B&B 12ejaargang 2003 03 Met onze poten aan de Amstel 'Het behouden van marktleiderschap is ook niet op ons van toepassing', consta teert Cramer. 'We gaan deze stad verove ren. Daarvoor moeten we out of the box denken en de grenzen van het merk Rabobank opzoeken.' De sleutel tot de verdubbeling ligt volgens hem allereerst bij de medewerkers: 'dat moeten mensen met durf zijn'. De bank gaat met haar hoofdkantoor duidelijk acte de présence geven in de stad. In september worden de twee hoofdkantoren in Diemen verruild voor de Mondriaantoren. 'Als een echte Amsterdamse bank zitten we dan met onze poten aan de Amstel', lacht Saan. 'Een ander speerpunt is het uitbouwen van onze zichtbaarheid in de stad', ver volgt Cramer. 'En ook gaan we de coöpe ratieve identiteit benadrukken. Sommigen vinden dat een remmende factor in de grote stad, maar wij zien het als een aan jager.' Onrendabele klanten bestaan niet 'Ons onderscheidend vermogen zit abso luut in de koppeling van fysieke aanwe zigheid en ledeninvloed', aldus Cramer. 'Nu onze concurrentie uit kostenoverwe gingen overschakelt op callcenters, zoeken wij het onderscheid door een grotere aan wezigheid.' Saan vindt aanspreekbaarheid belangrijk. 'Klanten willen iemand in de ogen kunnen kijken als het nodig is. Daar spelen wij op in.' Hij benadrukt dat het des Rabo is om een bank voor alle men sen te zijn. 'Ons adagium is dat er geen onrendabele klanten bestaan, wel onren dabele bedieningswijzen.' Die stelling is zeker van toepassing op de dienstverle ning aan het snel groeiende allochtonen- segment. 'Het spreekt vanzelf dat we ook voor die doelgroep present willen zijn.' Onder curatele van de leden? 'Amsterdam is een aaneenrijging van micromarkten', verduidelijkt Cramer. 'Met ieder eigen karakteristieken en behoeften.' Naar 2006 toe heeft de bank een extrapolatie gemaakt - inclusief het kostenplaatje - van mogelijke kantorenty pen. Uitgangspunt is dat juist de Rabobank de voorsprong heeft om stan daarddiensten zo voordelig mogelijk te kunnen aanbieden. 'De vraag voor ons was waar we moeten zitten en met welke vestigingen. Dat is typisch iets om door de leden te laten bepalen.' Zo heeft Rabobank Amsterdam een uniek experi ment achter de rug met haar vestigingen- beleid. De leden werd gevraagd zich uit te spreken over het aantal en type van de kantoren. 'De waarschuwing van sommi ge sceptici dat we onszelf daarmee onder curatele van de leden zouden plaatsen, hebben we in de wind geslagen', aldus Cramer. Summum van coöperatie Enthousiast vertelt Saan dat de leden aan genaam verrast waren door het initiatief van de bank. 'Het wantrouwen dat er aanvankelijk ook was, ebde weg toen bleek dat we absoluut geen blauwdruk hadden. Het was geen wassen neus. Vervolgens zijn er zelfs oproepen versche nen in wijkkranten om mee te praten. Er zijn ook mensen door de stad gaan rijden om potentiële locaties te beoordelen.' Het unieke is dat de professionals van de bank zich prima kunnen vinden in de opvattin gen van de leden. 'Het summum van coö peratie', aldus Saan. 'Daar zijn we best trots op.' Rabobank Amsterdam heeft inmiddels besloten het kantorennet uit te breiden van 19 naar 27 vestigingen. 'Een verantwoorde en rendabele mix van ser vicepunten, bankwinkels en advieskanto ren', aldus Cramer. Leden functioneel organiseren De basis voor de ledenraad van Rabobank Amsterdam wordt gevormd door drie verenigingen die respectievelijk 45, 15 en 15 leden afvaardigen. 'Het aardige is dat deze drie verenigingen ook ieder een eigen karakter hebben', zegt Cramer. 'Zo vertoont de vereniging Amsterdam een grote overlap met onze business club.' De vraag is volgens hem of de verenigingen niet deels op een andere, meer functionele, manier zouden moeten worden georganiseerd. 'We overwegen om de geografische insteek los te laten en te kijken of je leden niet beter kunt scharen onder de noemer van hun gezamenlijk belang.' Commissarissenmodel Saan drukt het treffend uit: 'een onderne mer zal het worst zijn hoe de bediening in een bepaalde buurt is. De mensen in zo'n buurt zijn daar natuurlijk wel in geïnte resseerd. Die hebben juist weer niets met In de hoofdstad waren lange tijd meerdere Rabobanken actief. Om een vuist te kunnen maken, was samengaan onvermijdelijk. Als de grootste Rabobank van Nederland is de bank in haar onvergelijkbare werkgebied echter nog altijd een relatief kleine speler. De concurrentie is met grote landelijke hoofdkantoren prominent aanwe zig. De economie in en rond Amsterdam is goed voor 10% van het landelijk totaal. De stad en omgeving vor men een toplocatie voor financiële en zakelijke dienst verlening. De aantrekkingskracht op buitenlandse bedrij ven is groot. Er zijn meer dan 60.000 bedrijven actief. Het reservoir aan particuliere klanten is even groot als divers, maar wijkt sterk af van het landelijke beeld. De BV Gezin, als kenmerkend bestanddeel van de populatie, heeft de stad verlaten. Inmiddels is een op de vijf inwoners van allochtone herkomst. de kwaliteit van de zakelijke dienstverle ning.' De lokale bestuursvorm en de ledeninvloed houden in Amsterdam de gemoederen bezig. Saan, die negen jaar lid was raad van toezicht voordat hij vorig jaar bestuursvoorzitter werd, heeft de ervaring dat het bestuur de raad van toezicht in een bijrol drukt. 'Twee colle ges is hier echt teveel van het goede. Bovendien vereist dit bedrijf met 500 werknemers en bijna 2,5 miljard balanstotaal een professioneel toezicht. Amsterdam gaat weliswaar voor het commissarissenmodel, maar de ledenin vloed staat huiten kijf!' Het is nog even zoeken naar de manier waarop dat het beste vorm kan krijgen. Balanstotaal 2,3 miljard Inwoners Aantal fte's 480 Leden j 7500 Bancaire productiviteit 1.30 Ledenratio 5,35 Marktaandeel part. 16,8 Baten/lasten ratio 1.43 Solvabiliteit 1.00 Marktaandeel bedrijven 113,7 Aantal vestigingen 119 (wordt 27)

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2003 | | pagina 9