'We zijn gewoon blijven opereren vanuit een cultuur van weelde.' e-mail: H.Klinker@Heerenveen.rabobank.nl DuveenM.Ac@wxs.nl J.E. Haan@rn.rabobank.nl JAA.Rooms@Nedersticht.rabobank.nl Scholten@Almere.rabobank.nl Besturen/managen Rabobank Nederland, zijn de vruchten van Progress rijp om geplukt te worden door de lokale banken. 'De bottleneck is wel dat we moeten afwachten hoe de lokale bereidheid is om in te tekenen. We zijn immers geen ABN-Amro, waar zoiets i van bovenaf kan worden uitgerold.' Oud zeer komt boven 'Wanneer alle banken meedoen', vervolgt hij, 'kunnen we een verbeterpotentieel van 1,4 miljard gulden verzilveren. Dat houdt onder meer in de bereidheid om mee te werken aan de centralisatie van bepaalde functies.' Al snel stuit hij op een zekere scepsis bij zijn gesprekspartners, bestuursvoorzitter Joan Duveen van Almere en de algemeen directeuren Johan Rooms van Nedersticht, Harry Klinker van Heerenveen en Ben Scholten van Almere. Dan gaat het niet zozeer om de noodzaak van Progress, maar veel meer om de kans van slagen van het verbeter programma. I r komt een hoop oud zeer naar boven. 'Zes jaar geleden hadden we bijvoorbeeld Edab - de efficiency drive aangesloten banken - om de kosten te drukken', analyseert Rooms, 'maar ondanks sterk krimpende marges zijn we de automatisering lokaal blijven aanpak ken en bieden we een veel te zware dienstverlening aan om het de klant toch vooral maar naar de zin te kunnen geconfronteerd met het eigen verbeterpo tentieel. Hij benadrukt dat vervolgens een contracterende werkwijze is gekozen middels een 'realisatiedocument' waar mee de partijen - de lokale bank en Rabobank Nederland - zich wederzijds verbinden. Met een centrale bril op 'Dat realisatiedocument is een prima in strument om resultaat te waarborgen, maar het kan ook de splijtzwam van Progress worden', waarschuwt Scholten. Hij mist in de complexe, ver uitgewerkte aanpak het 'samen-gevoel' en de moge lijkheid tot eigen inbreng van de lokale bank. Het is naar zijn smaak toch weer teveel 'bullie en zullie' geworden. Daarbij wordt volgens hem onvoldoende recht gedaan aan de creativiteit bij de aange sloten banken die al meer dan 100 jaar succesvol opereren. Klinker en Rooms ihan Rooms Joan Duveen Jan Enno Haan Harry Klinker maken. We zijn gewoon blijven opereren vanuit een cultuur van weelde.' Klinker zegt dat Edab eigenlijk gestrand is en dat veel van de toen voorgestelde bezuinigin gen nooit echt zijn verzilverd. 'We wach ten wat dat betreft nog steeds op Rabobank Nederland', verwoordt Duveen het sentiment. Haan wijst erop dat de lessen uit het verleden zijn geleerd en dat Progress een andere aanpak heeft met een dominante positionering naast de lijnorganisatie, waarbij de lokale bank vanuit een benchmarkanalyse wordt vallen hem bij. 'De invalshoek van Rabobank Nederland overheerst sterk', aldus Rooms, 'alles is voorgekauwd en centralisatie lijkt tot toverwoord verhe ven.' Hij vindt Progress een prima hulp middel, maar niet alles moet bij voorbaat met een centrale bril op worden bekeken. Klinker vindt het eigenlijk te gek voor woorden dat nu naar zo'n rigide middel als reahsatiedocumenten wordt gegrepen 'omdat Rabobank Nederland er in het verleden zelf onvoldoende in is geslaagd effectief te opereren.' Aangezien vanuit Progress is gesteld dat het programma pas lukt als alle banken meedoen, spreekt Duveen van morele druk: 'Een decentrale invulling wordt op voorhand uitgesloten, terwijl dat op basis van de eigen creativi teit nog wel goedkoper en efficiënter kan zijn. Maar dan krijg je al snel het verwijt spelbreker te zijn.' Doe-het-zelvers ondersteunen? 'Wanneer is Progress mislukt?' is de direc te, wat uitdagende vraag van Duveen aan Haan met oog op zijn twijfels over het draagvlak dat verkregen kan worden. 'Progress kan niet mislukken', klinkt het overtuigd. 'Wanneer de banken serieus werk maken van het eigen verbeterpoten tieel, kan het niet anders dan dat we forse resultaten boeken. Maar een een-op-een aanpak zal vereist zijn.' Duveen bena drukt dat het dan toch wel tot en met helder zal moeten zijn waar men instapt. En een belangrijke vraag is in hoeverre een lokale bank in geval van Progress in staat is de zaak in eigen hand te houden en een eigen koers te varen. Bijvoorbeeld door een eigen callcentrum te willen run nen. Haan poneert dat een en ander zal afhangen van de bereidheid van de orga nisatie om 'doe-het-zelvers' te ondersteu nen. En dat is een bestuurlijk-organisato rische kwestie, waarop hij de volgende vuistregel van toepassing acht: 'Hoe is deze organisatie tot ontwikkeling gekomen? Er waren klanten en die klanten wilden banken en die banken wilden onder steuning. En zo is het nog. Dus als afvaardiging van de klanten zou het bestuur zich niet onafhankelijk van die gezamenlijke ondersteuning die nen op te stellen.' 11 000 FTE's in het geding In de praktijk pakt Progress nog niet zo slecht uit. Zo is meteen voordeel te incas seren met de 'direct wins'. Klinker vindt voorts dat de door Progress gehanteerde benchmarkanalyse van de FTE-verdeling redelijk goed is toe te passen. 'Een verde re verfijning van de verdeling lijkt me overigens wel op z'n plaats en zal de Ben Scholten

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank & Bestuurder' | 2001 | | pagina 5