Jtl
6
n
Impressie consultaties
B&B 12ejaargang 2003 04
het aantal adviescentra in Zuid-Limburg
van 18 naar 5 gaan en de 58 bijkantoren
transformeren naar 25 bankwinkels, 10
servicekantoren en 16 servicewinkels.
Het aantal geldautomaten zou toenemen
van 142 naar 174. Op die manier is met
inzet van de juiste middelen tegen lagere
kosten toch een fijnmazig netwerk in
stand te houden.
In de workshops was 'het denken vanuit
de toekomst' - zoals de dagvoorzitter
had bepleit - een hele kluif. De in de dis
cussienota geformuleerde vragen moesten
worden beantwoord. Een complexe
materie, die het abstractievermogen
behoorlijk op de proef stelde. Daardoor
kreeg de discussie soms een wat onbe
stemd karakter. Het kiezen tussen de vier
modellen met bijbehorende randvoor
waarden, bleek de praktijk voor menig
een wat veel geweld aan te doen.
Misschien door het ontbreken van vol
doende zicht op de consequenties van een
bepaalde modelkeuze, sprak uit de argu
mentaties soms berusting. Omgeven met
de nodige mitsen en maren, gingen de
gedachten het meest in de richting van
model C, terwijl daarnaast ook de
modellen B en, in mindere mate, D weer
klank vonden.
Maximaal lokaal ondernemerschap
Model C genoot de meeste voorkeur
omdat een hogere kwaliteit van de dienst
verlening kan worden gewaarborgd, ter
wijl ook grotere klanten zich met een der
gelijke bank willen identificeren.
Bovendien biedt dit model ruimte voor
een maximaal lokaal ondernemerschap.
Wel zal het op peil houden van de betrok
kenheid expliciete managementaandacht
die in de nota staan genoemd. Wel was
het vooralsnog de vraag hoe deze voor
waarden precies zijn in te vullen: het zijn
er tamelijk veel en ze zijn niet eenduidig.
Er moeten in ieder geval voldoende prik
kels vanuit gaan om tot een optimale
performance te komen.
Uit de discussies bleek dat er een vrij
breed draagvlak is voor een vrijwillig
opschalingproces, met een goede regie,
waarbij de aangesloten banken - bijvoor
beeld in kringverband - het voortouw
hebben. Dit proces dient vanuit
Rabobank Nederland goed te worden
gefaciliteerd. Gedwongen opschaling is
volgens velen op dit moment wenselijk,
noch noodzakelijk. Al met al kon de
Adviesgroep Bottelier waardevolle lijnen
uit de consultatiebijeenkomsten destille
ren. Dit heeft geleid tot ophalen van extra
argumenten en richtinggevende criteria
die moeten leiden tot een adequate inrich
ting en positionering van de aangesloten
banken. Daartoe is het eindadvies opge
steld die als aanbeveling aan de raad van
bestuur is voorgelegd. De voorstellen van
de raad van bestuur ten aanzien van de
Visie Rabobank 2005+ zijn geagendeerd
voor de kringen en daarna de centrale
kring van 24 september. Aansluitend
volgt de uitvoeringsfase.
vereisen. Daarnaast moet worden opge
past voor het ontstaan van lokale bureau
cratie en een grote overhead. Bovendien is
model B een goede opmaat voor model C,
waardoor de praktijk ernaar kan toe
groeien. De modellen conflicteren niet.
Bovenlokale samenwerking werd als
nogal gekunsteld omschreven en lijkt voor
de meeste banken te hebben afgedaan.
Het pleidooi om fusiebewegingen te laten
aansluiten bij de regionale economische
dynamiek werd gezien als een belangrijke
verdienste van de nota. Wanneer niet aan
deze aansluiting wordt voldaan, kan het
passend zijn om een fusie tegen te hou
den. Een logische werkgebiedindeling is
een kwestie van regionaal maatwerk. De
vraag wie de criteria op dat punt vast
stelt en toetst, en de gevolgen daarvan
voor de lokale autonomie, kon door de
deelnemers niet eenduidig worden beant
woord. Toch klonken er in de afsluitende
plenaire sessies overwegend instemmende
geluiden om de werkgebieden te relateren
aan de regio-eigen economische ontwik
kelingen. Daarbij mag het vasthouden
aan kringgrenzen niet leiden tot blokka
des van noodzakelijk geachte fusiebewe
gingen. Het wordt bijzonder opportuun
gevonden om niet vrijblijvend om te gaan
met de contracterende randvoorwaarden