Nieuwe regeling privé- beleggingtransacties 13 Nieuwe leden loyale en aantrekkelijke klanten e-mail: H.M.Geukers@rn.rabobank.nl fotografie: Fotobureau 't Sticht Berichten Waarom een nieuwe regeling? 'De bestaande door De Nederlandsche Bank (DNB) opgelegde wettelijke regeling was aan onderhoud toe. Daarnaast vaardigde de Stich ting Toezicht Effectenverkeer (STE) in 1999 de Nadere Regeling toezicht effectenverkeer uit. Hierin was ook een regeling privé-belegging- transacties opgenomen. Om te voorkomen dat banken twee vrijwel identieke regelingen moes ten invoeren, hebben DNB en STE overeenstem ming bereikt over een gezamenlijke richtlijn. Deze was het uitgangspunt voor de nu bij de Rabobank Groep ingevoerde regeling en diende uiterlijk 1 juli 2001 ingevoerd te zijn.' Wat zijn de belangrijk ste wijzigingen? 'In tegenstelling tot de oude regeling hoeven nu niet bij alle banken insi ders aangewezen te wor den. Alleen banken waar een verhoogd risico op voorwetenschap is - dit zijn banken die aan ver mogensbeheer doen en banken die bijvoorbeeld beursgenoteerde klanten hebben - dienen insiders aan te wijzen. Hierbij worden in ieder geval be stuur, raad van toezicht, directie en het ma nagementteam insider. Bij de andere banken hoeven dus geen insiders te worden aangewe zen, maar kan worden volstaan met het regiem voor medewerkers, oftewel niet-insiders.' Wat merken bestuurders en toezichthouders? 'Als ze niet onder het insiderregiem vallen mo gen ze hun effectentransacties zonder nadere voorwaarden bij een effecteninstelling naar keuze doen. Voor bestuurders en toezichthou ders van banken waar het insiderregiem wel geldt, zal in beginsel gelden dat ze beperkt zijn in die keuze: de eigen bank, Rabobank Utrecht, Rabobank Eindhoven, Schreden Co en Effec- tenbank Stroeve zijn zonder meer alternatieven. Voor andere locaties kan onder voorwaarden ontheffing worden verleend.' Sinds augustus is de nieuwe rege ling privé-beleg- gingtransacties van kracht. Hoewel deze gro tendeels gelijk is aan de vorige, zijn er essentiële verschillen in de uitvoe ring. 'Daardoor krijgt een belangrijke groep be stuurders en toezicht houders - meer dan voorheen - met deze re geling te maken', aldus Henn directeur Bureau Toezicht en Rabobank Nederland. Geukers, Compliance van Waarom is de datum 1 juli niet gehaald? 'Onze afwijkende structuur bracht met zich dat bij het zondermeer moeten toepassen van de richtlijn het aantal insiders explosief zou toene men. Zo zouden alle bestuurders en toezicht houders van aangesloten banken 'insider'wor den en hun effectenrekeningen bij de eigen bank moeten aanhouden. Met de STE en DNB is daarom overleg gevoerd. Kortgeleden is over eenstemming bereikt over een zodanige toepas sing van de regeling dat het aantal insiders in redelijke verhouding staat tot dat bij andere banken. Daarop zijn de besluitvorming en de implementatie direct ter hand genomen.' Hoe worden betrokkenen geïnformeerd? 'Bureau Toezicht en Compliance heeft de ban ken geïnformeerd over de stappen die zij moe ten nemen om de regeling te verwezenlijken. Daarbij hoort het informeren van medewerkers, bestuurders en toezichthouders. Zo zijn twee brochures ontwikkeld: één voor insiders en één voor niet-insiders, waarin de hoofdlijnen van de regeling staan. Voor meer informatie kan men terecht bij de algemeen directeur of de lokale compliance officer. Zij kunnen voor resterende vragen op hun beurt natuurlijk terecht bij Bu reau Toezicht en Compliance.' Begin september werden de resultaten be kend van een schriftelijke enquête (n=3000, respons 41%) naar de achtergronden en mo tieven voor het lidmaatschap van de Rabo bank. Daaruit blijkt dat nieuwe en jonge le den zeer aantrekkelijke klanten zijn op grond van hun opleiding, inkomen en leeftijd. De belangrijkste redenen - materieel (m) en im materieel (i) - om lid te zijn en te blijven: Motieven (zeer) belangrijk 1lidmaatschap kost mij niets 65 (m) 2. als lid krijg ik de beste adviezen 65 (i) 3. ik blijf op de hoogte van de plaatselijke activiteiten van de Rabobank 65 (i) 4. winstdeling 62 (m) 5. kortingen bancaire producten 56 (m) 6. als lid ontvang ik'U' 55 (i) 7. ledenaanbiedingen 55(m) 8. beleggen in aantrekkelijk fonds 55 (m) 9. inspraak beleid 53 (i) 10. als lid steun ik lokale goede doelen 53 (i) 11extra korting bij meer producten 50 (m) Materiële voordelen, kennis/informatie, loka le/maatschappelijke betrokkenheid en in spraak/invloed scoren dus allemaal (ruim) bo ven de 50%. Nieuwe en jonge leden scoren op al deze motieven meestal 5 tot 10% hoger dan bestaande leden. De gemiddelde tevredenheid over het lid maatschap komt uit op een nog wat magere 6,8. Ruim een kwart geeft een 8 of hoger, 64% een 6 of 7 en 9% een 5 of lager. Al met al blijkt de gehechtheid van de leden aan de Rabobank groot:75% van de leden kan worden beschouwd als loyale klanten; 21% van de leden kan op grond van bepaal de stellingen worden beschouwd als betrok ken. Betrokkenheid scoort hoger bij hogere inkomens, bij financieel ambitieuzen en bij le den die wat langer lid zijn, terwijl er meer sprake is van loyaliteit bij lagere inkomens en ouderen. Het onderzoek bevestigt in grote lijnen het beeld van het motievenonderzoek uit 1999. Klanten en leden hebben heel gevarieerde motieven om lid te worden of te zijn. De be langstelling voor het lidmaatschap is groot en de nieuwe leden zijn aantrekkelijke klanten.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2001 | | pagina 21