in de CKV. 'Er is een helder onderscheid
nodig tussen besluiten met een facultatief
en een bindend karkater. Het gaat om het
uitsluiten van het risico op onderdek-
kingsverliezen, zoals die zijn opgetreden
bij Cohen Brown en het RKCC. Bij mega
projecten als CRM-Siebel kunnen we ons
Uit contacten met Europese zusterbanken conclu
deert Moerland met gepaste trots dat de Rabobank
steeds meer als rolmodel wordt gezien. Hij compli
menteert alle voorgangers die hebben bijgedragen
aan de ontwikkeling van ons bestel van kringen en
centrale kring. 'Bij ons heeft de lokale autonomie zich
aangepast aan de eisen van de tijd. Onze groeps-
synergie werkt, mede dankzij onderlinge vervlech
tingen als de kruiselingse garantieregeling. Dat
dwingt respect af in het buitenland.' Hij betreurt dat
zusterbanken in diverse Europese landen zichzelf op
achterstand dreigen te zetten omdat lokale autono
mie de doorontwikkeling blokkeert. Dat is niet in ons
belang, want wij wensen uitzicht te houden op ver
dergaande coöperatieve samenwerking in Europa.
We moeten de interne
verandering bij onze zuster
banken helpen stimuleren.'
Tegelijkertijd signaleert hij
dat ook belangrijke decision-
makers op Europees niveau
onvoldoende weet hebben van het belang van de
coöperatieve sector. 'Met z'n allen hebben we meer
dan 100 miljoen klanten en marktaandelen in het
MKB en de particuliere sector van meer zo'n 33%.
Onlangs hebben we een position paper aangebo
den aan Eurocommissaris McCreevy (Interne markt
en diensten). Zo brengen we de betekenis van het
coöperatieve bankwezen in Europa goed voor het
voetlicht.'