cioor Rabobanken Je moet een beetje zijn' eek 19 Aan en uit de pers Pin op de neus? fotografie: SSR Klaas Hof (I), Gert van Os (r). wordt niet gekeken of het geld productief of consumptief wordt besteed. 'Binnen de spaar- en leengroepen in Indonesië moet ook eerst worden gespaard om in aan merking te komen voor krediet', legt Hof uit, 'maar de hoogte van het gemaximeer de bedrag is gerelateerd aan de productie ve activiteit die men wil ondernemen en niet aan de hoogte van het ingelegde spaarbedrag. Een bescheiden winst Gert van Os werkt vanaf begin 1999 in Kameroen als general manager van the Union Bank of Cameroon (UBC). Hij heeft van doen met de lokale credit unions die samen met hun koepelorgani satie Camccul (Cameroon Co-operative Berichten gen waren te klein en het risico van te weinig afzet was te groot. Doordat de suikerboeren zich organiseerden en het fi nanciële systeem hen in staat stelde kre diet op te nemen, was de suikerfabriek verzekerd van aanbod en de boeren van afzet. Nu kunnen de boeren rechtstreeks een beroep doen op financiering door Vietnamese banken. Daar doen we het voor Met de ervaring en kunde van Gert van Os en een enorme inzet en betrokkenheid van het personeel heeft UBC zich ontwik- Credit Union League) UBC hebben opge richt. Het verkrijgen van de vereiste ver gunningen voor het uitoefenen van het bankbedrijf heeft veel voeten in de aarde gehad en al met al jaren geduurd. Pas in 2000 kon de bank haar deuren openen. Met 24 medewerkers ging Van Os toen voortvarend aan de slag. Inmiddels telt UBC 50 medewerkers en drie kantoren. 'Binnenkort openen we een vierde kan toor', zegt Van Os. 'Doordat de credit unions zich verder uitbreiden, is een groter aantal vestigingen nodig. De kosten gaan in dit geval voor de baten uit.' Zeer tot z'n genoegen kan hij melden dat UBC in het eerste kwartaal van dit jaar voor het eerst een bescheiden winst heeft gemaakt.' Financieel systeem in Vietnam 'Vanaf 1992 tot 1994 heb ik vrijwel per manent in Vietnam gewerkt om samen met de Vietnam Bank of Agriculture een spaar- en leenprogramma op te zetten', aldus Hof die zich vanaf 1995 daarnaast ook weer intensief heeft beziggehouden met het Indonesische programma. 'In ka der van het Vietnamese programma heb ben we rond 1997 een financieel systeem - sparen, lenen en kasstromen - mee ont wikkeld voor boeren die suikerriet wilden verbouwen.' Interessant aspect is dat dit gebeurde in samenwerking met een door Rabobank International gefinancierde suikerraffinaderij. Tot die tijd kwamen boeren niet in aanmerking voor een kre diet bij de plaatselijke banken. De bedra- keld tot een unieke bank. 'Het is een bank die past in een omgeving waar tra ditie, geloof en bijgeloof een grote rol spelen', aldus de general manager. 'Maar tegelijkertijd is ook de moderne commu nicatie een belangrijk bindmiddel. De o kantoren maken onderling veel gebruik van email. Zo zie je werelden samen ko men.' Klaas Hof is nog steeds onder de indruk van de armoede die hij tegenkomt. 'Vooral in Vietnam zie je hoe arm de mensen zijn. Soms kom je in gebieden waar je met spaar- en leenprogramma's niet kunt helpen omdat er nauwelijks een economische infrastructuur is.' Het doet hem veel deugd dat de deelnemers vaak heel positief zijn over het spaar- en leen programma. 'De meeste zijn kleine boe ren met een stukje grond. Door het mi crokrediet kunnen zij kwalitatief betere zaairijst en kunstmest kopen. Hierdoor levert hun stukje grond een grotere op brengst op en verbeteren hun levensom standigheden. Ze krijgen toegang tot scholing, gezondheidszorg, huisvesting en betere kleding en voeding. Daar doen we het voor.' Van Os besluit: 'de Rabo banken mogen best trots zijn op hun Stichting! Met deze vereende kracht is het mogelijk om de armoe te lijf te gaan.' vervolg van bladzijde 17 len hun belangen behartigen en bovendien over andere en soms ook meer informatie kunnen beschikken dan leden. Hierdoor kun nen in de ledenvergadering ongelijkwaardige posities ontstaan. Dit neemt niet weg dat de betrokkenheid van de medewerkers bij hun coöperatie zeer op prijs wordt gesteld en ver der moet worden gestimuleerd. Daarom zal dit onderwerp in de lopende contacten van uit ACO en de regiodirecties met individuele lokale banken met grote regelmaat worden meegenomen. Vanaf september is bij ACO een senior adviseur werkzaam die is belast met het - in overleg met het Directoraat Per soneel - toetsen en zonodig doen aanpassen van alle HRM-instrumenten op coöperatieve aspecten en inhoud. Het gaat hierbij om functieprofielen, de wervings- en selectieins trumenten, de introductie- en opleidingspro- gramma"s, enz. Onlangs klonk vanuit de politiek een oproep aan de banken om de dienstverlening aan ouderen en gehandicapten op peil te hou den, met name waar het gaat om het opne men van contanten. Dit in verband met de voorgenomen actie'Pin op de neus' van de ouderenbonden. Belangrijk pijnpunt is dat ouderen die bedragen beneden duizend gul den willen opnemen naar de geldautomaat worden verwezen. Meer in het algemeen vraagt men zich af waar het heen moet met de samenleving als we ons louter nog laten leiden door efficiencyoverwegingen. In een reactie op de oproep heeft het Direc toraat Communicatie van Rabobank Neder land richting politiek gereageerd. Daarbij is duidelijk gemaakt dat het ouderen- en distri butiebeleid van de Rabobank erop gericht zijn ouderen en gehandicapten zo goed mo gelijk van dienst te zijn. Het uitgangspunt is altijd geweest dat ouderen en gehandicapten die problemen hebben met het gebruik van de gea's tijdens kantooruren altijd van harte welkom zijn aan de balie Los daarvan is een probleem dat in kleine kernen het dagelijks bezoek aan de balie soms beperkt blijft tot enkele mensen lees verder op bladzijde 21

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2001 | | pagina 27