Coöperatief bankieren staat weer stevig
De stelling
Jan van den Bogaard
Klantwaarde met vier
grondslagen als basis
Coöperatie stond al stevig
op de kaart
Louis van Vlaanderen
Op de kaart blijven!
Afscheid raad van beheer
B&B 11e jaargang 2002 03
dagelijkse functie voorzitter werknemers
delegatie van de CAAR
e mail JJ.M.Bogaard@Tilburg-
Goirle.rabobank.nl
De stelling wekt de indruk dat coöperatief
bankieren de laatste tijd niet of onvoldoende
op de kaart stond. Wat we moeten verstaan
onder coöperatief bankieren staat in ons ambi
tiestatement. Het leveren van klantwaarde is
daarin de centrale doelstelling, gebaseerd op
vier grondslagen: respect, integriteit, professio
naliteit en duurzaamheid. Dat is de grondslag
voor coöperatief bankieren en dat is waar de
klanten ons op kunnen aanspreken. Ook intern
dient het de basis van ons gedrag te zijn. Als
we dat (zoals nu vaak) niet doen, werkt het ook
niet naar onze klanten. Het elkaar aanspreken
bleek de laatste jaren steeds moeizamer te
gaan. De nieuwe bestuursstructuur kan ons
daar mogelijk bij helpen. Zeker als we elkaar
gaan aanspreken met respect, met integriteit
en onder erkenning van eikaars expertise, en
werkend aan een duurzame relatie. Dat zal niet
in een dag weer terug zijn. Dat kost tijd. Die
tijd moeten we - allemaal - goed benutten,
want dan komt naar mijn overtuiging het coö
peratief bankieren weer echt stevig op de
kaart. Het is de ultieme uitdaging die we
samen waar zullen moeten maken, ook in ons
gezamenlijk belang.
De suggestie als zou het coöperatief bankieren
met de verandering in de topstructuur pas weer
stevig op de kaart staan is niet juist. Dat doet
geen recht aan de wijze waarop in afgelopen
jaren het coöperatief bankieren opnieuw leven
is ingeblazen. Na de coöperatiediscussie zijn
belangrijke besluiten genomen over de
Rabobank als coöperatie, over de invulling van
de identiteit en over de bestuursstructuur, met
de keuzen voor geen scheiding van bankbedrijf
en vereniging, en ledeninvloed in het bestuur.
Wat betreft het geven van impulsen aan coöpe
ratief bankieren, heeft de raad van een essentië
le rol vervuld. Ik denk dat juist deze raad de
coöperatie op de kaart heeft gezet, daaraan
heeft getrokken en dat heeft moeten bevech
ten. Het is afwachten of straks op een zelfde
bezielende wijze sturing wordt gegeven aan
het coöperatief aspect. Veel hangt af van de
raad van bestuur die deze taak nu vol op zijn
bord krijgt, het tegenspel van de raad van com
missarissen en de wijze waarop de CKV en ban
ken hiermee omgaan. Herhaalde pleidooien
voor een 'commissarissenmodel' en banken die
moeite hebben met ledeninvloed, stemmen mij
niet gerust. Kunnen we straks dezelfde (coöpe
ratieve) kracht ontwikkelen die de raad van
beheer in zich had? De tijd zal het leren. Hierin
ligt een grote uitdaging.
dagelijkse functie waarnemend hoofd milieuhand
having provincie Zeeland
functie Rabobank bestuursvoorzitter Rabobank
Walcheren-Zuid
email clj.v.vlaanderen@zeelandnet.nl
functie Rabobank j landelijk voorzitter Vereniging
Directeuren Rabobanken (VDR)
e mail j.waard@walcheren-zuid.rabobank.nl
Coöperatief bankieren heeft nog nooit zo stevig
op de kaart gestaan als de laatste jaren. Mede
dankzij de coöperatiediscussie zijn wij actief op
vele terreinen in ons werkgebied en betrekken
wij onze leden meer en meer bij de bank. Onze
omgeving reageert daar positief op en het
bankbedrijf vaart er wel bij. Die combinatie van
betrokkenheid en verdienen moeten we wel
blijven zoeken. Wat mij bezighoudt is of coöpe
ratief bankieren stevig op de kaart blijft staan.
De nieuwe topstructuur is hiervoor geen garan
tie. De structuur is belangrijk, maar het gaat
vooral om houding en gedrag die zich vertaalt
in een cultuur waarin coöperatief bankieren wel
of niet goed gedijt. Vanuit mijn VDR-functie ken
ik een jarenlange traditie van goede verhoudin
gen met de raad van beheer en de opeenvol
gende voorzitters. Kern van vele gesprekken
was de positie van de directeur als lokaal
ondernemer binnen de bank en de ontwikkelin
gen daarin. Ik vind het opportuun dat bij de
organisatieleiding oog blijft voor de aspecten
die onze functie zo uniek maakt en ons doet
onderscheiden in de markt. Persoonlijke erva
ringen in de co-making werkgroep leren mij dat
als lokaal en centraal echt met elkaar werken,
het wederzijds begrip sterk verbetert en coöpe
ratief bankieren een goede kans maakt stevig
op de kaart te blijven.