'Het goot om wisselwerking'
'Liever lid don aandeelhouder'
17
Coöperatieve modellen kubus
Begeleidingscommissie Coöperatie
aangelegenheden
Berichten
De afschaffing van het verplichte lidmaat- c
schap heeft een terugloop van het aantal
leden bij de Rabobanken in gang gezet.
Dat geeft mijns inziens aan hoe de
klant, als hij niet op het lidmaatschap Naam
van de coöperatie wordt gewezen c.q. functie Rabobank
ertoe wordt verplicht, staat ten
opzichte van de vereniging en zijn
betrokkenheid daarbij. Er ligt dus een dagelijkse functie
duidelijke taak bij de coöperatie - in e-maii
dit geval de bank - om met de klanten
te communiceren hoe de bank in de
plaatselijke gemeenschap staat en
hoe de bank zich betrokken voelt bij
de mensen in de gemeenschap. Als de bank zijn betrok
kenheid toont, zal de klant zich ook betrokken voelen en
lid willen worden. Er is duidelijk sprake van een wissel
werking.
De stelling is daarom niet juist. Misschien zou je in
kwantitatieve zin meer betrokken leden
mogen verwachten. Maar in kwalitatieve
zin hoeft een groter aantal leden besliste
niet meer betrokkenheid
op te leveren. Daar komt
meer bij kijken dan alleen
maar het grotere aantal.
Veel van onze nieuwe
leden dachten dat ze,
doordat ze al jaren klant
waren, automatisch al lid
van de bank waren. Dat
een echt lidmaatschap
veel meer te bieden heeft,
was bij de meeste niet bekend.
Het werken aan betrokkenheid van de leden zal de
klantenbinding verhogen. Het zit hem niet alleen in
het aantal, maar in het feit hoe onze missie bij onze
leden-cliënten overkomt.
H.A. Brinkmann
Voorzitter Rabobank
Aalten-Bredevoort-
IJzerlo
Boekhandelaar
BrinkmannC^Messink-
Prinsen.nl
Onder de titel 'Cooperative Models and Farm
Policy Reform' publiceerde dr. ir. Onno-Frank
van Bekkum het proefschrift waarop hij 22
maart promoveerde aan Universiteit Nyen-
rode. Het boek gaat over de verscheidenheid
aan organisatorische structuren van zuivel-
coöperaties. In het onderzoek zijn wereldspe
lers op de zuivelmarkt, waaronder Friesland
Coberco en Campina, met elkaar vergeleken
in een zo genoemde'coöperatieve modellen
kubus'. De behandelde cases leveren informa
tie op waar beslissers of onderzoekers van
coöperaties hun voordeel mee kunnen doen.
Van Bekkum, voorheen werkzaam bij de
Stafgroep Economisch Onderzoek, is thans
vanuit Nyenrode adviseur bij het
Adviescentrum Coöperatie-Ontwikkeling. Het
boek is o.v.v. het volledige postadres te
bestellen via de auteur (per mail:
o.f.vbekkum@nyenrode.nl) of de boekhandel
(ISBN: 90-232-3705-6, uitgeverij Van Gorcum).
Het boek telt 245 pagina's en kost f. 49,50.
w;
f ilt u op deze stelling reageren? Te
gemakkelijk ja gezegd, want wat
wordt er verwacht? De logische taal
analyse naar waar of onwaar? Moet de stelling
gezien worden tegen het recente Naam
'Hoe en wat van het ledenprogram- functie Rabobank
ma' of moet ik terugvallen op mijn
bewondering voor het succesvolle
initiatief van Eriedrich Wilhelm Dagelijkse functie
Raiffeisen, nu anderhalve eeuw
geleden? e-maii
De stelling rammelt. Slaat het twee
de 'meer' op 'betrokken' of op
'betrokken leden'? En waarop dat'als vanzelf'? Toch
niet op het vanzelf van: als het appeltje rijp is, valt het
vanzelf wel. Een oude truc in zo'n geval is het omkeren
van de stelling en het weglaten van de niet vereiste bij
voegsels. Met andere woorden: minder leden leidt tot
minder betrokken-leden - of - minder leden leidt tot
minder-betrokken leden.
Als betrokkenheid een normaalverdeelde
individuele eigenschap is, kan alleen de
eerste versie van de stelling waar zijn. Is
(betrokkenheid daarentegen een beïnvloed-
Tom Fris bare gesteldheid, dan zijn
Voorzitter raad van beide versies zowel waar als
toezicht Rabobank onwaar in is de stelling zon-
Zaanstreek der betekenis. Kortom het is
Gepensioneerd zinniger het nieuwe leden
ambtenaar programma eens nader te
friswareis bekijken. Wat plezierig
compuserve com opvalt es dat betrokkenheid
hier wordt omschreven.
Rabo-betrokkenheid staat voor de wil om invloed en
zeggenschap uit te oefenen, zowel op bancaire als
op verenigingsrechtelijke zaken.Twee fusies als toe
zichthouder leerden mij dat betrokkenheid aange
naam kan groeien. En dankzij de oude Friedrich
Wilhelm, is mijn waarheid: liever lid dan aandeel
houder.
In haar vergadering van 16 februari 2001
besteedde de BCA aandacht aan het eerste
nummer van het magazine'U'in het kader
van het ledenprogramma. De ervaringen van
de individuele BCA-leden liepen uiteen, maar
de toonzetting was over het algemeen zeer
positief. Opgemerkt werd onder meer dat na
enkele afleveringen zou moeten worden
gestopt met het uitnodigen van klanten voor
het lidmaatschap om de werving een vervolg
te geven via de persoonlijke benadering. Dit
ligt ook in lijn met de afspraak dat 'U' te zijner
tijd uitsluitend een ledenblad wordt.Tevens
ligt nu de vraag voor hoe er interactief met
leden/klanten gecommuniceerd kan gaan
worden. Ook boog de BCA zich over de gang
van zaken en gedachtelijnen met betrekking
tot een Ledenvoordeelsysteem dat zal wor
den uitgewerkt langs drie onderdelen: de ver
werving van punten, vaststelling van de voor
voordeel beschikbare som en de vorm waarin
verzilvering plaats kan vinden. De BCA gaf
aan dat het ter uitwerking gepresenteerde
systeem goed past in de intensivering van de
relatie met onze leden. Voorts stond de BCA
stil bij de evaluatie van en het vervolg op de
eind vorig jaar gehouden voorzittersconfe
renties, alsmede de vergoedingen voor
(gekozen) bestuurders en toezichthouders.