K 'Backto basics' Afscheid raad van beheer B&B 11e jaargang 2002 03 Wat zie je nu als voordelen aan de nieuwe topstruc tuur? Dat is me de afgelopen maanden regelmatig gevraagd. Het antwoord valt me niet moeilijk: het ver groot de slagvaardigheid van onze organisatie, het vergroot de directe invloed van de aangesloten ban ken, het toezicht wordt versterkt, het vergroot het onderlinge commitment en het maakt de gang van zaken transparanter en (daardoor) ook efficiënter - meer servicegericht. Maar er gaat ook iets verdwijnen, iets bekends, iets vertrouwds: de raad van beheer. Een college dat, als vertegenwoordigers van de aangesloten banken, ons steeds weer uitdaagde en prikkelde over de kern van onze missie: het coöperatief bankieren. Dat leverde steevast interessante, soms zelfs intense, maar altijd oprechte discussies op - discussies die ik per saldo als inspirerend heb ervaren. Inspirerend omdat het ging over iets waarover het binnen onze coöperatie veel meer moet gaan: hoe leveren we klantwaarde? Geen misverstand: het nieuwe bestuursmodel heeft meer voordelen dan nadelen. Mits we er na 6 juni gezamenlijk - hoofddirectie, centrale kring en raad van toezicht - in slagen om daar waar de raad van beheer altijd voor stond merkbaar, zichtbaar en voelbaar te maken. Hans Smits, voorzitter hoofddirectie Rabobank Nederland U Gérard Mertens neemt in 1988 afscheid van de raad van beheer, rechts zijn opvolger Otto baron van Verschuer. U De eerste algemene vergadering (1973) van de Centrale Rabobank na de fusie. Links zit de hoofddirectie, rechts de raad van beheer. van beheer kan de (be)sturing van de aan gesloten bank, ook vanuit ledenperspec tief, effectiever plaatsvinden op basis van 'kompassen' die klantwaarde, medewer- kerswaarde en financiële stabiliteit met elkaar verbinden. Dubbele ledenbetrokkenheid De garantie voor de levensvatbaarheid van de coöperatieve bank ligt nu in het snel groeiende aantal leden dat de 1 mil joen nadert. Daarvan voelt een groot deel zich op grond van ideële motieven bij de eigen plaatselijke bank betrokken. Meer dan ooit ook tonen de aangesloten ban ken zich betrokken en mondige leden van Rabobank Nederland. Aan het begin van de 21e eeuw zijn zij voor een belangrijk deel in staat hun eigen broek op te hou den en als pleitbezorger op te treden van de eigen zaak. Daarmee lijkt de reden van bestaan van de raad van beheer - behalve door bestuurstechnische overwegingen - mede achterhaald door de voortgeschre den emancipatie van de lokale bank. Daar ligt de paradox: als gevolg van het eigen succes hoeft de raad van beheer niet meer op te treden als jarenlange transfor mator van het coöperatief bankieren. Oprichting raad van beheer Wanneer is het fenomeen 'raad van beheer' eigenlijk in het leven geroepen? In de tweede helft van de jaren tachtig leid de de'zijnsvraag'tot een poging om terug te keren naar de beginselen van de kredietcoö peratie. De raad van beheer stelde zich op het standpunt dat de coöperatieve bank ten dienste stond aan ledenondernemers die via de variabel rentende leningen konden profi teren van het coöperatief resultaat. De dienstverlening aan particulieren was een afgeleide en diende tegen marktconforme voorwaarden plaats te vinden. Het inschrij ven van particulieren als lid - dat in geval van bijvoorbeeld hypothecaire leningen al lange tijd had plaatsgevonden - werd gestopt. De beweging 'back to basics' vond onvoldoende voedingsbodem bij de aange sloten banken. De bewerking van de parti- culierenmarkt was reeds lang een gevestigd onderdeel van de lokale core-business. Op de algemene vergadering van de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank (CCB) op 5 mei 1967, om precies te zijn Sinds de oprichting in 1898 was er nog maar weinig veranderd in de bestuurs structuur van de CCB. Vanaf het begin waren de algemene vergadering, het bestuur en de raad van toezicht de belangrijke organen. Het bestuur stelde formeel het beleid vast en delegeerde de

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2002 | | pagina 6