Rondetafelgesprek B B 13e jaargang 2004 04 selectie van directieleden en commissaris sen. Van Dijk: 'Bij het tekenen van de intentieverklaring hebben alle collegele den aangegeven hun zetel ter beschikking te stellen. Dat is de enige eerlijke manier. Je moet kunnen objectiveren. Voor zowel de commissarissen als de directie is een profiel opgesteld met competenties waar aan kandidaten moesten voldoen. We hebben een extern bureau ingeschakeld dat die profielen heeft beoordeeld. Alle kandidaten doorliepen vervolgens een assessment.' 'Wij hebben de keuze juist aan de betrokken lokale banken gelaten', reageert Verriet. 'Zij moesten met perso nen komen die in hun gemeenschap her kenbaar zijn. Daarvoor golden natuurlijk wel kwaliteitscriteria. Van elke kern heb ben we nu vertegenwoordigers in de col leges. Ter wille van die evenwichtigheid zijn we bewust begonnen met grotere col leges dan misschien ideaal zou zijn. Als we over een paar jaar mochten overgaan naar het directiemodel kunnen we dat terugschroeven.' Gooiland, is ook gearriveerd en wijst erop dat de trits 'dichtbij, betrokken en profes sioneel' al direct bij het begin van de fusiebesprekingen het uitgangspunt vorm de. 'Naarmate een bank groter wordt, stijgt de gevoelsmatige afstand bij de klan ten automatisch. Om dat tegen te gaan, willen wij het serviceniveau van het kan torennet in stand houden. In het back office kun je van alles doen om efficiency te bereiken, maar de frontoffice moet intact blijven met zoveel mogelijk dezelfde gezichten. Zo ziet de klant dat er in het dichtbij zijn niet veel verandert.' Hij beklemtoont dat ook de coöperatiebele ving meer inhoud wordt gegeven. 'Langs die weg kun je het snelst laten zien dat de fusie zinvol is en ook het afstandsgevoel verder wegnemen.' Van Woudenbergh: 'Dat is het vertalen van 'dichtbij en betrokken' naar de praktijk. Naast de bancaire lijn is er de coöperatieve lijn met de ledenraad en de afdelingen. De leden komen met belangrijke items op bancair en maatschappelijk gebied en voeden daarmee de ledenraad.' Anders dan Westland, kiest Noord- Gooiland met handhaving van het part nershipmodel voor de weg der geleidelijk heid. 'Gaande het fusieproces', vertelt Verriet, 'kwam ook bij ons het directie model ter tafel. Gezien ons uitgangspunt om zo min mogelijk te veranderen in het zicht van leden en klanten hebben we bewust gekozen voor herkenbaarheid. Invoering van het directiemodel had vrij wel zeker geleid tot de benoeming van een aantal nieuwe gezichten. Nu heeft het management, maar ook de colleges en de directie, de gelegenheid te groeien om de overstap naar het directiemodel te kunnen maken. Over twee of drie jaar willen we dat nader bekijken.' Van Heyningen geeft aan dat er bij Westland juist enige schroom was om het partnershipmodel te handhaven en een paar jaar later toch over te gaan op het directiemodel. 'We hebben goed gekeken naar de lengte van onze polsstok en de sprong aangedurfd.' 'De grootte van onze fusiebank vroeg om zo'n nieuwe model', vult Nel van Dijk aan. 'Met een bank van die omvang kun je geen parttime gekozenen meer belasten met het bestuur. Daar moet je een profes sionele directie op zetten. Die kunnen de verantwoordelijkheid aan.' De enige eerlijke manier Een ander verschil tussen Noord- Gooiland en Westland is gelegen in de 'Onze aanpak is dus duidelijk een ande re', merkt Van Heyningen op. 'Hoewel Midden-Westland de grootste van de drie banken is, heeft dat geen rol gespeeld in de vertegenwoordiging. We zijn ook wel gestart bij de zittende mensen, maar de vanuit de nieuwe bank vereiste kwaliteit was leidend in het selectieproces.' Van de elf kandidaten voor zes commissarispos- ten voldeden er vijf aan de opgestelde profielen. 'Er moest er dus nog een wor den gevonden', aldus Van Dijk. 'Gezien het kwaliteitsprofiel stond voorop dat het iemand moest zijn die creativiteit en HRM in het college kon inbrengen. Aangezien er een bank was die maar een commissaris had geleverd, mocht die bank een kandidaat voorstellen. Uiteindelijk is het dus wel zo dat elke bank twee commissarissen heeft geleverd, maar dat was niet het doel. De herken baarheid stond niet voorop.' Hoewel het bestuursmodel verschilt, gaan beide banken werken met een ledenraad. Het blijkt dat ook daar een belangrijk verschil zit. Westland gaat wat de bevoegdheden van de raad duidelijk een stap verder dan Noord-Gooiland. Van

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2004 | | pagina 6