Kostenbelading blijft punt van zorg Gezamenlijke aangesloten banken in 2004: Het financiële resultaat van de geza menlijke aangesloten banken groeide in 2004 met 12% (2003:18%) tot 1.688 (1.511miljoen. Gelet op de moeilijke marktomstandigheden stemt dit resul taat tot tevredenheid. Belangrijk punt van zorg blijft het (te) lage tempo waar mee we de kostenbelading van onze organisatie weten aan te passen aan de ontwikkelingen in de markt. De groei van de kredietverlening is - gegeven de conjuncturele ontwikkeling - alleszins respectabel. Ook het provisiebedrijf liet een gezonde ontwikkeling zien. B&B 14e jaargang 2005 02 Gezamelijke aangesloten banken 2003 2004 %-mutatie Resultaat x 1 min) Rentewinst 3.680 3.866 5 Provisiewinst 1.222 1.308 7 Totale baten 4.902 5.174 6 Bedrijfslasten 3.391 3.486 3 Brutoresultaat 1.511 1.688 12 Balans x 1 mrd) Groei kredietverlening (incl. RHB) 13,9 12,9 -7 Groei toevertrouwde middelen 8,2 7,4 -10 Balanstotaal 177 190 7 Stand kredietverlening (incl. RHB) 162 175 8 Stand toevertrouwde middelen 105 113 7 Allfinanz x 1 mrd) Totaal Allfinanz cashflow 9,1 9,8 8 Beleggingsflow 0,6 2,0 231 ff innen de commerciële segmenten was sprake van een aantal positieve ontwik kelingen. Het marktleiderschap in het MKB, de spaarmarkt en de markt voor levenpro ducten is verder verstevigd. Ook bleven we de meest toonaangevende internetbank. Bij de virtuele bank was sprake van een forse groei van het aantal actieve klanten, alsmede van het aantal transacties. Er ligt nog wel een grote uitdaging in het verder verplaatsen van de servicehandelingen en verkopen naar apparaten en directe kanalen. Op de hypo theekmarkt stond het marktaandeel evenwel onder zeer grote druk. Dit mede door toe doen van de buitengewoon forse concurren tie op deze cruciale afzetmarkt. Pas aan het eind van het jaar slaagden we met behulp van de campagne Woonmaanden erin de neergaande trend te keren. Vooralsnog is er geen herstel te verwachten van het volume effectenorders. De negatieve winstgevend heid kan daarom nog niet worden wegge werkt. Afbrokkelende rentemarge De groei van de rentewinst (+5%) lag duidelijk onder die van de volume-ontwikkeling (+8%). De verdergaande afbrokkeling van de rente marge hangt samen met de vertraagde door werking van de lagere kapitaalmarktrente in de vastrentende uitzettingen, alsook de voortgaande verschuiving naar de duurdere spaarmiddelen. Van positieve invloed waren de relatief hoge(re) vergoeding over het liqui diteitendepot en de boeterente in 2004, per saldo 84(75) miljoen. Bij de provisies zien we een gezonde ontwik keling (+7%). Door de lagere verkoop van nieuwe leningen lagen de afsluit- en krediet provisies op hetzelfde niveau als in 2003. Ondanks het tegenvallende ordervolume (-16%), lag de totale effectenprovisie toch nog 7% boven die van voorgaand jaar. De toege nomen verkoop van levenproducten, alsmede het gestaag doorgroeiend premievolume bij schadebemiddeling, resulteerden in een forse groei (+17%) van de assurantieprovisie. Ook de groei van de betaalprovisies was relatief fors (+10%), mede dankzij de medio 2003 ver hoogde betaaltarieven. Allfinanzstroom licht hoger Door een forse, deels incidentele, groei van de zakelijke toevertrouwde middelen in december was de Allfinanzstroom in 2004 met 9,8 (9,1miljard licht hoger dan het jaar daarvoor. De gezinsbesparingen lieten een forse toename zien. Het marktaandeel sparen verbeterde flink en nam ten opzichte van eind 2003 toe tot 36,1 (35,5) Mede dankzij een succesvolle introductie van de Internet- bonusspaarrekening, was de groei van onze particuliere spaarmiddelen met 6,5 (4,8) miljard duidelijk beter dan de marktgroei van 15,1 (16,8) miljard. Alhoewel de prijsvor ming in 2004 in rustiger vaarwater kwam, bleef het prijsniveau vanuit het perspectief van de geld- en kapitaalmarktrente nog steeds aan de hoge kant. In lijn met het beleid, waarin de focus gaan deweg is verschoven van ledenacquisitie naar (meer) ledenbetrokkenheid, lag de ledengroei in 2004 op een beduidend lager niveau dan in voorgaande jaren. Het aantal leden nam met 96 (252) duizend toe tot 1.456 (1.360). Het aantal leden-organisaties daalde verder tot 94 (99) duizend, terwijl het aantal leden natuurlijke personen steeg tot 1.362 (1.261) duizend. De ledenratio natuur-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2005 | | pagina 22