Alle
directeuren
horen op
de loonlijst
van
Rabobank
Nederland
De stelling:
Bankdirecteur ook midden in de samenleving
'Symfonie, geen kakofonie'
14
De stelling
Als Rabobank Oosterhout hebben we
recent een directeurswissel meege
maakt. Hierdoor hebben we als
beheerscolleges bewust stil
gestaan bij het gewenste pro
fiel van een directeur voor
onze bank. Een aantal zaken is
hierbij de revue gepasseerd: in
welke fase bevinden we ons
als bank, wat voor type direc
teur past hierbij en past deze
persoon goed bij het team van
medewerkers en de lokale
markt? Bij onze zoektocht naar een nieuwe directeur
hebben we gebruik gemaakt van
Managementontwikkeling (MO) van Rabobank
Nederland. Gelukkig is de zoektocht uiteindelijk goed
geslaagd. Toch hebben we ook kritische kanttekeningen
gemaakt bij de werkwijze binnen Rabobank Nederland.
Naam
functie Rabobank
dagelijkse functie
e-mail
Graag zouden we lokaal meer vrijheid hebben
om te zoeken naar een directeur, zonodig ook
buiten de Rabobankorganisatie.
Als beheerscolleges zijn we
van mening dat er legio
mogelijkheden liggen voor
een verdergaande samen
werking tussen lokale
Rabobanken. Dit geldt ook
voor loopbaanontwikkeling
van medewerkers en kan
didaten voor directiefunc
ties. Wanneer we echter
invulling willen geven aan de slogan:'midden in de
samenleving', zullen we dit ook lokaal invulling moeten
geven. Om lokaal samen met beheerscolleges en mede
werkers de doelstellingen waar te kunnen maken is het
naar mijn idee noodzakelijk dat de directeur op de loon
lijst van de plaatselijke bank staat.
Angelique Pijnenburg
bestuurslid Rabobank
Oosterhout
manager product-markt
ontwikkeling ZLTO Advies
apijnenbi3hetnet.nl
De eerste reactie op de stelling is er een
van:'Maar wij zijn toch een coöperatie?'
Na enig nadenken komt:'Zijn wij een
coöperatie die met zijn tijd meegaat en zijn wij
als leden in staat om ons manage
ment te sturen en te motiveren?' Naam
Dan dringt bij mij de vergelijking functie Rabobank
op met een orkest:'Kan de dirigent
van een beroepsorkest een symfo- dagelijkse functie
nie laten klinken en vormen voor e-mail
zijn toehoorders met musici die zelf
beslissen op interpretatie, tempo,
klankkleur en toonhoogte?' Dat kan
dus niet. De symfonie zou vergaan
in een kakofonie en de toehoorders zouden weglopen.
De dirigent moet dus zeggenschap hebben. Hij moet
zijn musici niet allen kunnen motiveren en stimuleren,
maar moet ze ook wel of niet een plaats kunnen geven
in zijn orkest. Hij mag verwachten dat zij zichzelf blijven
verbeteren door studie en oefening, dat zij
hun instrumenten juist afstemmen en goed
onderhouden. Alleen dan kan hij de symfo
nie in al zijn schoonheid door het publiek
laten beluisteren. Speelt
J.H. Smit een muzikant niet naar
Bestuurslid Rabobank behoren, dan moet hij
Uitgeest hem uit zijn orkest zetten
Bouwkundige om klank en vorm te
geen behouden. De dirigent
kan dit alleen indien hij
de volledige zeggenschap
heeft.
Ik denk dat als het coö
peratief publiek zijn genoegen blijft vinden in het
beluisteren van een landelijk Rabo-orkest van
beroepsmusici - onder leiding van een begeesterd
dirigent - dat eenieder, zowel publiek als musici
daarin voldoening kunnen vinden.